MANGROVESTRANDEN, SUBLIEM SNORKELEN, TARSIERS EN BENNI THE MIKROLET DRIVER. Op vrijdag 10 augustus zijn we via Rekken gereden om ons kleine hondje af te zetten op het vakantie adres bij Ria en Toon. Om vervolgens onze rit te vervolgen naar Dusseldorf. Hier zijn we op de comfortabele vlucht van Emirates gestapt naar Dubia. (11 augustus) We hadden hier een stopover van 5 uur en om de tijd door te komen hebben we heerlijk geslapen in de ligstoelen op het vliegveld. Hierna zijn weer op het vliegtuig gestapt naar Jakarta om vervolgens 8 uur later af te stappen. Ook hier hadden we weer een stopover van 5 uur. We hadden al een ticket geboekt naar Manado (het noorden van Sulawesi) Dus... na ongeveer 30 uur reizen zijn we aangekomen op het beginpunt (12 augustus) van ons reisje. "Manado, een haven plaats naar o.a. de Bunaken en het begin- of eindpunt van veel touristen op Sulawesi. Sulawesi is een grillig eiland vooral bekend van de Tana Toraja, de Bunaken en de vele vulkanen." Wij zijn na deze heftige transport trip van Huissen naar Manado direct op een mikrolet(kleine blauwe taxi) gestapt om ons af te laten zetten bij de haven in Manado. In de taxi hadden we direct contact met een oudere locale man, hij vertelde dat zijn ouders nog volop Belande(Nederlands) spraken en wist zelf nog een woordje heel goed namelijk GVD dit zei zijn vader altijd als hij boos was maar blijkbaar in het geheugen gegrift van de man.Op het moment dat we daar aankwamen waren er al direct enkele verschillende bootkapiteins welke ons aanschoten om het transport naar het eiland te regelen. De openbare boot voer namelijk niet vanwege de zondags rust in Noord Sulawesi. De van tripplex gemaakte houten boot heeft ons slechts voor 200.000 roepia naar de Bunaken gebracht. Normaal is dit veel duurder maar waarschijnlijk omdat we voet bij stuk hebben gehouden mochten we direct in stappen. "Het eiland Bunaken is een van de mooiste snorkel/duik paradijzen in de wereld." Onze kapitein vroeg direct of we al wisten waar we wilde verblijven op de Bunaken en omdat dit een tropisch eiland was hadden we ons zinnen gezet op een leuke gezellige plek voor een paar dagen. Hij zette ons direct af bij Daniels Homestay maar omdat we er niet uit kwamen met de prijs zijn we via een brokkelig pad door gelopen naar de volgende plekken. Volgens onze Bijbel (de Lonely Planet) was Lorenzo's Homestay de goedkoopste maar ook wel een goede plek om te verblijven. Hier hebben we direct een hutje van Bamboo geregeld voor 150.000 roepia (ongeveer 10 euro) p.p incl 3 maaltijden. Dus een goede deal dachten we. (Het meisje wat ons het hutje liet zien moest nogal grinnikken en begrepen we niet echt waarom, het bleek namelijk dat het hutje bijna niet meer gebruikt werd en als het had geregend het aan alle kanten binnen zou komen.) En wat Renee en ik niet gelezen hadden is dat dit ook plek was waar het koraal het beste was van het eiland. Dus het werd eigenlijk alsmaar beter! Lorenzo's is een heerlijk sociale plek. Alle backpackers waarvan veel Nederlanders zijn direct heel vriendelijk en we raken eigenlijk na een goede maaltijd direct in gesprek met Sean en Romana een stel uit Australie en Zwitserland. Zij hebben elkaar tijdens een backpack trip op Tasmanie leren kennen en zijn vervolgens met de auto door Australie gereden, vervolgens hebben ze vrijwilligers werk (3 maanden) in Sarawak, Borneo gedaan, daarna via Sabah, Borneo naar Sulawesi gevolgen en hier hebben we ze leren kennen. We zijn direct samen met Di Dan, een Indonesische welgestelde jongen, Sean en Romana gaan snorkelen bij het koraal. Hier werden we totaal verrast door de schoonheid en de gigantische hoeveelheid aan vis, gezond koraal maar vooral de hoeveelheid aan kleuren was een fantastische ervaring tijdens het snorkelen. De knop was toen eigenlijk direct om en we zaten weer in het ritme van Azie. Zo heerlijk niets doen en toch veel doen, Opstaan, eten, Snorkelen tot je een ons weegt, eten, weer snorkelen tot je een kilo weegt en weer eten. 's Avonds na het eten zorgde Lorenzo en zijn personeel voor live muziek, het voelde een beetje alsof het caribisch gebied op de Bunaken was geland. De laatste avond had Lorenzo vanwege het tegelijktijd weggaan van 5 gasten een kampvuur gemaakt waar we met zijn allen na het eten gezellig om heen zaten, wederom met de caribische sound maar ook met Arak of zoals ze het hiernoemen Chaptikoes, dit is een huisgestookte wijn, zeer sterk maar het smaakt een beetje als aangelengde hoestdrank. Er was echter een regel we mochten het alleen drinken als we het op de vissersmanier deden, 1 glas voor iedereen. Poe wat een sterk spul! Uiteindelijk hebben we 3 nachten geslapen bij Lorenzo's dus op woensdagochtend hebben we samen met Di Dan, Sean en Romana de boot gepakt naar Manado. Dit keer hadden we de openbare boot, gerund door Gustaf en zijn mannen. Tijdens het afmeren van de boot vertelde Romana dat zij op ongeveer elke plek waar ze komen een foto maakt van haar met clownsneus om deze vervolgens naar de kinderen van de vrijwilligersprojecten te sturen. Zo laten ze zien dat ze nog steeds aan de kinderen denken en bewust blijven van de periode daar. Zij hebben namelijk vooral projecten geleid met als onderwerp recycling en het schoonhouden van de zee en koraal. Op het moment supreme kreeg de wind vat op de rode schuimen neus en blies deze zo het water in, ik reageerde direct en rende van voor naar achter in de boot om hem te pakken. Blijkbaar maakte dit zoveel indruk op de bootsjongen dat hij direct meehielp en de kapitein de boot lieten stoppen en bij draaien om vervolgens met man en macht de neus uit de zee te vissen. Missie geslaagd, foto genomen en een hoop mensen aan boord aan het lachen gemaakt toen ze zagen waarom het ging! Wij zetten vervolgens koers naar Manado, we hadden namelijk het plan opgevat naar Tangkoko te gaan, een Nationaal Park vol met wilde dieren, zoals Zwarte Makaken, Neushoornvogels, slangen en de Tarsiers. We hadden een prive taxi geregeld en we zouden wachten in de Mc Donalds in Manado. Maar door een enorme file in de stad kwam onze taxi pas na 4 uur wachten. Dan denk je je verveeld je maar achteraf is het goed geweest dat we wat langer in de McD waren. Op een bepaald moment had Sean in de gaten dat er een meisje in elkaar gezakt aan tafel zat en haar vriendje of broer haar licht aan het schudden was. Ze reageerde nergens op. Binnen een seconde reageerde Romana (verpleegkundige) en ik om haar op de grond te leggen en haar stabiel te houden. De hele Indonesische meute ging erom heen staan waardoor er nog minder zuurstof beschikbaar was voor het meisje. Renee en Sean hebben vevolgens goed op de bagage gelet omdat dit natuurlijk een ideaal moment is om de bagage mee te nemen. Na kort overleg met de McD manager hebben we besloten het meisje binnen te leggen. Ze was nog steeds buiten bewust zijn en Romana dacht aan een aanval of iets dergelijks. Nadat ze na 10 keer vragen eindelijk een ambulance aan het bellen waren hebben we haar zo stabiel mogelijk gehouden. Eindelijk een taxi, nee inderdaad geen Ambulance... ze hadden een taxi gebeld. Onbegrijpelijk maar goed er was vervoer. Hier hebben we het meisje in gelegd en Romana en de jongen zijn direct naar 1 van de ziekenhuizen in de stad vertrokken. Op hetzelfde moment kwam onze chauffeur Noldi aangereden. Wij hebben toen onze spullen in de auto gegooid en naar het dichtsbijzijde ziekenhuis gereden. De verkeerde... en omdat Romana geen mobiel bij zich had wisten we niet waar we moesten zijn. Dus dan maar naar de volgende.... ook hier was geen Romana te bekenen. In een keer ging Sean's mobiel, en ja hoor daar was Romana, ze had een mobiel kunnen lenen en zo Sean kunnen bereiken. Wij hebben Romana opgepikt bij het ziekenhuis waar het meisje direct verzorgt en weer bij kennis is gekomen door reukzout en zuurstof. Na dit avontuur hebben we de 2 uur durende trip door het donkere Noord Sulawesie naar Tangkoko ingezet. De avond was namelijk ingevallen om 18:00 uur. "De Tarsier is een nachtdiertje, 12 cm groot,lange staart en ogen zo groot dat het niet in verhouding staat tot de rest van zijn lijfje en behoorlijk bedriegd met uitsterving." Om de Tarsiers en de andere dieren te zien moesten we zeer vroeg op staan, let op euhm ..... 3.00 uur pff wat een tijd maar ja voor een goed doel. Na een simpel ontbijt in een pick up gestapt en een behoorlijk stuk de jungle ingereden. Hier hebben we Tarsier gevonden, maar we schamen ons diep dat we mee hebben gedaan aan de eindeloze flitsparade van de camera's. Het kleine diertje wordt namelijk gelokt met sprinkhanen. De park rangers vinden het blijkbaar leuk om te te tergen door ze als een klein kind een snoepje voor te houden en elke keer net op tijd weg te trekken. Om gek van te worden. Maar ja de boodschap waardoor we het met z'n allen goed gepraat hebben is : als wij als toeristen er niet zouden zijn dan waren de bomen gekapt, voor het geld en de tarsiers hier verdwenen. Na het zien van een grote groep makaken en we 6 uur door de jungle gelopen hebben was het tijd om afscheid te nemen van Tangkoko. We hebben toen afscheid genomen van Di Dan en besloten als we naar het eiland Siau zouden gaan hij weer in Manado zou komen. We zijn toen met zijn 4-en naar Tomohon gereisd. "Tomohon staat bekend om de 'macarb market', waar ze alle soorten vlees verkopen, zoals koe, varken, geit, vleermuis en hond. Het punt is dat ze het hier ook slachten. Nou ja Renee en ik als hondliefhebbers willen dit absoluut niet zien, dus hebben we het met zijn vieren voornamelijk gericht op de omgeving." We hebben via een omweg van Tendono lake ons resortje gevonden, dit waren namelijk super huisjes voor weinig waar een heerlijk bed te wachten stond. De volgende dag hebben samen met onze taxichauffeur in 5 uur de hele omgeving bekeken waaronder een dode vulkaan, een geweldig uitzicht gehad op de regio op een ander punt, een tempel bekeken en naar een grote schooloptocht. Vervolgens met Benni een hapje gegeten. Benni nodigde ons vervolgens uit voor een drankje bij hem thuis. Dit was heel leuk hierdoor hebben we gezellig bij hem thuis gezeten met als afsluiting het bekijken van zijn boek want zo bleek we waren niet de eerste toeristen in zijn huis. We denken ongeveer 20 mensen die voor ons binnen zijn geweest. Direct hierna een groepsfoto gemaakt welke we hem nog toe gaan sturen. De omgeving was geweldig maar de aanwezigheid van deze vrolijke gezellige man heeft de dag voor ons gemaakt. Wat een gastvrijheid! Op naar Manado om tickets voor Siau te kopen. "Pulua Siau ligt 4 uur varen uit de kust van Sulawesi, nog niet echt ontdekt door toeristen en gaat gegarandeerd top uitzichten vanwege een actieve vulkaan en een tropisch regenwoud op het eilandje" De vriendelijkheid van Indonesië kent geen grenzen! De middag voordat we op de boot zouden stappen naar Pulua Siau zat ik op het muurtje een beetje voor mij uit te kijken naar onze buren deze waren namelijk nog steeds erg stil en zorgde voor geen overlast. Naast de Metropolitan Inn is namelijk een begraafplaats gevestigd. Op het moment dat Renée naar buiten kwam lopen kwam er net een jongen samen met zijn zusje aanrijden op een van de vele Ojeks (scooters) van de stad. Deze jongen had namelijk ongeveer 2 uur daarvoor een foto met ons willen maken en zoals altijd weigeren we dat zelden. Blijkbaar gecharmeerd van de Bule's (buitenlanders) had hij ons opgezocht en uitgenodigd om naar zijn "village" te komen. Het was op loopafstand en wij hadden zo iets van hiervoor gaan we naar dit soort landen dus kom maar op. Na ongeveer 10 minuten lopen kwamen we bij het smalle stratencomplex aan waar kleine huisjes waren gebouwd. Nog net geen krottenwijk maar in Nederland bestaat zoiets niet. De een net iets meer af dan de ander en de ander met net iets meer mensen in het huis dan de buren. De reden voor deze feestelijkheden was het einde van de Ramadan. "de nacht waarin de ramadan eindigde werd het luid gevierd in Manado, auto's met speakers, honderden auto's al toeterend en feestend met een hoop feestgedruis waar je tureluurs van zou kunnen worden." Nog voordat we echt bij zijn huis aankwamen werden we al direct voorgesteld aan zijn tante, 3 nichtjes, kleinkind en vrienden. Inmiddels was de straat al volgepakt met kinderen van 5 -15 jaar en wij waren de attractie. Bule(buitenlander) ! Bule !! inmiddels wel gewend aan dit woord en maken we er inmiddels maar een liedje van waarmee je de kinderen en mensen direct voor je wint. Zo grappig. We hadden ook nog wat snoepjes bij ons, en ook dat vond gretig aftrek bij de kids. Na nog meer voorgestel aan zijn andere nichtjes, beste vrienden en andere familie leden werden we naar het huis geleid van zijn ouders. Hier werden we al kan het bijna niet nog hartelijker ontvangen dan tot nu toe nog ervaren. Het huis was vol gepakt met mensen en een soort buffet waar we direct na het handenschudden van ongeveer 25 mensen gebruik van moesten maken. Toen begon de foto sessie, mensen hier zijn blijkbaar zo verrast en nieuwsgierig dat dit alles erbij hoort en ze willen ook allen vrienden met je worden op Facebook. Alles met handen en voeten want echt Engels kunnen ze niet behalve dan onze gids in deze eindeloze vriendelijkheid. Nadat we hier vol zaten gingen we naar het volgende huis waar zijn broer (chefkok in het Novotel van Manado) zijn vrouw, kinderen en Grootouders woonde. Natuurlijk en zo kennen we Indonesiërs werd ook hier verwacht dat we wat zouden eten. En weer heerlijk. Het ziet er niet altijd even smakelijk uit maar het smaakt meestal heerlijk, eet wat de locals eten, al het andere smaakt vaak niet of heeft geen smaak. Maar ja ook hier een hele uitgebreide fotosessie. Vervolgens vroeg onze vriend of we door de wijk wilden lopen waarna hij ons aan ongeveer iedereen voorstelde, Wat een vriendelijkheid ongehoord. Hij liet het blijken dat dit bijna alleen familie was, maar het kan ook zijn dat de namen voor de vrienden of bekenden een raadsel voor hem waren. Pff, we zijn nu echt in Indonesië. Renée en ik zeiden toen tegen elkaar wat we in 1 week gezien, gevoeld en ervaren hebben staat normaliter gelijk aan 1 hele vakantie en toen hadden we nog bijna 3 weken te gaan. Nadat hij ons letterlijk tot aan de deur af heeft gezet hebben we ons klaar gemaakt voor de trip naar Siau. Siau, Het onbekende eiland voor touristen herbergt veel verrassingen. Op het moment dat we ons avond eten in Tomohon aan het verorberen waren kwam Sean met het idee hiernaartoe te gaan. Hij had namelijk foto's in een boek gezien welke lag in het hostel. Na het bekijken hiervan het bepraten met locals werden we allen erg enthousiast, en niet zonder reden. Di Dan zou ons treffen bij de boot maar was verlaat door iets van zijn werk en miste hierdoor de boot. Helaas voor hem want wij zaten inmiddels op het achterdek te relaxen en te genieten van alles wat om ons heen gebeurde. Het achterdek begon voller en voller te raken en wij hadden zoiets van volgens mij zit de boot nu echt vol. Maar ja Indonesië stijl, daar kan altijd nog wel iemand bij. Tijdens deze zon overgoten boot tocht van 4 uur flitste het ene nog mooiere dan het andere vulkaaneiland langs de boot. Wat is Sulawesi toch ongelooflijk mooi. Het water is zo blauw als je hoopt dat het zou zijn. Het enige wat nog miste zijn de dolfijnen bij de kiel van de veerboot. Na ongeveer 2 uur varen kwamen we bij de enige tussenstop aan. Terwijl een deel van de mensen van boord ging kwam een nieuwe lichting aan boord, dat tezamen met enkele verkopers zorgde dat we op en top vermaakt werden. Al met al duurde de stop 20 minuten alvorens we weer koers zetten richting Pulua Siau. Het eiland kwam klokslag 2 uur in zicht en wij waren met z'n vieren verrast door al het moois wat dit eiland al op het eerste gezicht te bieden had. Een vulkaan met rook, een dode vulkaan, tropisch regenwoud en enorm blauw en helder water. Dit zijn de eilanden die je wilt bezoeken, dit zijn de eilanden welke helaas schaarser worden. We zetten voet aan wal nou ja op de Jetty en direct komt Dominic een lokale gids ons tegemoet. In eerste instantie hebben we allen zoiets van laat ons nou met rust wij zoeken het zelf wel uit. Maar door zijn vasthoudendheid, goede engels (gebrekkig maar goed) en vriendelijkheid raken we gecharmeerd van hem. Wij vragen aan hem welke accommodatie je hier hebt en hij verteld dat er maar 2 plekken zijn op het hele eiland. Hotel Jakarta 325.000 per nacht en Losmen Bahri 100.000 per nacht. Wij kiezen natuurlijk voor de goedkoopste. Opgepropt in een Pickup truckje met dak en gammele bankjes rijden we in 25 minuten naar de Losmen. Terwijl de speakers keihard aan het blazen zijn en wij met z'n allen bijna doof worden arriveren we op de locatie. De kamers zijn schoon maar de douche is bijna te ranzig. Ach ja spullen dumpen en we zien het morgen wel. Terwijl Dominic nog aan het wachten is zijn we met zijn 4-en de Losmen aan het verkennen. Wat de prijs per kamer is weet niemand 100% zeker want de mensen die er werken willen er geen uitspraak over doen. Er waren een aantal dingen welke we heel graag wilde zien op het eiland, de Vulkaan, Gurung Merapi Karagrtang, de witte stranden van de foto's en een onderwater vulkaan welke te zien is tijdens het snorkelen. Eigenlijk vroegen we direct naar deze 3 dingen. En direct werd duidelijk dat de onderwater vulkaan te ver van Siau lag dus hebben we ons eigenlijk direct bedacht dat we naar de vulkaan op het eiland wilde. Dominic vertelde dat je dat het beste vanwege alle wolken heel vroeg moet doen, deze pakken zicht namelijk samen om het hoogste punt van het eiland waardoor je om 3 uur je bed uit moet om om 4 uur uur weg te rijden. Wij hebben direct tegen onze lokale vriend gezegd dat het goed was. Nadat Dominic samen met ons gegeten had hebben we afscheid genomen tot de volgende dag en zijn we naar een plekje gelopen waar enkele locals aan het vissen en het lantefanteren waren. Hiermee kwamen we in gesprek doormiddel van gebrekkig Engels en het Indonesisch wat Sean behoorlijk goed kan. Roy de man die het woord nam vond het belachelijk dat we de route zouden nemen welke Dominic had voorgesteld. Hij zei dat de route lelijk zou zijn en dat je niet veel zou zien. Omdat wij natuurlijk het beste willen zien, vroegen we verder maar omdat het locale dialect toch voor een taalbarrière zorgde hadden de mannen al een vriend gebeld " Micheal Adam" De jongen arriveerde op het vervoersmiddel van Azië en vertelde direct het een en ander. Duidelijk, hij wist ook van de andere route alleen zou deze iets gevaarlijker zijn omdat je dan aan de kant komt waar de laatste uitbarsting is geweest van 3 jaar geleden. Ondertussen hadden we het over de accommodatie, Roy vertelde dat er nog 1 was, Losmen Willie. Dit hostel wordt voornamelijk door locals gebruikt maar ook Bule's zijn welkom. Ik ben direct achterop de Ojek gestapt waarna we vliegensvlug aan de andere kan van het plaatsje aankwamen. Dit was een verademing, nog steeds geen super plek maar schoner, netter en de mensen waren direct heel vriendelijk al konden ze geen woord Engels. Goedgekeurd en terug naar de verzamelplek. Inmiddels was Dominic gebeld. Hij kwam een beetje met zijn staart tussen de benen aanzetten want, wij voelden ons een beetje bedonderd en de locals van de hangplek gaven hem heel duidelijk met veel woorden een veeg uit de pan. Op advies van Michael Adam een staatswerknemer zijn we het uit gaan praten in onze Losmen. Hier aangekomen hebben we na ongeveer een uur van discussiëren besloten de originele route aan te houden. Renée gaf ook aan dat ze dacht dat Dominic voor de veilige route ging en Roy voor de snelle geld route. Dus dat betekende de volgende ochtend de wekker om 3 uur zou gaan. Gurung Merapi Karagrtang Zow na een goede nachtrust van 3 hele uren ging de wekker. Renée en ik zeiden nog iedereen denkt volgens ons dat wij 4 weken op tropische stranden liggen te bakken, uitslapend en genietend van de zon maar nee deze vakantie is anders dan alle anderen hiervoor. Sean en Romana waren inmiddels al wakker en keken al richting de vulkaan, je kan deze namelijk van af een kant een beetje zien gloeien. Na Kopi(Koffie) en Teh (thee) en een klein hapje eten in de auto. We moesten ongeveer 45 minuten rijden waarna we een steile klim van zoals Dominic zei 1 uur omhoog de vulkaan zouden gaan. De bochtige rit door het van donker omgeven Siau stopte vlak voor het laatste huis en een van de hoger gelegen huizen op het eiland. Vlak onder de vulkaan had een gezin het huis neer gezet waar omheen een keurige tuin lag. Hier moesten we met de benenwagen het eerste steile stuk bewandelen zij het geasfalteerd zo steil vindt je geen straat in Nederland. Omdat de tijd op dat moment niet echt voorhanden was wist niemand hoelang we er over gedaan hadden maar het leek eindeloos. Het asfalt hield op en de Jungle begon, hier begonnen ook de glibberige paden nog steilere stukken en dichter wordende Jungle. Bedenkende dat Renée en ik maar 1 zwak zaklampje hadden en Sean en Romana als onze gids goed voorbereid waren met een goedwerkende zaklamp kwamen wij er maar bekaaid af. Renée heeft voornamelijk met zaklamp gelopen waardoor ik sommige stukken moest gokken en weggleed op de gladde ondergrond. Uiteindelijk werd het landschap wat vlakker en we raakten de voet van de vulkaan aan. Na ongeveer 10 minuutjes lopen geraakten we bij de laatste lavastroom aan deze kant ongeveer 6 jaar geleden. Grote vulkanische rotsblokken versperden de weg en hadden een groot deel van de Jungle weggevaagd. Via een route die Dominic wist kwamen we na wat geklauter boven op de oude lavastroom te staan, wat een gezicht adembenemend, terwijl je de zon voelt opkomen door de stijgende tempratuur krijgt alles om je heen meer en meer gestalte. De vulkaan behoord tot een van de meest actieve en rookt ook behoorlijk uit de 2 kraters. We klimmen verder over de scherpe rotsen waarvan sommige vast gesmolten zijn aan elkaar en andere zo instabiel als ik weet niet wat. We hadden de 1 uur durende klim in 40 minuten gedaan en zorgde ervoor dat we lekker lang van deze voor ons unieke plek konden genieten. Dominic had ook geen haast hij zei altijd jullie geven aan hoe en wat voor de rest is alles goed. Direct toen we daar zaten vol adrenaline vroegen we aan Dominic of hij de volgende dag nog eerder met ons weg wilden gaan. Hij antwoordde positief waardoor we nog zittende op de oude lavastroom afspraken de volgende dag (woensdagochtend) om 2 uur te vertrekken. We zouden namelijk de kans hebben de vulkaan te zien gloeien van dichtbij maar wel relatief veilig. Het zicht op de rokende vulkaan was geweldig waar we allen heerlijk van genoten. Na ongeveer 1 uur hebben we de klim over de vulkanische rotsen weer terug gewaagd waarna de Jungle hike van 20 minuten kon beginnen. Dominic vertelde over alle eetbare planten waardoor de 20 minuten een uur werd en het een zeer leuke, wel een vroege maar zeer unieke bezienswaardigheid maakte. Omdat we allen zeer ontevreden waren over Losmen Bahri hebben we onze spullen gepakt om naar Losmen Willie te gaan. Ook het gebrek aan ontbijt droeg niet bij aan een iets beter gevoel bij het afscheid van Losmen Bahri. Die middag hebben we weer met hulp van onze gids een Mobil(truckje met 8 zitplaatsen achterin en een overkapping) geregeld waarmee we naar de hot watersprings zouden gaan. Deze plek is gevestigd op een van zwart lava zand strand en zou ook ideaal zijn voor snorkelen. Wij hadden hier al rekening mee gehouden in Manado omdat we onze eigen snorkels gekocht hadden. Dus we doken direct het water in. Nog voordat ik ver weg kon zwemmen had Renée op dat moment toch echt de voorkeur lekker in het zand te zitten en helemaal niets te doen, lekker relaxen. Onze chauffeur liet ons ook nog even zien wat de watersprings precies waren. De locals hadden er inmiddels een soort bad om heen gebouwd en voornamelijk in de regentijd vormt zich daar een heerlijk natuurlijk verwarmd bad. Een ander deel waar ook warm water de grond uit kwam was direct verbonden met de zee. Hier vloeide dus warm zoet water in het zoute water, heerlijk we denken dat het water ongeveer 50 graden was waardoor je tezamen met het uitzicht, de rust en de bijna ondergaande zon een soort SPA idee kreeg. Gewoon heerlijk! Na een kort snorkel tripje waar we niet echt veel zagen zijn we teruggekeerd aan de wal. Ineens was Dominic ook langs gekomen, als een duiveltje uit een doosje kwam hij langs. Voor ons nog steeds erg vreemd maar Romana en ook Sean zeiden dat dit waarschijnlijk puur uit belangstelling was. Wij vonden het beide nogal vreemd dat hij zo aanwezig was op verschillende momenten van de dag. Hij vertelde de chauffeur dat hij een perfecte plek wist waar je een hot waterspring had waar je de stoom omhoog zou zien komen. Tijdens de alsmaar sneller ondergaande zon reden we 10 minuten van het strand. Hier omlaag gelopen langs een steil pad op onze slippers en hier kwamen we aan waar we 1ste rangs zaten voor de perfecte zonsondergang. Weer terug naar de Losmen voor een douche, een hapje en dan gaan slapen. Het werd toch weer te laat en gingen pas om 10:30 waardoor we weer maximaal 3 uur konden slapen. Nog moe van deze dag gingen we weer het bedje in. Daar ging de wekker, wat een tijd maar wederom voor een goed doel. Eerste het autoritje en toen de heuvelklim inmiddels uitgerust met een 2de zaklamp verliep deze nog sneller dan de dag ervoor. Hierdoor kwamen we na een klein deel beklimmen van oude lava pad ongeveer om 3:15 aan op de nog in het donker gehulde vulkaan. De wolken waren nog steeds aanwezig waardoor de krater niet echt zichtbaar was. Het was koud, onze gids had het nog nooit zo koud gehad waarna we allen een schuilplek achter grote rotsen zochten en uit de wind zaten. Nu maar wachten op de heldere hemel. Terwijl het wolkendek aan de ene kant wegtrok begon hier het schouwspel van de sterren en de vallende sterren, wat een mooi gezicht. Waarschijnlijk omdat we dicht bij de evenaar zitten zag je de aarde en de sterren om ons heen draaien, weer zo'n uniek gezicht en een fantastisch schouwspel. Ongeveer om 4 uur trokken de wolken weg waardoor je de vulkaan zag leven, het gloeien van de lava in de krater stak meters boven de bovenzijde uit. We waren er stil van. Na heel wat pogingen met geklooi aan sluitertijden enkele foto’s kunnen maken van dit moment. We zaten op een actieve vulkaan, wij met z’n vijven in het holst van de nacht! Ongeveer een uurtje hierna kwam de zon ons langzaam weer verwelkomen, en bracht de warmte. De truien konden weer uit, het zweet kwam weer uit de poriën op het moment dat we de afdaling inzette. Renée en ik hebben direct hierna het bedje opgezocht waar we pas 7 uur later weer uitkwamen geradbraakt maar volledig blij met onze vulkaan avonturen. Die dag hebben we weinig gedaan, beetje gegeten, foto’s uitgewisseld en nog nagepraat over de afgelopen nachtelijke avonturen. De volgende dag hadden we een boot geregeld naar Mahoro Island. Een tropisch paradijselijk eiland perfect om even niets te doen. Weer met z’n 5-en + bootkapitein want Dominic volgde ons overal op de voet. "Wij waren op dit moment de enige 4 touristen op dit hele eiland (75 dorpen en ongeveer 2000 inwoners" De boottrip naar dit eiland alleen al was elke Roepia waard. De houten boot waar het water gewoon door de planken naar binnen kwam stuurde ons langs enkele bewoonde eilanden, hier stonden dan maximaal 10 woningen en behoren tot de Talaud archipel waar ook Siau toebehoord. Terwijl onze kapitein behendig met de grote boot het koraal en de rotsen ontwijkt schept hij ook nog het overtollige binnengekomen water uit de boot met een zelf gemaakte maar goed functionerende hoosbeker. Het eiland doemde op. In eerste instantie leek het alsof we naar een dak van een boot keken. Het was namelijk zo licht blauw. Maar naar mate we dichterbij kwamen was dat het water, Pictureperfect is het woord wat vaak in de mond is genomen, zo helder mooi blauw met spierwit strand waar geen mens woonde en zelden kwam. Wat intens mooi. De wind begon wel aan te wakkeren wat snorkelen onmogelijk maakte en wij eieren voor ons geld kozen en de bootkapitein vroeg ons naar een nabij gelegen eiland te brengen met minder wind. Nadat we de boot weer naar de wal hadden getrokken, deze lag namelijk nu veilig enkele meters uit de kust i.v.m. de sterke wind zette we koers naar het nabij gelegen zeker niet minder mooie maar wel bewoonde buureiland. Hier woonde namelijk wel 1 familie. Gelukkig hadden we wat inkopen gedaan waardoor we een heerlijke lunch klaar konden maken met verse en zelf geopende kokosnoten. Dit is het leven! De zon had zijn werk gedaan en Renée en ik zijn die dag behoorlijk bijgekleurd, een beetje teveel, zeg maar verbrand maar niettemin was dit weer een heerlijke geweldige dag met heel veel nieuwe indrukken. Na een snorkeltripje van Sean en Joris waar helaas niet te veel te zien was zijn we langzamerhand weer op de boot gestapt. De kapitein vroeg of Ik de 2de motor wilde besturen en natuurlijk sla je zo’n kans op de open zee niet af, blazend met 2x 40 pk scheerden we over de blauwe zee terug naar Siau waar we zon langzaam achter de vulkaan zagen verdwijnen. Onze tijd op Siau zat er op. De volgende ochtend hebben Renée en ik onze tassen gepakt en zijn we natuurlijk weer veelste vroeg op de boot gaan wachten bij de haven. Sean en Romana hadden vandaag een scooter gehuurd om 1 maal om het eiland heen te crossen samen met Dominic. Zij bleven nog een dag. Inmiddels is het vrijdag avond en zitten we weer na een hobbelige rit in de boot in Manado. Morgen vertrekt ons vliegtuig naar Makassar het zuiden van Sulawesi. Het eiland is te groot om in 1 keer te bekijken en we hebben daarom besloten de laatste 1,5 week rondom Makassar te verblijven. Het plan is na aankomst in Makassar de dag erna naar de Tana Toraja te gaan, een 8 uur durende bustrip naar de vlakken van de toradja’s. Bekend van de begrafenisrituelen, de typische huizen en de nog steeds in ere gehouden cultuur. Heftige ceremonies, fantastische Ojek rit en witte stranden.De vlucht met Lion Air, de Ryan Air van Indonesië vertrok zoals gewoonlijk weer keurig op tijd en hierdoor kwamen we 2 uur later met een klein beetje tijdverschil aan in Makassar. Hier hebben we een taxi geregeld naar het Daya Busstation. Hier aangekomen klampten direct enkele proppers van verschillende busmaatschappijen aan ons vast als vliegen op honing. Renée en ik kozen voor Metro Permai en hadden ingezet op de meest comfortabele manier om de komende 8 uur door te brengen. Dus de High Class Executive bus was ons op het lijf geschreven. Voor slechts 155.000 roepias p.p konden we vrij snel instappen in deze luxueuze bus, met dikke stoelen, een dekentje en een zacht kussen. Door deze verzachtende omstandigheden was het goed vertoeven in de bus. Om ongeveer 5:30 stond een van de bus medewerkers naast onze stoelen en vroeg waar hij moest stoppen, dit natuurlijk in Bahasa Indonesisch waardoor we hem absoluut niet begrepen. Snel de lenzen in en door middel van de tijd op dat moment moest het wel gaan om het desgewenste Guesthouse. Volgens onze Bijbel zou Pia Poppies een goede zijn dus lieten we ons hier afzetten. De bezetting van bus op zes man na was volledig bezet met Indo’s en de alle backpackers stapte eensgezind uit bij deze plek, de een brak van de nacht, de ander nog half onder invloed van de ingenomen slaappil. Na veelvuldig aanbellen deed een oudere man, jaartje of 70 compleet met grijze haren en een vlas baardje de deur open en verwelkomde ons in zijn Guesthouse. We mochten direct plaats nemen, gebruik maken van de Wifi én kregen binnen enkele ogenblikken een pot koffie en thee én versgeperste fruitshake voorgeschoteld. Wat een ontvangst! Het enige was, hij had geen kamers, helemaal vol geboekt. Twee van de zes uitgestapte Backpackers, een Amerikaans stel koos voor de veilige oplossing en liep verdwaasd, nog slaperig van de slaappil naar de overkant, het alternatief voor Poppies. De 4 overbleven waaronder wij bleven zitten, want een dergelijk ontvangst vindt je niet snel. Om een uurtje of 7 in de ochtend hebben Robert, een Duitse student en ik toch gekeken of er alternatieven waren in het kleine stadje Rantepao. Renée en Mario ( Piloot in opleiding en nog misselijk van de bochtige rit) bleven wachten of er toch niet toevallig 2 kamers vrij zouden komen. Na een korte wandeling en bekijken van een goed alternatief waar nog kamers beschikbaar waren namen Robert en ik een Becak (Zeg maar een scooter met een soort laadbak voorop waarin ruimte is voor 2 Aziaten of 1,5 Europeaan) terug naar Poppies. Er was inmiddels 1 kamer vrijgekomen en na kort overleg wie deze kon krijgen was er ook al een 2de beschikbaar. Dus geregeld! Inmiddels hadden wij voor 8 uur al met 3 (Mario lag nog te slapen tussen de backpacks) gidsen gesproken die ons wel mee wilde nemen naar een ceremonie op maandag. Want ondanks dat deze cultuur er bijna barbaarse gewoonten op nahoudt is de kerk letterlijk heilig. Bijvoorbeeld men gaat hier op zondag 3 keer naar de kerk. Dat is pas overtuigd zijn van het geloof. Ook met deze doordrongen overtuiging wordt ook zeer sterk vastgehouden aan de historie, het kastestelsel en de ceremonies van de Tana Toraja. Buiten stond een oude vrouw met een zeer incompleet gebit te kijken naar de nieuwe tijdelijke bewoners van Pia Poppies, we stelden ons voor en zij vroeg direct waar we vandaan kwamen. Toen het woord Belanda viel begon zij direct met een paar woorden Nederlands en zei dat ze dat moest in de Oorlog. Hierna ging ze weer over in het Bahasa Indonesisch en de locale Toraja taal waardoor een gesprek heel moeilijk ging. Misschien toch maar eens een curcus Indonesisch op gaan pakken want wij zijn nog niet klaar met dit deel van de wereld! Wij hebben na zorgvuldig gekozen vragen te stellen en zo meer inzicht te krijgen in de dagindeling die komen gaat onze keuze laten vallen op Arru. Een kleine vrijgezelle 40 jarige Tana Torajaan. En omdat het goed klikte met onze Oosterburen hadden we eigenlijk in Makassar al besloten dat we met z’n 4-en zouden gaan. Nu eerst naar bed om de welverdiende rust in te halen. Om ongeveer 14:00 werden Renée en ik wakker waardoor we de halve dag helaas kwijt waren maar wel iets bijgeslapen hadden. In de middag kwam ook het Amerikaanse stel nog terug in Poppies want de gezelligheid hier viel in het niet bij de overkant. Zij vroegen direct of wij al een gids hadden en eigenlijk voordat daarop antwoord opgegeven was stelde Renée en ik voor of ze met ons meegingen. Hierdoor werd het financieel nog interessanter. Nu konden we het astronomische bedrag van wel 550.000 Rp ( 45 euro….) inclusief 2 donaties ala 2x een slof sigaretten à 100.000 roepia onderling verdelen. Voor dit bedrag zouden we de hele dag onder de pannen zijn. ’s Ochtends zouden we starten bij het dorp van Arru, hier enkele Tau Tau graven bekijken en vervolgens naar dé ceremonie gaan. Hierna zouden we een tour door het gebied maken. Na een gezellige avond, kroop iedereen nog steeds enigszins brak vroeg het bed in. De volgende ochtend hadden we om 8:30 afgesproken te vertrekken. ‘De Tana Toraja een zeevarend volk uit het Noorden (Cambodja en China) heeft zich eerst gevestigd op Sumatra maar is ongeveer 100 jaar hierna vertrokken richtingen de valleien van Sulawesi. Het bestaan van de Toraja staat in het teken van de dood. Dit wordt voor iedereen via een speciale ceremonie gevierd. Als een persoon ziek is en vervolgens overlijd wordt deze naar een zuid gevel van de typische woning gebracht, hier kan de persoon totdat er voldoende geld, Buffels, Varkens en familieleden verzamelt zijn verblijven. Dit kan wel tot 3 jaar duren. Het lichaam wordt tijdens deze periode gebalsemd met een kruidenbalsem, hierna wordt de ceremonie georganiseerd, een tijdelijk dorp gebouwd speciaal voor die gelegenheid, buffels en varkens aan getrokken en alle familie, vrienden en aanverwanten uitgenodigd. Een begrafenis kan dus wel bijgewoond worden door 3000+ zeg maar familieleden. Na de ceremonie wordt de overledene in een soort uitgehakt marmeren Tombe in een nabije berg geplaats en wordt er een Tau Tau, een pop met kenmerken van de overledene gemaakt en in het zicht geplaatst op een soort balkon in dezelfde berg’ De ceremonie. Met onze gehuurde Ojeks (60.000 Rp per dag) vertrokken we richting het zuiden en naar het dorp van Arru. Dit dorp en dit gebeurt meer werd gekenmerkt door een tol poortje, hier werden we verzocht 10.000 Rp per persoon te betalen alvorens we erin mochten. Het dorp had enkele weken geleden een grote ceremonie gehad en het tijdelijke dorp stond nog volledig. Arru raakte direct in zijn rol en vertelde over de bestemmingen van elke tijdelijke woning, de ontvangst ruimte, de vlaggen én de offerplaats. Tevens vertelde hij dat er minimaal 24 buffels(gelijk aan de verschillende soorten in de vallei) geofferd worden en een veelvoud aan varkens. Het hoogste aantal voor zover hij wist was 200 buffels en rond de 2000 varkens die geofferd werden voor 1 overledene. De Toraja woningen, kenmerkend met de daken als omgekeerde boten worden vervolgens voorzien van de horens van de Buffels en de onderkaken van zowel de Buffels(aan de rechterkant) als varkens (aan de linkerkant). De huizen zijn tevens allen voorzien van versieringen welke gelijk staan aan het leven van de bewoners, zoals golf bewegingen, deze staan voor goede en slechte tijden. De haan en de zon, welke altijd samen staan afgebeeld omdat deze staan voor het begin van de dag. Het dorp was op dat moment in volle gang, de tijdelijke huizen werden afgebroken, de vrouwen maakten eten en andere mannen sneden grote bamboe bekers zodat deze voorzien konden worden van Tuak, een palmwijn zeer sterk en geliefd in heel Indonesië. In het noorden van Sulawesi noemen ze dit Chaptikoes en op Java, Arak). Vervolgens liepen we verder naar de graven, enkele vrij recent en andere van 100(den) jaren geleden. Vroeger hakten ze geen tombes uit maar werden de kisten op palen tegen de rotswand bevestigd. Deze kisten vielen en liggen nog steeds op die plek naar beneden waardoor deze plek vol lag met botten, schedels en oude versierd met de Toraja kenmerkende grafkisten. Heel indrukwekkend allemaal, de dood is hier zo aanwezig, zo normaal en een “way of life”. Na het aanschouwen van enkele Tau Tau’s achter tralies, de poppen zijn namelijk geliefd door grafrovers en verzamelaars in het Westen, zijn we weer langzaam op onze Ojek gestapt. Op naar het Noorden. Rijdend door het landschap van deze geweldige vallei kwamen we via een bergachtig pad aan bij de heksenketel van de ceremonie. Dit was dag 2 van de ceremonie welke maximaal 6 dagen inclusief 1 rustdag kan duren. We werden direct verwelkomd door een grote rij wachtende mensen, varkens vastgemaakt aan bamboe en een politiepost (deze int de belasting van elk geofferd dier). Via een soort achteringang werden we langzaam toeschouwer van dit akelige schouwspel. Een buffel was net geofferd en al volledig in stukken gesneden, met als enige nog herkenbare was de kop van de buffel. De varkens en buffels worden op palmbladeren in stukken gesneden en elke genodigde groep krijgt een deel van de geofferde dieren mee terug. De vrouwen coöperatie, die het drinken en het eten verzorgt krijgt voor de diensten ook een deel. Wat ons erg opviel is dat het een blije gebeurtenis is, geen tranen, vrolijke kleuren en veel lachende, rokende en tuak drinkende mensen. Het hele principe werkt volgens een stramien. De varkens en buffels komen binnen worden gepresenteerd, gekenmerkt met een nummer, en vervolgens komen de gasten binnen, die eerst in de welkomst ruimte worden neergezet. Deze mensen worden allen verwelkomd door de jongste en in een kleurrijk kostuum uitgedoste kleinkinderen van overledene. Hier worden de vrouwen en mannen van elkaar gescheiden. Vervolgens krijgen ze aan de hand van status ten opzichte van de overledene een ruimte(wel weer gemixt met mannen en vrouwen) toegewezen vanwaar ze de hele ceremonie kunnen bekijken. Op een plek achter de plaats waar de directe nabestaande zitten worden de varkens (wij hebben geen buffels geofferd zien worden) gedood door 1 steek in het hart. (Bij een Buffel wordt de keel doorgesneden) Daarna worden de haren er afgebrand door een grote gasbrander waar daarna het varken wordt ontleed. Alles wordt gebruikt, bloed, organen, elk stukje vlees aan de dieren. Dit alles onder het toeziend oog van de aanwezigen. Hierna wordt het vlees wat voor de betrokkene is voor de ruimte waar ze die dag doorbrengen neergelegd. Het vlees wat nog niet verdeeld is ligt in de brandende zon te wachten en wordt omgeven van honderden misschien wel duizenden vliegen. Na dit alles aanschouwt te hebben werden we door kleinkinderen (die later meerder foto’s wilden maken en om Facebook adressen vroeg) van de overledene gevraagd of we niet plaats wilde nemen in een van de eerder beschreven ruimtes. Dit konden we niet afslaan en hierdoor moesten we ons door het door bloed doordrenkte modder begeven naar de ruimte. Direct voor deze ruimte speelde zich het hierboven scenario keer op keer af. We werden ook direct voorzien van thé en kopi, koekjes en cake aangeboden door de vrouwen coöperatie. De hele gebeurtenis speelt zich of op een groot veld met in het midden een Toraja graanschuur met daaronder een plateau, 2 offerplaatsen en daaromheen zeer veel ruimtes, een soort tribunes, van bloed doordrenkt modder en tientallen dode dieren, stukken vlees en een grote wirwar van mensen met een ieder een eigen taak. We zijn hier ongeveer 2,5 uur toeschouwer van geweest. Dit is trouwens absoluut geen toeristische gebeurtenis, ja er zijn toeristen maar wij hadden het geluk dat net iedereen weg ging dus we bleven als laatste over maar de Tana Toraja doet hun ding en wij mogen meekijken en een glimp opvangen van iets wat zich al honderden jaren afspeelt in de vallei. Als voorbeeld, een buffel vertegenwoordigd volgens en gids die we ’s avonds tegenkwamen een waarde van 45.000 euro zo´n 540.000.000 Rp. Dus de kosten lopen snel op. Wij steunen eigenlijk met onze donatie de dure ceremonie. Hierna hebben we in Rantepao een heerlijke lunch gehad, en ik kon het niet laten om een buffelsteak te bestellen, taai maar lekker. Een beetje moegestreden van alle indrukken had het Amerikaanse stel toch besloten een bus ticket voor de volgende dag te gaan regelen richting het noorden waardoor we met z´n 4-en + Arru het rondritje door het zuidelijk gelegen deel van Rantepao zouden doen. Vanuit Rantepao was het ongeveer 45 minuten crossen naar Lemo. Wederom een begraafplaats en een plek met een mooi uitzicht op een klein valleitje. Hierna zijn we teruggekeerd naar Rantepao om bustickets naar Makassar te regelen voor de volgende avond en hierna direct naar Pia Poppies. Na het afrekenen van de dag hadden we met z’n vieren het idee opgevat een 1 daagse trekking door de vallei te doen. Maar omdat Arru volgens ons absoluut geen idee had waar te beginnen, de route niet kende of er geen zin in had hebben we besloten hem te ontslaan van zijn taken en zelf 2 Ojeks te huren voor een volledige dag en op basis van een aantal goede kaarten onze eigen weg te vinden. De volgende ochtend hebben we onszelf enigszins te laat door de super trage service van de ontbijtdienst op de Ojek gezet en de dagtocht door het Noorden van Tana Toraja ingezet. Wat een geweldige rit was dit, volgens Renée en ikzelf is dit de mooiste Ojek rit geweest tot nu toe. Na ongeveer 2 uur crossen in door de bergen omgeven omgeving moesten we kiezen links af of rechtdoor, beide wegen stonden niet op de kaart. En omdat de linkerweg voorzien was van een oud bord met een tekst erop die niet leesbaar was begaven Renée en ik ons als een soort scout naar het linkerpad. Kort daarna omdat we ons omkeerde kwamen de 3 heren, er was namelijk een gast en bekende van onze Oosterburen van het Guesthouse meegegaan, al onze kant op gereden. Ze waren namelijk een local tegengekomen die naar links wees toen ze naam van het plaatsje Lempo noemde. Wij reden het pad op en werden verrast door de alsmaar mooier wordende uitzichten over de rijstpaddies, precies zoals je ze op foto´s ziet, de een nog hoger opgestapeld dan de ander. Het pad werd echter slechter naar mate het uitzicht mooier werd en op een bepaald moment reden we op een smal pad voorzien van losse stenen. We hadden het idee een beetje verdwaald te zijn. Hierop zijn we na ongeveer een uur rijden over dit bijna onbegaanbare pad met onze Ojeks vragen gaan stellen aan Locals welke langs dit pad woonde. Het Engels hier is niet echt aanwezig dus met handen en voeten, en het noemen van enkele plaatsnamen kregen we toch het idee dat we op de goede weg zaten. Het pad maar volgen dus, maar wat wel bleek is dat hier absoluut geen toeristen of buitenlanders komen. Na stug volhouden, geconcentreerd rijden over het smalle, brokkelige en gladde pad kwam erin een keer een fatsoenlijkere weg in zicht. De weg stond wel weer op de kaart, linksaf richting Rantepoa en rechtsaf naar Lempo. We waren dus inmiddels ver afgedwaald. Het kon de pret niet drukken want wat een rit was dat. Op naar het volgende punt, een kopi shop waar we een welverdiend blikje cola en sprite hebben weggeklokt en een simpel maaltje hebben verorberd. Die plek stond trouwens ook op een locatie waar je u tegen zegt. Het keek uit over honderden rijstpaddies, een bergkloof en enkele Toraja huizen, wat dichter bij en ook heel ver weg. Wat een uitzicht, alleen hiervan hebben we al 30 minuten lopen genieten alvorens we aan de cola en mie gingen. Verder op na Lempo zou een nog mooier uitzicht moeten zijn. Na ongeveer 20 minuten verder rijden kwam de Buffelo spa zoals Arru het noemde in zicht. Vanuit dit punt kijk je de vallei in over rijstpaddies, buffels, wederom een bergkloof en uiteindelijk Rantepoa. Op deze weg waren een paar jongentjes aan het vliegeren wat voor een perfecte setting zorgde, de rust daar hoog in de heuvels voorzien van een frisse wind was natuurlijk een ideale setting voor deze jonge vliegeraars. Het was 3 uur en we zouden ongeveer 6 uur later op de nachtbus stappen richting Makassar. Dus we hebben de terug tocht ingezet. Via een steile weg naar beneden waren we binnen 45 minuten weer terug in Rantepao. Tijdens de korte afdaling hebben we nog enkele huiden van Buffels zien hangen die klaar worden gemaakt voor gebruik. Tevens werd de weg ook nog even versperd door een 2 meter lange slang die half dood op de weg lag, nog enkele stuiptrekkingen en deze gladde giftige vriend zal hier waarschijnlijk het avond maal zijn van een local. Terug in Rantepao hebben we ons avondeten besteld zodat we deze tenminste op tijd zouden ontvangen, ook het eten een clubsandwich voor in de bus was onderdeel van de bestelling. Na een douche in de kamer van de bekende van de Oosterburen, de tas op nieuw ingepakt te hebben en ook nog op tijd het avondeten te krijgen waren we bijna klaar voor vertrek. De rekening moest nog betaald worden en dat zorgde voor een klein beetje vertraging. Eigenlijk toen dit net klaar was stond een van de Bus medewerkers al klaar om ons te begeleiden naar de Nachtbus met de zachte stoelen. Na een brakke nacht werden we gewekt door Mario en Robert, zij stapte af op het vliegveld en daar waren we net gearriveerd. Volledig voorzien van alle input van Bunaken, Siau en Manado gaan zij waarschijnlijk ook deze dingen doen in de laatste dagen van de vakantie. Het was vroeg, om 5 uur werden we afgezet op een plek waar we een Becak konden pakken naar een Kijang plek (soort gedeelde taxies die door heel Indonesië rijden) Hier stapte we samen met 3 locals in om de 4 uur durende rit naar het zuiden te ondernemen. Pantai Bira was onze bestemming. De auto’s hier kunnen nooit vol genoeg zitten dus op een bepaald moment zaten we met 11 volwassenen en 2 kinderen in de auto terwijl er normaal 6 a 7 personen in passen. Een erg oncomfortabele manier om ongeveer 3 uur door te brengen maar het einddoel zou een wit uitgestrekt strand zijn met weinig tot geen touristen en een relaxte vibe. Na 4,5 uur kwamen we aan, het was half elf. Renée en ik hebben vervolgens ongeveer 4 mogelijke Guesthouses afgelopen om de beste kiezen. We hebben nu gekozen voor Pandok Wisata Bahagia, vlak voor de witte stranden. Wat een rust hier en we denken dat hier maar ongeveer 5 andere koppels als toerist zijn. Terwijl Renée de volgende dag lekker lag te zonnen op het witte strand en natuurlijk weer lastig werd gevallen door locals voor een foto. Was ik met Bira Divers 2 duiken aan het doen, 1 vlak voor de kust van Pantai Bira en de ander bij het kleine eiland op 15 minuten afstand. Voornamelijk de 2de duik was erg bijzonder. Veel gezond koraal maar helaas weinig kleur, maar de smaakmakers waren toch vooral de 6 white tip haaien op enkele meters afstand en een Marble Stingray van minstens 1,5 x 1,5 vlak naast ons en zwevend door het water. Wat een gezicht. En terwijl de gigantische stingray naar links ging gleed er onder hem/haar een van de zes haaien. Een volmaakt gezicht als je daar met 25 meter onder water zit. Bira is voor de buitenlandse toerist nog redelijk onbekend, en dat maakt het door de week zeer ontspannen vertoeven, op een fotomeute na heb je hier af en toe een privé strand. Heerlijk! Na 3 nachten slapen in Bahagia Wista was het tijd om te gaan. De zoon van de baas was gearriveerd met zijn vriendjes. En deze waren lid van een auto club en dit zorgde voor extreem harde muziek om 7 uur ’s ochtends. En omdat deze jongen overal een beetje lak aan had en dacht dat dit heel stoer was deed hij nergens iets op uit. Ach ja, wij hebben die dag nog heerlijk op het strand gelegen en helemaal niets gedaan. Na een heerlijk maaltje bij het Bamboe restaurantje, een kort gesprek met de eigenaar van Bira Divers was het tijd om in de gecharterde taxi te gaan zitten en de reis richting Makassar in te zetten. We moeten namelijk de tickets naar Jakarta nog regelen en daarom zijn we hier. Vanavond of morgen vertrekken we naar Malino, een bergoord waar o.a. een waterval te zien is maar ook een plek de vredesbesprekingen tussen Nederland en Indonesië plaats hebben gevonden. Dus we zijn benieuwd.
0 Opmerkingen
Laat een antwoord achter. |
AuteurJoris is geboren in Haaksbergen en is op 22 jarige leeftijd richting Arnhem getrokken om dichterbij zijn toemalige vriendin Renée te wonen, zij komt uit Driel een Betuws plaatsje aan de Rijn, nabij de bekende sluizen. De kalverliefde bloeide verder en ze zijn 2016 getrouwd. Het reizen zit er eigenlijk al vanaf moment één in. Tijdens een all-inclusieve vakantie in Turkije verveeld het strand en huren ze de meest afgeragde Suzuki Jeep. Trekken elke dag het binnenland in en zijn ze verkocht. Het jaar daarna gaan ze backpacken, voor de eerste keer voor een maand naar Thailand, elk jaar erna trekken ze er een maand op uit, telkens een nieuw land, nieuwe indrukken en stempels in de paspoorten. ArchievenCategorieën |