Travel Crazy
  • Home
  • Vraag maar raak
    • Administratie
    • Budget & Bank
    • Camper tips
    • Hond mee
    • Oja dit ook nog
    • Verzekeringen
  • Camino
    • Ebook Camino Português
    • De etappes
    • Paklijst Camino
  • Collabs
  • Vanfood
    • Appel & Rozijnen Cake (Omnia)
    • Bananenbrood (Omnia)
    • Falafal easy chickpeasy
    • Gezonde Dipsaus
    • Indische taart (Omnia)
    • Naan Brood (Pan)
    • Nacho schotel Vega (Omnia)
    • Tosti (Pan of Cobb)
    • Porridge met Toppings
    • Spaanse Tortilla (Pan)
    • Speltbrood (Omnia)
  • In de media
  • Lees mee
    • Estrela & Piodao (English) >
      • Serra da Estrela
      • Piódão
      • Loop Walk Piodao to Foz d'Egua
    • Oostelijk
    • Afscheid 2021
    • WorkAway
    • 2016-2018 Vanlife
    • 2015 Vanlife 5000km Testrit >
      • Verslag 1
      • Verslag 2
      • Verslag 3
    • 2014 Nicaragua
    • 2013 Indonesië Molukken
    • 2012 Indonesië Sulawesi
    • 2011 Maleisië Borneo

Surf & Sun

17/11/2014

0 Opmerkingen

 
Bueno!

“San Juan del Sur een surf plaatsje helemaal in het zuiden van Nicaragua, dit vroegere vissersplaatsje is inmiddels helemaal omgebouwd tot een surf paradijs. En niet omdat het bij lage tij brede strand fantastische golven biedt, nee het gaat meer om de noordelijke en zuidelijk liggende stranden, want daar vind de actie plaats. Ook is dit een unieke plek omdat het de mogelijkheid biedt Olive Ridley schildpadden te zien nesten/ eieren leggen.”

Nadat we via de boot en taxi van Isla de Ometepe in San Juan del Sur aankwamen hebben we als allereerst bij Hostal Oro aangeklopt voor een plek, echter was deze populaire plek vol, tenminste de 2 persoonskamers, dus na 100 meter lopen kwamen we bij onze volgende optie aan. Hostal Esperanzo (23$) had gelukkig wel enkele kamers vrij. En omdat we de “vibe” heerlijk vonden hebben we zonder de kamer te zien direct ja gezegd. De kamer was wel enigszins Spartaans. Een houten box met een raam gemaakt van panlatten en een beetje gaas ervoor én een zeer nodige ventilator. Ach, eigenlijk ook prima. Onze spullen in de kamer achtergelaten en een lekkere lunch besteld. Uitkijkend over de boulevard van deze Nicaraguaanse Ko Tao variant (een eiland in de Thaise zee, helemaal gericht op het duiken).

We hadden dus weer geluk, een perfecte plek om dit deel van Nicaragua op te snuiven.
Toen we bij Oro waren zagen we dat er die avond een schilpadden tour (30$) naar het reservaat gepland stond. Dus na de voortreffelijke lunch hebben we ons direct ingeschreven voor de tour. Die avond moesten we ons om 19:00 uur melden. En zoals het ons betaamd stonden we keurig op tijd voor de deur van Oro. Ook hier werd het weer bevestigd: ‘ze zijn in dit land bewuster van wat er om hen heen gebeurd’ Die bewustwording werd getoond middels een uitgebreide PowerPoint presentatie. Dit zodat we wisten wat wel en niet mocht en wat de gevaren en de bedreiging zijn voor deze bedreigde diersoort.

De groep was groot, 20 mannen en vrouwen (gemêleerd qua leeftijd, van 20 tot 80 jaar).

Na een hobbel de bobbel rit over een slecht begaanbaar pad kwamen we na 1 uur aan bij het centre, welke vlak aan het strand gelegen is. Hier gaf ons avond gids elke koppel een rood lampje, de schilpadden kunnen namelijk wit (flits) licht niet verdragen. Ook had ze nog een verrassing, we mochten allemaal 1 piepklein pasgeboren schildpadje uitzetten in de zee. Een deel van de eieren wordt namelijk kunstmatig uitgebroed, dit om een soort garantie te hebben van een goede geboortegolf. Het blijkt namelijk dat er maar 1 op de 1000 pasgeboren schilpadden het red tot een volwassen leeftijd.

Op het strand liepen we met zijn allen naar de zee, hier mochten we allemaal een kleintje uitzoeken en die moesten we veilig naar het water begeleiden. De kleine mormels hadden al behoorlijk veel kracht in de kleine pootjes. Het schildje was harder dan je zou denken en de kleine nekjes zijn leerachtig zacht. Tegelijkertijd lieten we onze frummels los op zand, eerst oriënterend van waar ze waren en vervolgens liep een groot gedeelte direct naar het water, de juiste kant op. Een ander deel koos de kant van het strand en werden met zachte hand gecorrigeerd zodat ook zij de goede kant op liepen. Ondertussen kwamen er links en rechts al een behoorlijk aantal grote schilpadden langzaam maar daadkrachtig het strand op. En nadat de avond vorderde verschenen er steeds meer op het strand. Allemaal met één missie. Schuifelend naar het droge zand om daar een geschikte plek te vinden. Hier begon het langzame maar nauwkeurige proces, schoonmaken van plek, en hierna langzaam een gat graven van zo’n 35-40 cm diep. De schildpad raakte hierna in een soort trance en perste zo’n 100 eieren in het gat. Dit terwijl wij met z’n allen om het dier stonden te kijken. De gids groef aan de achterzijde nog wat zand weg zodat wij de eieren zagen liggen en vallen. Nadat dit proces van zo’n 40 minuten zagen gebeuren, ging de schildpad weer systematisch te werk om het gat te vullen met zand en zeer stevig aan de stampen. Hierna ging de dame weer richting zee om dit proces binnen anderhalve maand nogmaals te voltooien. De Olive Ridley doet dit namelijk 3 keer per seizoen.

Het hele tafereel speelde zich af onder een bijna volle maan. En dat is bijzonder omdat de dames vaak momenten uitkiezen met weinig licht zodat de kans kleiner is dat ze worden op gemerkt door de op de loer liggende roofvogels.

De volgende dag na ons bij dagelijkse ontbijt van rijst, bonen, gebakken ei en keiharde toast/gortdroge tortilla liepen we het kleine plaatsje door. We wilden naar een van de stranden en kwamen zo na even zoeken uit bij Arena Caliente, een lokale surf shop, zij boden ook tripjes naar de lokale stranden aan voor 5$ p.p. Dus wij hebben direct toegestemd en nadat ze vroegen of we surfles (30$) wilde heb ik direct ja gezegd. Eindelijk eens uitleg tijdens het surfen wat ik de afgelopen 2 jaar verkeerd deed. Renée koos voor een lekker leesdagje.

Na een uurtje rijden kwamen we aan op Playa Hermosa, een verschrikkelijk breed strand wat vlakbij Costa Rica ligt. Het zand was grijzig, helaas hebben we nog geen witte stranden ala Raja Ampat (een van de bestemmingen van vorig jaar) gezien. Maar dat bewaren we voor later! Naast dat het strand grijs was, was ook de hemel bedekt met grijze wolken, en al was het voor het strandleven wat minder voor het surfen waardoor je de hele tijd in het water ligt een verademing. Na een korte training op het droge waarbij je semi peddelt op de strand en dan zo snel mogelijk opstaat, het water in. Roberto, de leraar, bleek 11 medailles tijdens open surfwedstrijden te hebben gewonnen.

Het water in en met een extra zetje van Roberto ging het een stuk beter dan eerder, hij gaf precies aan wanneer te peddelen met je handen en wanneer op te staan. Dit proces herhaalde zich nog zo’n 100 keer, tenminste gevoelsmatig, want pff het was zwaar. Na een korte pauze wederom de zee in en het begon weer van voren af aan, peddelen tot je een ons woog en vervolgens zo snel op te staan en je balans te vinden, door je knieën ligt te buigen en een beetje “cool” op je bord te staan.

Na in het totaal drie uur te hebben gesurft, een heerlijk biertje soldaat gemaakt en naast Renée in een hangmat gaan liggen uitkijkend over de zee met de alsmaar groter wordende golven.

De dag erna zijn we via een soort shuttle service (achterin een grote vrachtwagen) naar Playa Maderas gegaan, een surfstrand ten noorden van San Juan del Sur. Hier hebben we heerlijk gelegen en ik heb mijn net opgedane surfkennis in werking gezet. Het ging beter alleen het gemis van dat extra zetje mis je direct. De volgende dag hebben we een scooter gehuurd en naar het hoogste punt van San Juan gegaan, via een enorm steile helling naar boven gereden en daar uitkijkend over een gedeelte van de regio ons wederom verbaasd over de schoonheid van het gebied. Vervolgens via de enorm steile heling weer omlaag gereden en toen naar een Playa Maderas, het surfstrand met surfvibe, strandtentjes en heerlijk eten gereden. Hier een margarita en fruitshake gedronken en een heerlijke lunch verorberd en terwijl ik op het strand liep werden we aangesproken door een stel wat we al eerder hadden ontmoet. Met hun hebben we de rest van de dag en avond opgetrokken en die avond tevens een heerlijke vers gebakken Italiaanse pizza gegeten, gemaakt door een Italiaan?? in Nicaragua. De volgende dag zijn Renée en ik vroeg opgestaan, uurtje of 6, en ons opgemaakt voor een behoorlijke reis naar de andere kant van Nicaragua. San Carlos was de bestemming. Het zou eerst drie à vier uur zijn naar Managua en dan via een taxi naar een van de busstations om vervolgens zes tot negen uur in een bus te zitten naar het zuiden. De bus naar Managua, de hoofdstad zat redelijk vol. Maar elk moment dat we dachten nu kan er niemand meer bij stopte de bus toch weer om iemand op te pikken. Dit riedeltje ging door tot aan Managua. Hier in een bus gestapt naar San Carlos en omdat we dachten dat het de expresso was en hierdoor verwachten dat we sneller in San Carlos zouden aankomen gehoopt dat de “chickenbus” niet op elke plek zou stoppen. Niets was minder waar. De bus zat vol, zo vol dat we het bijna benauwd van kregen, Renée zat aan de raamkant en ik aan het gangpad waardoor ik vaak de dikke buiken van de lokalen in mijn gezicht geduwd kreeg. Want en het is zeker niet verbaas in wekend want het eten is hier geweldig lekker, en vet, veel locals zijn dik. Zeg maar Amerikaanse formaten zijn hier eerder regel dan uitzondering. Na zeven uur met een pauze een uur voor aankomst kwamen we aan. San Carlos een beetje een troosteloos plaatsje wat voor de een, de plek is om naar Costa Rica te gaan en voor de ander de plek om de Rio San Juan af te reizen.

“Rio San Juan de rivier die aan de linkerkant Nicaragua heeft en aan de rechterkant Costa Rica. Ook de rivier die het begin van het National reserve inleid. Reserva Biologica Indio Maiz is een national park wat nog echte jungle heeft, onaangetast en vol met wilde dieren, reptielen, vogels en vijfhonderd jaar oude bomen.”

In San Carlos helaas een nachtje (Hotel Carelhys 20$) moeten slapen alvorens we de volgende dag naar Boca de Sabalos te vertrekken. Het was weer vroeg om zeven uur ging de wekker. Van uitslapen hebben we deze vakantie nog niet echt gehoord… Maar na een verschrikkelijk vies ontbijt bij een plaatselijk tentje. De boot gepakt. De vogels scheerden over het water terwijl wij over deze bruine rivier varen, aan beide kanten staat het vol met grote bomen, echte jungle waarbij de bomen omwikkeld zijn van een soort klimop en lianen. Hierdoor worden de bomen nog kolossaler. Dikke jungle doemt op in de verte naar mate we verder de rivier op varen. Hier en daar stopt de boot om iemand af te zetten. Op sommige plekken is geen huis in zicht en toch wordt men hier afgezet, naar het lijkt in de jungle. Het is voor ons dan ook een raadsel wat men hier doet, wonen?, werken?. Na twee uur via de bruine rivier komen we aan in Boca de Sabalos. Een vissers plaatsje met een piepklein haventje waar een enorme bedrijvigheid is. De voornamelijk mannelijk aanwezigen is hier zaken aan het verhandelen, eten of gewoon aan het niksen de hele dag aan het kijken wat anderen aan het doen zijn. Na wat omzwervingen hebben we een Guesthouse gevonden. Hosedaje Kateana had een heerlijke kamer voor 18$. En nadat we lekker hebben gerelaxt en gegeten, via de eigenaresse die trouwens en goedlopende winkel heeft een gids gevraagd langs te komen. De jonge man Julio Cesar kwam zoals afspraak langs en via hem een kaaimanspotting avondje geregeld. Voor 50$ waren we onder de pannen. Om zeven uur werden we opgepikt om samen met Julio en de bootbestuurder op weg te gaan in de duisternis. Direct om de hoek bij het dorpje begon Julio al te schijnen met de zware zaklamp op zoek naar de schittering van de ogen. Het blijkt namelijk dat je bij het van voren af aan lichten van de ogen een soort schittering krijgt, een beetje te vergelijken met een kattenoog. Direct om de hoek werd een groot exemplaar gezien, en omdat part of the tour was om een exemplaar in de boot te krijgen en die te bekijken voeren we er direct op af. Julio dook met zijn handen en hoofd het water in om het exemplaar te pakken en na een zwiep van de staart welke tegen de boot aankwam ontsnapte dit exemplaar helaas voor ons. Volgens Julio was dit normaal. Dit alles terwijl wij stil in de boot moesten zitten en ademloos toekeken naar het spektakel wat vlak voor onze neuzen afspeelde. Vervolgens de rivier weer afspeuren. Aan alle kanten waren glimmende ogen te zien. Elke keer voeren we af naar de dichtstbijzijnde glinstering waar we of net laat waren of de kaaiman net te snel weg was. Totdat we op een plek kwamen waar baby kaaimannen rustig lagen te dobberen. Julio pakte deze eenvoudig op. Nadat hij het een en ander uitlegde mochten ook wij het 30 cm lange exemplaar even vasthouden voor een fotomomentje. Vervolgens wederom de rivier afgevaren. Julio en de bestuurder hadden talloze lichtsignalen waardoor zonder een woord te spreken elke keer heel doeltreffend een locatie werd aangedaan. Je merkte echter de frustratie, de grote kaaiman welke ze graag hadden laten zien was vandaag ongrijpbaar. De spanning van het vinden, het zoeken met de zaklamp in het water, de diergeluiden uit de jungle maakte dit toch tot een hele geslaagde trip. Vervolgens al een beetje op het einde hadden de heren nog een fantastische afsluiter. Hoog boven de rivier hing en Luiaard. Onderste boven rustig kijkend naar wat om zich heen gebeurde kauwend op wat blaadjes liet hij/zij zich belichten met zaklampen. Wat een groot schepsel hing daar boven ons. De dikke grijze vacht glinsterde door de reflectie van onze zaklampen.

De volgende ochtend pakten we de boot naar El Castillo. Dit is de volgende grotere plaats iets verder op de rivier. En ook tevens de ingang tot het Reserva Biologica Indio Maiz. Hier hebben we een kamer geregeld in Casa de Huesped Chinandegano ($18). Vervolgens hebben we direct een 4 uur durende tour ($75) geregeld in de jungle. Die middag nog zouden we om 13:30 vertrekken vanuit de haven. Eerst met de boot 30 minuten de rivier op. En terwijl we de weergoden niet mee hadden, het regende namelijk behoorlijk, voeren nog wat verder de rivier op. Terwijl de gids ons duidelijk wilde maken dat de Costa Rica zijde zeer onderhevig was aan erosie, door extreme woudkap, voeren we verder. Het verschil was ook wel extreem. Dikke jungle aan de Nicaragua kant en hier en daar een paar bomen aan de Costa Rica kant. Je bedenkt dan, is dit zo omdat ze in Costa Rica verder zijn met exploitatie van het land of is er een soort schijn welke wij in het westen wordt opgehouden dat Costa Rica zo Eco is, terwijl eigenlijk Nicaragua hier meer aan doet. Het verschil is ook dat ze in Costa Rica zeggen dat je voor echte Jungle naar het zuiden van dat land moet gaan, dat terwijl de “echte” jungle in het zuiden van Nicaragua is…. Ergens klopt het niet.

Eenmaal aangekomen stond er een post op een steiger met 2 bewapende mannen. Een soort grenspost tot het reservaat. Na de nodige inschrijvingen gingen we naar een volgende boek waar we wederom de gegevens achterlieten. De gids begon de inleiding en de do’s en dont’s tijdens de 2 uur durende hike. Hij vertelde dat er een soort pad was en dat we hier nimmer van af mochten wijken. Alleen wanneer hij dit deed of ons vertelde dat het kon. Als eerste liepen we naar een grote boom van een paar honderd jaar oud. Hier zaten allemaal van die kleine gifkikkertjes groen met zwart heen en weer springend in de regen op zoek naar kleine insecten. Vervolgens liepen we naar het pad en terwijl Orlando nog op zijn mobiel keek sprong hij een halve meter de lucht in omdat er voor hem, zo dacht hij, een zeer giftige slang over het pad gleed. Het bleek echter een Boa Constrictor te zijn van 3 meter.

Dit voor ons enorme exemplaar schrok ook van ons want haastte zichzelf de jungle in en nadat hij zowel voor ons als voor hem zelf op een veilige afstand op een boomstam zat te wachten en ons te bekijken probeerde we een aantal platen te schieten. Want ja dit zie je niet elke dag. We hadden dan ook ons hart in de keel terwijl de grote en dikke slang daar slissend op een afstandje ons zat te bekijken. Vervolgens de Jungle in, dit beloofde nog wat. Nadat we hier en daar nog verschillende gifkikkers rond zagen hupsen kwamen we bij een soort medicinale plant uit. Als je hier op kauwde, ook uitgetest, wordt je mond zo’n 5 minuten gevoelloos. Een vreemd tintelend gevoel verspreide zich snel in je mond. Nadat we nog wat verder liepen over het pad omgeven van dikke jungle kwamen we enkele enorme bomen tegen. De welbekende hardhouten giganten stegen hoog boven ons uit. Het forse bladerendek reikte tot aan de hemel.

Na 2 uur kwamen we aan waar de bootbestuurder de boot had neergelegd en via hier hebben we een stuk op de Rio Bartola gevaren midden in de jungle. Er was 1 otter welke even achterna gevaren hebben om op de foto te kunnen zetten maar deze beestjes zijn zo snel dat het bijna schier onmogelijk was een scherpe foto te nemen. Vervolgens onze weg weer terug gevaren naar El Castillo. Om de volgende ochtend om 4 uur op te staan en de boot van 5 uur te pakken, hierna na enige vertraging want de benzine was nl op een bus gepakt richting Juigalpa en hier overgestapt (al rennend) richting Managua. Daar aangekomen ingecheckt in Los Felipe (20$) en direct een ticket geboekt via de beschikbare WiFi. Op naar Corn Islands. De tropische en Caribische eilanden voor de kust van Nicaragua. De vlucht ging om 6:15 dus wederom vroeg eruit. Om half 5 stond onze gereserveerde chauffeur te wachten om ons keurig af te zetten op de vluchthaven. Het vliegtuig, want via land en rivier zou dit toch weer een trip van 20 uur worden, was een vergelijkbaar toestel als in Indonesië en bracht ons in 1 uur naar Great Corn Island. Hier aangekomen direct een taxietje geregeld naar de haven. De speedboat, caribische stijl voer ons in 40 minuten naar Little Corn Island. Een relax bijna Jamaicaans eiland wat bij Nicaragua hoort.

Veel leesplezier, J&R

Ma en Toon, een dikke knuffel en kus aan Doeska, we missen haar! Zijn de kippetjes al gewend?
​
0 Opmerkingen



Laat een antwoord achter.

    Auteur

    Joris is geboren in Haaksbergen en is op 22 jarige leeftijd richting Arnhem getrokken om dichterbij zijn toemalige vriendin Renée te wonen, zij komt uit Driel een Betuws plaatsje aan de Rijn, nabij de bekende sluizen. De kalverliefde bloeide verder en ze zijn 2016 getrouwd. Het reizen zit er eigenlijk al vanaf moment één in. Tijdens een all-inclusieve vakantie in Turkije verveeld het strand en huren ze de meest afgeragde Suzuki Jeep. Trekken elke dag het binnenland in en zijn ze verkocht. Het jaar daarna gaan ze backpacken, voor de eerste keer voor een maand naar Thailand, elk jaar erna trekken ze er een maand op uit, telkens een nieuw land, nieuwe indrukken en stempels in de paspoorten.

    Archieven

    November 2014

    Categorieën

    Alles

    RSS-feed

Foto
VRAAG MAAR RAAK - CAMINO - COLLAB - LEES MEE - IN DE MEDIA - VANFOOD
© COPYRIGHT TRAVELCRAZY 2023 AND BEYOND.
​ ALL RIGHTS RESERVED.
  • Home
  • Vraag maar raak
    • Administratie
    • Budget & Bank
    • Camper tips
    • Hond mee
    • Oja dit ook nog
    • Verzekeringen
  • Camino
    • Ebook Camino Português
    • De etappes
    • Paklijst Camino
  • Collabs
  • Vanfood
    • Appel & Rozijnen Cake (Omnia)
    • Bananenbrood (Omnia)
    • Falafal easy chickpeasy
    • Gezonde Dipsaus
    • Indische taart (Omnia)
    • Naan Brood (Pan)
    • Nacho schotel Vega (Omnia)
    • Tosti (Pan of Cobb)
    • Porridge met Toppings
    • Spaanse Tortilla (Pan)
    • Speltbrood (Omnia)
  • In de media
  • Lees mee
    • Estrela & Piodao (English) >
      • Serra da Estrela
      • Piódão
      • Loop Walk Piodao to Foz d'Egua
    • Oostelijk
    • Afscheid 2021
    • WorkAway
    • 2016-2018 Vanlife
    • 2015 Vanlife 5000km Testrit >
      • Verslag 1
      • Verslag 2
      • Verslag 3
    • 2014 Nicaragua
    • 2013 Indonesië Molukken
    • 2012 Indonesië Sulawesi
    • 2011 Maleisië Borneo