Rio Lobos
Na 3 nachten in het mooie stadspark van Argeda te hebben gestaan en voornamelijk uitgeslapen en geluierd te hebben zijn we weer gegaan. Ditmaal hadden we een lange rit voor de boeg, tenminste voor ons doen. Op weg naar Herrera de Soria. Het national park Canon del Rio Lobos is een park wat in het hoogseizoen veel wordt bezocht, het is hier namelijk uitermate goed vertoeven, wandelen en grotten bezoeken staat op het lijstje van elke bezoeker. Wij kwamen na een spectaculaire rit door heuvels, dalen en bergen aan. Bij de poort stond een allervriendelijkste dame en stak direct een heel verhaal af. Het enige wat we konden opmaken en begrijpen was of we de nacht wilden blijven. En het antwoordt was, Ja. Een lange oprijlaan met aan beide kant steile bergwanden was dat wat volgde en kwam uit bij een grote parkeerplaats. De rest van de parkeerplaatsen was afgesloten om te parkeren. We parkeerden Otto naast een andere camper. We zouden tenminste niet alleen staan, dachten we. Maar nadat we ongeveer een uurtje hadden geacclimatiseerd hoorde we de motor van de andere camper starten en vertrok met de horizon. Ach, dachten we dat komt vast goed, wie wil hier nu niet staan, in het groen aan een beek in the middle of nowhere. Die middag hebben we nog een korte wandeling gemaakt op zoek naar Cueva Grande en hopelijk een iets bredere Rio Lobos. De grote grot was hoog en diep en makkelijk toegankelijk, het park wat er voor lag was deels vrij gemaakt maar aan de andere kant was er ook ruimte voor de vegetatie om te groeien daar waar het wilde. En dat zorgde voor een natuurlijke maar nette plek waar je zou kunnen picknicken of relaxen op het heetst van de dag. Een kleine steile wandeling naar boven en je had een geweldig uitzicht over de vallei en via een kijkdoor (groot gat in een rots) keek je naar de andere kant, daar waar de vallei verder ging. Het schemerde al een beetje en we liepen langzaam naar de camper. Het was warm en bedompt in de vallei waardoor de temperatuur van zo’n 34 graden zwaar aanvoelde. Om een beetje af te koelen hebben we onze voeten en de buik van Doeska afgekoeld in de Rio Lobos, die erg laag stond, kraakhelder was en bijna niet stroomde. Het voelde heerlijk. Eenmaal terug op het parkeerterrein was deze nog leger dan bij ons vertrek van de wandeling. Er was geen camper bij gekomen, dus we zouden waarschijnlijk alleen staan. De avond viel en het voelde toch een beetje unheimisch aan, daar in dat national park, in het pikkedonker, zo donker dat je letterlijk geen hand voor ogen zag. De sterren waren hierdoor kraakhelder, de maan scheen, maar door de hoge bomen had je geen enkel profijt van het licht wat daar vanaf kwam. Geritsel in bladeren wat van alles kon zijn en ook weer niets hield je toch scherp. Het was geen angst, maar alertheid. Ik weet nog goed dat we door verschillende mensen zijn gezegd ga niet alleen staan. Maar soms heb je van die plekken waar je alleen staat en op dat moment er maar mee moet dealen. De volgende ochtend na een gebroken nacht, want we werden beide wakker van elk geluid, zijn we nog voor de echte warmte van de dag naar de Mirador gelopen. Een soort uitkijkpunt waar je weer een ander deel van de vallei bekeek. Hoog in de lucht cirkelde de vale Gier, soms alleen en soms met een hele groep. Die zich alsmaar hoger liet stijgen door de thermiek om vandaar uit op een prooi te kunnen duiken. De rust in dit nu bijna verlaten park was magistraal. We hebben er dan ook echt genoten. De dennenbomen en het pad naar de Mirador hadden ook vanaf de Posbank daar neergezet kunnen zijn. Maar het uitzicht, de uitgeholde en gepolijste rotsblokken, door een grote rivier of zee die hier vroeger waarschijnlijk doorheen vloeide, waren fascinerend en uniek voor dit gebied. Rond een uurtje of 1 zijn we gegaan. Op naar een hooggelegen plaats met een zeer lange naam, “San Vincente de la Sonsierra". Het middeleeuwse plaatsje met een kerk op een nog hoger gelegen heuvel zou voor ons een overnachtigingsplaats zijn, op weg naar Bilbao. Eenmaal aangekomen bleek de camperplaats een troosteloos stukje asfalt te zijn vlak aan de Rio Ebro, een grote brede rivier. Eerst maar een borreltje en wat Pinxtos (tapas in Baskenland) eten in het bovengelegen stadje en bedenken wat we hierna zouden gaan doen. En wijsheid komt met de tijd dus we besloten uiteindelijk na de borrel ons toch maar voor de nacht te settelen op het asfalt samen met nog een andere camper uit England. Het regende die avond, en flink ook. Hierdoor kwam helaas aan het licht dat een eerdere reparatie aan het dak niet helemaal goed was gegaan en enkele regendruppels via een klein gaatje binnendrongen. Het viel uiteindelijk mee maar er stond dus weer wat te klussen op het lijstje. De volgende ochtend iets verderop gereden, weer een klein beetje dichter bij Bilbao, de camper geparkeerd. Hier dat wat we dachten al eerder goed gekit te hebben nogmaals aangepakt en besmeurd met een dikke laag siliconen kit. Hopelijk werkt het, want het weer kan toch vanaf nu wel eens wat vaker regendruppels met zich meebrengen. En dan is het aller vervelendst dat je huisje niet waterdicht blijkt te zijn. In het ergste geval pakken we het hele dak aan maar dat is voor latere zorg. Bilbao, de stad waar moderne architectuur de boventoon slaat is de locatie die als volgende op de agenda staat. We gaan op weg, en zoals Renée tijdens deze rit zei “na elke bocht in dit land heb je zoiets van ‘WoW’” Het is dan ook waar, dit land met heuvels en bergen zo hoog, dalen zo diep is het moeilijk niet bij elke bocht onder de indruk te zijn, van dorre eindeloze vlaktes naar wonderschone groene bossen, van torenhoge bergen naar golvende groen heuvels, Spanje wat ben je toch prachtig. O ja Baskenland jij natuurlijk ook! Want een Bask is geen Spanjaard, net als een Catalaan ook geen Spanjaard is. Het is al met al een wonderlijke rit tot nu toe. BilbaoFiësta We hebben al snel onze camperplek snel gevonden en betalen 15€ voor de 24 uurse bewaakte standplaats. Vanavond Bilboa is voor de laatste dag van de week van de Fiësta. Eerst nog even internetten om de laatste foto’s van afgelopen maand (vorige blog) online te zetten. En terwijl ik daar zit raak ik in gesprek met de medewerker van de camperplaats, Lucien, een Roemeen die inmiddels al 12 jaar in Bilbao woont, ik bied hem een biertje aan. En loop/ren snel naar de camper want de laptop bleef even staan ivm het uploaden van het filmpje. Eenmaal terug wordt ik door zijn vrouw, want die was er ook inmiddels, Pizza aangeboden. En terwijl het filmpje aan het uploaded is, wordt het biertje genuttigd, wordt er nog een flesje wijn uit een tas getrokken (dit alles onder werktijd) en hebben we het over de Baskse cultuur. Hij vraagt mij wat ik er van weet, mijn antwoord: “Dat een Bask geen Spanjaard is”. En ondanks dat hij ook import is blijkt dat het enige juiste antwoordt. Ook hebben we het over de manier van communiceren van mannen en vrouwen tussen dorpen zoals dat vroeger ging. “Irrintzi” zo heet de manier van communiceren van vrouwen en “txalaparta” voor mannen. Het wijkt nogal af van elkaar, mannen hadden een soort houten klankorgel waar op geslagen werd en verschillende toonhoogten mee bereikt kan worden en de vrouwen klinken, zoals je eerder zou verwachten in het middenoosten, met een heel hoog “gekwetter” (bij gebrek aan een beter woord). Op dat moment zat Renée nog bij de camper met Doeska. Tanya, een Engelse camperaar kwam toevallig voorbij lopen en liet ik de filmpjes van beide manieren van communiceren zien. Onder de indruk liep ze weer terug naar hun kleine rode Daf Leyland busje. Lucien bood mij een cadeautje aan, een speldje van Bilbao, ter ere van het Feest. En voor Renée had hij een sjaal inclusief het zelfde speldje. En vroeg tegelijkertijd of we die avond met hun mee wilden naar de Fiësta in de stad. Natuurlijk, en met de laptop onder arm liep ik naar de camper. Renée was ook direct enthousiast, na een rondje wandelen met Doeska, is Does in de camper gebleven en zijn wij naar het kantoortje gelopen om met de Lucien en zijn vrouw verderop eerst naar het vuurwerk te kijken. Eigenlijk exact op dat moment kwamen Jake en Tanya (de Engelse camperaars) aanlopen. We vroegen waar ze naartoe gingen en omdat we allen hetzelfde doel hadden besloten ook zij met ons mee te gaan. Gezellig! Eerst naar een restaurant om de hoek want Lucien moest nog een aantal uur werken, maar wij zouden hier een paar biertjes drinken en Tanya en Jake moesten nog wat eten. Zij zijn trouwens 2 weken op vakantie en waren pas net aangekomen met de boot vanuit Engeland in Santander dus nog een beetje brak en hongerig bestelden ze een halve gebraden kip met friet. Na 3 pitchers met Heineken te hebben gedronken met zijn 4-en want, Anni (de vrouw van Lucien) dronk bijna niets, kwam Lucien aan wandelen. Het vuurwerk was net geweest dus juist waarvoor we op die heuvel zaten daar hoog boven Bilbao was Lucien net te laat geweest. Eerst nog een beetje meer bier. 2 nieuwe pitchers kwamen op tafel en nadat deze buit gemaakt waren werd de eerste taxi gebeld. Door Anni want Lucien had ruzie gehad met een taxichauffeur en werd daarom geweigerd door de grootste Bilbaose taxicentrale. De taxi kwam snel, en als eerste stapte de dames in. Lucien liep nog snel naar de taxi om te vragen of deze de dames eerst kon afzetten om vervolgens ons op te kunnen halen. Na een beetje gemopper was dat goed. Wij (de mannen) zouden dan ook voor beide ritten betalen. Na 20 minuten ging de telefoon van Lucien en vervolgens ging ook die van Jake. De beide wederhelften hingen aan de andere kant. De taxichauffeur had de dames in het centrum er uitgezet en gevraagd direct te betalen. Hij zou niet naar boven rijden want de chauffeur had een rit naar het vliegveld. Dus daar stonden we dan, de man die een taxi kon regelen voor ons werd geweigerd door het taxibedrijf en de dames stonden beneden in de stad. Na een kwartier van heen en weer bellen, zelfs door de manager van het naastgelegen restaurant kregen we 0 op rekest. Dus werd onder de mannen besloten dan maar naar de stad te lopen, het zou ongeveer 45 minuten zijn. Nog een laatste slok bier van een nog extra bestelde pitcher en daar ging het internationale groepje uit Engeland, een Roemeen wonende in Bilbao en ik op weg. Gelukkig na nog geen 200 meter stond daar een taxi te wachten, ik zwaaide en rende er naar toe, terwijl Jake en Lucien er rustig aan kwamen lopen, misschien een beetje argwanend of deze ons wel zou meenemen. Lucien deed het woord en overtuigde de chauffeur ons wel mee te nemen. Eenmaal in de stad begon de zoektocht naar de dames. Gelukkig stuurde Tanya, Jake een locatie door en zo hadden we elkaar redelijk snel gevonden. Doordat Lucien af en toe erg gebrekkig Engels sprak hadden de anderen op Tanya na niet al zijn opmerkingen begrepen maar al in het restaurant was Lucien behoorlijk antihomo, en antibuitenlander (look who’s talking) geweest. Wij hadden dit allen op Tanya niet gehoord of begrepen, maar toen we elkaar op de rotonde in de stad spraken vertelde Tanya dit én deed hij ook nog een keer achterlijk tegen zijn vrouw en gaf haar de schuld van het taxigezeur. Wij besloten daarop onze eigen weg te gaan, al was één van de andere anti zaken voor Renée, Tanya, Jake of mij al voldoende geweest om afstand te nemen van Lucien. Wij besloten dus het feestgedruis met z’n vieren aan te gaan. En als snel stonden we in de drukke en overvolle straten van Bilbao. Het bier vloeide rijkelijk en al snel kwamen we via een dansje op een van de kades langs een vrijwillig alcoholcontrole punt, ik besloot mijzelf even te laten testen. Ik voelde mij fit en vrolijk maar de test was toch iets hoger……Oeps! We gingen verder en kwamen later in gesprek met een aantal inwoners van Bilbao en hebben hier nog lekker mee gefeest. Het gebrek aan toilet gebouwen monde op een bepaald moment uit en zeker in de kleinere straten in rijen dames die de blaas aan het ledigen waren en de heren aan de andere zijde die het zelfde deden. Totale chaos, maar wel een hele gezellige chaos. Elke straat vlak bij de rivier stond vol. Vol met feestende mensen. Één van onze vragen aan de locals was “waarom?” Het antwoordt was steevast, “Basken houden van Fiësta en daarom is er Fiësta.” Duidelijk en wij deden mee! Uren later en vele drankjes later hebben we een taxi gepakt, terug naar de camperplaats waar we rond half zes aankwamen. Om vervolgens nog een drankje te doen om daarna als een blok in slaap te vallen. Het was een geslaagde avond. De volgende dag of eigenlijk die dag zijn we rond 12 uur wakker geworden en na een gezamenlijk ontbijt met onze nieuwe Engelse vrienden besloten naar het strand te gaan om de volgende dag Bilbao in te gaan. Zij zouden richting San Sebastiaan vertrekken maar besloten het een dagje uit te stellen. Leuk! Die dag heeft Jake nog lekker gesurft en heb ik met zijn pak en board ook nog een poging gewaagd. Terwijl we trouwens naar Jake keken stortte er een parasailer neer op een berg, het duurde een uur om hem er van af te halen om vervolgens met een helikopter vanaf het strand te vertrekken. Hopelijk maakt hij het inmiddels goed! De volgende dag na wederom een gezellige avond Bilbao eindelijk in gegaan. Het Guggenheim bekeken, wij van buiten en zij van binnen om vervolgens een kopje koffie te drinken vlak bij de campers. Zij gingen en na een knuffel en gegevens te hebben uitgewisseld waren zij alweer vertrokken om de rest van hun 12 dagen door Spanje en Frankrijk te trekken. Wij zaten toen nog steeds een beetje te zoeken waar we naar toe zouden gaan. Uiteindelijk is Ville de Lanestosa de bestemming geworden. Op dat plekje in het slaperige bergstadje hebben we 2 nachten gestaan. Het was er koud (23 graden) en regenachtig. Het stadje ademde een bijna verdrietig iets uit. Bijna geen actie te bekennen op 2 barretjes na. Één van de barretjes, annex bakker annex supermarkt was waarschijnlijk de laatste 30 tot 40 jaar weinig veranderd. Kleine houten stellingen met een paar producten erop, een soort grote apothekerskast met nog wat meer onder het stof zittende producten in de ene hoek en in de andere hoek een soort toonbank wat als bar fungeerde, hiervoor zaten 4 mannen stilzwijgend hun net gekochte wijn te nuttigen. De één uit de fles en de ander uit een klein wijnglas met voetje. De barkeeper annex winkelbediende had ook Frans kunnen zijn vanwege zijn barret. Maar de barret van deze man was echt authentiek Basks. Een uniek plaatje waar ik helaas geen stilleven van heb kunnen schieten maar soms is een herinnering meer dan een foto waard. Cavevisit Nog geen 50 km hemelsbreed vanaf Lanestosa ligt het kleine dorpje Puente Viesgo. Om er te komen moet je echter bijna 90 kilometer rijden. De nieuwe snelweg leidde ons echter snel naar dit dorpje met een belangrijke ontdekking uit de 19de eeuw. Puente Viesgo is namelijk voornamelijk en ik denk eigenlijk alleen maar bekend in de wereld door zijn grotten. Met daarin de oudste grottekeningen van de wereld. Waarvan de oudste 40.000 jaar geleden op de muur is gezet. Laat dat even bezinken “40.000 jaar geleden”…. Nu moet je voorstellen en dat is natuurlijk algemene kennis dat zo’n 125 jaar geleden de huidige brandstofmotor nog niet bestond en zo'n 110 jaar geleden we nog niet gevolgen hadden en we volgens het bekende boek “de Bijbel” we 2016 jaar geleden de naam van “Jezus” nog niet eens van gehoord hadden. Toch hebben Renée en ik gezonde vraagtekens bij de grottekeningen. Niet dat we twijfelen aan de authenticiteit maar hoe kan het dat er op één plek in de grot een hand op de muur wordt gezet van 40.000 jaar oud en vlak hier naast met ogenschijnlijk dezelfde techniek ook één van 25.000 jaar oud. Hebben deze beginnende mensen zich dan niet ontwikkeld in 15.000 jaar? En hoe kan het dat de beginnende mens op die plek 15.000 jaar later terugkomt? Niet te min, liepen we in colonne samen met de andere nieuwsgierigen de grot in. De temperatuur daalde direct zo’n 15 graden. Via een grote hole ruimte kwamen we bij de eerste handafdruk op de muur aan. Door het grotenstelstel, van zo’n 500 meter lang, heen staan handafdrukken van verschillende duizenden jaren geleden en tekeningen van dieren zoals buffels en herten. Soms schematisch en soms heel gedetailleerd. De hele rondleiding duurde zo’n 45 minuten en was zeer de moeite waard. Eenmaal uit de koude grot sloeg de warmte je bijna neer als een sabel. En we liepen snel naar Doeska die samen met Otto in de schaduw stond te wachten. Gelukkig, het was nog koel in de camper. Die middag zijn we naar Herrera de Pisuergo gereden puur om te overnachten om de dag erna weer verder te rijden over de vlaktes van Castilla y León. Het leek onderweg wel bijna uitgestorven, met huizen die overal op instorten stonden en kleine dorpjes waar niemand leek te wonen. Na een mooie rit, met nog even een noodzakelijke stop in Palencia, Otto geparkeerd in Ampudia, Aan de rand van dit klein en oude dorpje staan we te midden van weilanden, op loop afstand van Castillo de Ampudia en het hele oude centrum. Heerlijk vroeg opgestaan (8:30 :-)) om na een licht ontbijtje 170 kilometer zuidelijker te rijden naar Salamanca, een stad die volgens de Lonley Planet vol staat met historische gebouwen en een lust voor het oog moet zijn. We hadden wel besloten om eerst bij een camping de noodzakelijke dingen te doen zoals, de was, een beetje internetten en Otto een voorjaarsschoonmaakbeurt te geven. We hebben nl op behoorlijk stoffige wegen gereden en het stof lijkt werkelijk waar overal te zijn neergedaald. Thuisfront terugblik Het is inmiddels 2 september en we zijn trouwens iets meer dan 3 maanden onderweg, aan de ene kant voelt het langer, zeker als je optelt wat we de afgelopen maanden hebben gezien en meegemaakt maar aan de andere kant zijn de 3 maanden voorbij gevlogen en voelt het dat we nog maar net weg zijn. Wat wel zo is dat we ervaren dat het leven (en zo hoort het) doorgaat in Nederland. De één koopt een huis én trouwt, de ander heeft een nieuwe baan, weer een ander start zijn laatste schooljaar en woont samen, weer een ander krijgt een kind, en iemand anders is zwanger, en weer iemand anders beklimt de Mont Blanc, een ander is weer geopereerd en iemand anders breekt haar knie, weer een ander die zijn tuin op en top heeft en een ander die met prepensioen is. Positieve en negatieve zaken gaan door, de wereld draait door en wij maken jullie wereld via de WhatsApp, FaceTime en Skype toch nauwgezet mee. Het is anders, dat zeker, maar geloof ons we maken het niet minder intens mee, alleen anders. Groeten uit Salamanca, Hierna een klein stukje Portugal en daarna weer terug naar Spanje. Op zoek naar een mooiere plek om te verblijven brengt je via de TomTom langs die kleine plaatsjes zoals Eauze, hier was op dat moment een klein brocante marktje, een die we een aantal jaren geleden zouden leegkopen om het vervolgens in Nederland met winst te verkopen. Lopende over deze markt en zeker in het achterhoofd hebbende dat we geen ruimte hebben om spullen op te slaan danwel de intentie om naar Nederland te gaan om de spullen te verkopen, loop je toch anders over de markt dan bijvoorbeeld een jaar of 2 geleden. Dus we liepen het marktje rond met een soort weemoedig gevoel maar ook een gevoel van “dat was ons leven, en nu met minder ruimte en ontspult te hebben voelt het ook als een logische stap om juist nu hier te lopen”
Via slingerende wegen tussen de wijnvelden en chateau’s kwamen via een klein klimmetje aan in St. Clar. Het stadje zelf is oud maar inmiddels lijkt ook hier de trek naar de grote steden in de buurt te zijn ingezet. Lege winkels, geen supermarktje maar een Epicerie (soort kleine bakker, slager met een paar diverse producten in één) De gratis camperplek was fenomenaal, wij hadden dan ook het geluk met een geweldige plaats uitkijkende op een appelboomgaard met daaronder gras. Er was zelfs een (koude) douche en toilet beschikbaar. We hadden al geluk gehad in Labastida d’Armanigac, en nu deze gratis plaats, het kon eigenlijk niet meer beter worden. Via de heuvels van de Midi Pyreneeën hebben we Otto na twee dagen in Fraisse sur Agôut, een schattig klein bergdorpje, neergezet. Op zo’n 15 meter van een stromende kraakheldere beek. Het was hier groen en qua temperatuur aangenaam, en dat mocht ook wel want sinds we Bordeaux en omgeving hadden verlaten was 35 graden niets nieuws meer. Na een avondbbq met lantaarns om het vlees in de gaten te houden en zeker te weten dat het vlees gaar was hebben we hier lekker een hapje gegeten met op de achtergrond het kabbelende beekje en onder de alsmaar helderder wordende sterrenhemel zette de avond zich langzaam in. De dag erna zijn we gaan wandelen. Eerst voornamelijk heuvel op wat leidde tot geweldige uitzichten over de groene en beboste heuvels van Zuid Frankrijk. De zon bleef nog even weg maar halverwege de wandeling brak deze toch door. En met geweld mag wel gezegd worden. Terwijl wij een klein stukje moesten oversteken over het asfalt leek het wel of het asfalt onder onze voeten en de pootjes van Doeska aan het smelten was, zo warm was het. Na nog een half uurtje lopen kwamen we bij een klein helder beekje uit waar we alle drie even verkoeling zochten, heerlijk. We besloten hierna ook om om te keren omdat de gehele route nog een behoorlijk stuk lopen was en voor Doeska en ons was het geen aangenaam weer om een eindeloze wandeling te gaan maken in deze hitte. Hierna hebben we in de beek vlakbij onze camper een duik genomen om zo weer helemaal op temperatuur te komen. Wat een warmte en wat waren we blij met de verkoeling van die kraakheldere beek. Op vrijdagochtend waren we al vroeg uit de veren. Die dag stond in het teken van de bruiloft van Jorn en Chantal, Floor ophalen op het vliegveld, boodschappen doen en natuurlijk naar Beziers rijden. En dat betekende de heuvels af. Een van de steilste afdalingen was 10% en dat 12 km lang. Een fantastisch landschap flitst aan je ogen voorbij, diepe dalen en de hoge pieken van de bergen en heuvels die het dal omarmen. De enorme lange afdaling was ook de plek waar we Otto even stil hadden neergezet voor een foto maar omdat de remschijven zo warm waren en de blokken hier tegenaan stonden begon de boel te roken. Een onaangenaam gezicht terwijl je daar eigenlijk stopt voor het mooie uitzicht, sta je je vervolgens zorgen te maken over je remschijven en blokken. En dat terwijl je nog meer dan de helft verder omlaag moet. Dus met zweetplekken onder de armen en druppels op het voorhoofd (en ditmaal niet van de warmte, al was het ook warm) reden we toch iets langzamer omlaag. Een zucht van geluk ging door de camper heen toen we eenmaal aankwamen op wat lager gelegen en vlakkere wegen. Wij +1 Beziers kwam hierna al snel in zicht. Een stadse metropool, vol met toeristen en een enorme drukte reden we tegemoet. Eerst weer even stoppen bij de grote M voor een beetje internet en een toilet. De laatste berichtjes gestuurd en we hierna stuurden Otto naar de dichtstbijzijnde Lidl. Nadat Renée een uurtje was gaan shoppen was de temperatuur in de camper opgelopen tot zo’n 41 graden. Wat een warmte. Het was 20 minuten rijden naar het vliegveld en we installeerden ons op de grond daar waar we dachten de beste internet connectie te hebben. Met de iPad van Joukje in de hand heeft Joost ons de hele tijd vast gehouden zodat we het bruidspaar met de oude brandweer auto aanzagen komen bij het Gemeentehuis in Doesburg om vervolgens in de trouwzaal officieel “Ja” te zeggen na een mooie speech van Joukje. Het beeld was inmiddels op de kop omdat de iPad gedraaid was maar dat kon de pret niet drukken. Ja, we hadden erbij moeten zijn maar om er zo tóch bij te zijn was ook bijzonder. Ongeveer op dat moment kwam Floor aan en zo kon zij ook even meekijken tijdens het officiële moment. Direct na de ceremonie hebben we ze nog live gefeliciteerd en hierna hebben we Floor een knuffel gegeven en zijn we naar de camper gelopen. Op 8 km van het vliegveld was onze vooraf uitgezochte camperplek met wifi om tijdens de avond ook nog even aanwezig te zijn. We hadden nl nog een stukje voorbereid, op basis van hoedje op hoedje af. Dit was nu Sta Op(perman) en Plaats Peelen. Over elk hadden we 5 stellingen, en de gasten in Nederland moesten zeggen over wie het ging. Volgens mij wel geslaagd, aan onze voorpret lag het in ieder geval niet. De volgende dag zijn we met onze 2 weekse tour met onze nieuwe Otto bewoner begonnen. Renée en ik hadden van te voren al een aantal dingen bedacht zodat we zoveel mogelijk zouden zien voordat we in Escales (ons 2de workaway adres waar Floor ook 10 dagen zou helpen) zouden beginnen. Vanuit Beziers zijn we naar Narbonne Plage gereden. Eenmaal aangekomen kwamen we er achter dat het een commerciële bedoeling was, dus snel Otto omgedraaid en verder gereden. Dan maar naar ons zo geliefde binnenland. Lagrasse, een plaatsje wat vol staat met historie, een klooster en kleine restaurantjes. Ook ligt het aan een beekje. Wat door de droogte laag staat maar net voldoende water heeft om lekker af te koelen. Via Route 20 zijn we hier naartoe gereden. De Route loopt van Albi helemaal naar het zuiden van Frankrijk en is een aanrader voor liefhebbers van een landelijke rit langs wijnvelden, kleine riviertjes en hele mooie uitzichten. We kwamen het stadje vanuit noordelijke richting binnen en hadden snel onze betaalde camperplaats gevonden. Een grote parkeerplaats met als ondergrond gortdroge grond. Nadat we de tent hadden opgeslagen zijn we een rondje door het stadje gaan maken. En die avond hebben we heerlijk gegeten (op kosten van de Ouders van Floor) bij een klein restaurantje in een van de nauwe en historische straatjes. De dag erna hebben we lekker gebadderd in de rivier, kleine dammetjes gebouwd en gewoon lekker genoten. De volgende dag hebben we ons rondje door het stadje afgemaakt. En nog voordat we moesten afrekenen zijn we verder gereden. Die middag zijn we naar Duilhac sous Peyrepertuse gereden, hoog in de Midi Pyreneeën. Otto geparkeerd en het tentje weer klaar gezet. Floor en ik kregen er een ritme in. De volgende dag lekker relaxed, de hangmatten opgehangen en met een wijntje en een biertje gewoon lekker niets gedaan. Die middag na een buitendouche werden we in één keer uitgenodigd door een paar jaar in de goot gelegen 70 jarige Kapitein Iglo om een biertje te komen drinken in de iets lager gelegen bar. Op gratis bier ga je natuurlijk altijd in, maar mijn eerste vraag aan hem was, “waarom?” Zijn antwoordt was als ik iemand wil trakteren dan doe ik dat. Maar de ware reden kwam al snel om de hoek kijken. Toen we eenmaal beneden waren, en aan de tafel zaten, het beloofde biertje en wijntje voor onze neus hadden staan, kwam de aap uit de mouw. De dames hadden die dag in hun bikini rond gelopen en het oog van Kapitein Iglo was gevallen op de mooie rondingen van Floor. De aandacht van Jean Pierre want zo heette Kapitein Iglo ging eigenlijk de paar uur die volgde compleet naar Floor. Zoals JP zei was zijn hart voor haar gevallen. Moet wel gezegd worden dat Floor er bijna van walgde maar aan de andere kant deze markante persoonlijkheid ook wel weer interessant vond. Maar dan puur als karakter van een toekomstig personage in een mogelijk toneelstuk. De avond ging snel voorbij en we kropen allemaal ons bedje in. Floor zonder JP. De volgende ochtend was Floor al vroeg wakker, JP was echter nog vroeger wakker en zat al met een biertje aan onze zitje. Hij had al rond 7 uur geklopt op de camper, waarschijnlijk in de hoop Floor te trakteren op een ontbijtje. De situatie werd hierdoor een beetje ongemakkelijk. Ook wanneer de beste man met croissantjes aankwam. Floor heeft hem hierop maar duidelijk gemaakt dat wij liever met z’n 3-en wilde zijn. Kapitein Iglo droop af, pakte zijn gitaar en ging aan één van de picknicktafels zitten tokkelen. Waarschijnlijk om zijn gebroken hart te lijmen met de klanken van een akoestisch gitaar. Vanuit het plaatsje heb je een fantastisch uitzicht over de regio. Één van de trekpleisters hier is het Chateau wat te bereiken is via de enorme steile weg Rue de Chateau. Je kunt dit ongeveer in 3,5 uur lopen of in 25 minuten rijden. En zeker vanwege het weer kozen wij voor het laatste, want ons kleine hondje is ook niet meer de jongste en het was die dag zeker 34 graden. Met een tergend langzaam tempo reden we omhoog, de wegen werden steiler en smaller. Maar Otto gaf zich niet gewonnen. Op het parkeerveldje vlakbij het hoog gelegen chateau zette we Otto neer, een schouderklopje op het stuur was dat wat volgde. Een klein stukje met de benenwagen en hierna vergaapten we ons 4-en op het uitzicht. Het daadwerkelijke chateau bezoek hebben we aan ons voorbij laten gaan. Dit omdat Renée en ik al voor het begin van onze reis besloten zo min mogelijk entree gelden te willen betalen voor gebouwen en bezienswaardigheden. Na ons vergaapt te hebben op de mooie uitzichten weer met pompende remmen naar beneden gereden, zeker vanwege de laatste afdaling, is rustig afdalen een van onze primaire zorgen. Van hieruit zijn we naar de Moulin gereden. Dit zou een mooie waterval zijn in de buurt van Duilhac. Na kleine weggetjes midden door de wijnvelden kwamen we aan bij een parkeerveld. Otto gestald en gereed gemaakt voor de brandende zon om vervolgens door te lopen naar het drukke natuurlijke waterparadijs. We hebben ons lekker vermaakt, al vond Does het vaak een beetje spannend en elke keer als wij in het water sprongen had Does volgens ons het gevoel dat we verdronken want ze blafte alles bij elkaar en wilde naar ons toe, maar vond het water dan ook weer net te eng. Genoten hebben we. Vandaar uit hebben we een behoorlijk stuk naar het Noorden gereden richting Homps. Wederom ons huis neergezet en de BBQ aangestoken. De avond voordat we ons moesten melden in Escales was lekker relaxed. Met een mooie zonsondergang aan de andere kant van het meer ging het licht uit. Escales Rond half elf reden we naar Escales, het was een half uurtje rijden dus we waren precies op tijd vertrokken. Via de kleine straatjes van Escales reden we langzaam omhoog. Op een bepaald moment werd het zo krap dat we de camper geparkeerd hebben en een klein stukje omhoog zijn gelopen. De plek waar we zouden gaan werken was eigenlijk direct al totaal anders dan afgesproken. Dit omdat we het over Doeska gehad hadden en dat zij ruimte nodig heeft om rond te lopen wanneer wij aan het werk waren. Het was een stofbende, een bouwput en de kamer die we werden toegewezen was een bloedheet, stoffig en muf ruikend schuurtje met een paar bedden erin. De sfeer onder de andere Workawayers was enigszins apart te noemen. Er was een bepaalde spanning. Iets waar we onze vinger niet direct op konden leggen. Richard de man des huizes kwam ons verwelkomen, iets wat Gery de vrouw des huizes vlak daarvoor had gedaan. Na een voorstel rondje hebben we even aan tafel gezeten. Om wat details te bespreken en wat de verwachtingen en de te werken uren waren. Richard was vriendelijk, maar Gery was hard en koud. Ik had op dat moment al het gevoel van “ weg hier, NU!” Na een rondje door het pand merkte Renée en Floor op dat de focus heel erg lag op mijn werkzaamheden. Nu bleek achteraf dat Richard in de dagen ervoor had verkondigd dat ik een elektriciën of loodgieter zou zijn. Iets wat ik nooit gepretendeerd heb. Maar hierdoor kwam ook aan het licht waar de bottleneck was van het bouwproject. Ze moesten nog behoorlijk wat af hebben voor 1 september, de dag dat de eerste groep aan zou komen. Iets wat ze volgens mij nooit zou lukken zonder professionele hulp. Het bizarre was dan ook dat de druk op een behoorlijk aantal kamers lag die af moesten zijn en dat terwijl ze 3 workawayers in de tuin aan een of ander doolhof lieten werken, want dat was volgens Scary Gery en Richard de ziel van de tuin…..pfff. Oftewel Renée, Does, Floor en ik waren op de verkeerde plek. Stelletje zwevers. Je krijgt gasten op 1 september en dan laat je door de helft van je vrijwilligers aan een stenen doolhof werken. Maar ja, het zal wel. Die middag kwam Sally (andere workawayer) ook, een meisje van 19 uit Engeland. Ze wilde wat anders doen met haar zomer. En daarom was ze in Escales belandt. Het was die dag 40 graden en de deal was dat wij die dag niets hoefde te doen qua werk. Iedereen ging na de werkdag naar een riviertje in de buurt, echter werd het Sally verboden (sterk geadviseerd, en voor haar bepaald) niet naar de rivier te gaan. Gery, was degene die deze beslissing maakte. Ook wanneer Gery iets wilde stelde ze het voor waarna ze iemand anders de opdracht gaf. Het delegeren is in een bedrijfsmatige situatie prima, echter op deze locatie waren inmiddels 7 volwassen vrijwilligers die naar de pijpen van Gery moesten dansen. Richard daarin tegen was vriendelijk en alles ging in overleg en gebeurde samen met hem. Maar Gery had zo’n bepalende factor dat wanneer zij ergens binnen liep mensen stil vielen. En dat is niet goed. Het irriteerde mij enorm. De workaway filosofie is dat je samen met mensen in bepaalde situaties waar ze hulp nodig hebben helpt. Niet dat je als een soort bediende bezig bent. Mits vooraf besproken. En dat was absoluut niet het geval. Wij hebben dan ook de luxe om weg te gaan op elk moment dat we willen. Iets wat de andere Workawayers vaak niet hebben ivm het gebrek aan vervoer. Na het avondeten hebben we (Renée, Floor en ik) een rondje gelopen met Doeska. Tijdens die wandeling hebben we een onder ons 4-en al een soort stemming gedaan. Floor en Renée wilden het tot zaterdag aankijken, Does wilde weg dachten we en ik al helemaal. Dus werd besloten dat we tot zaterdag zouden kijken hoe het zou vergaan. De volgende ochtend ging ik met Richard naar een bouwmarkt in Carcassonne om materialen te halen voor een badkamer die met spoed af moest. In mijn achterhoofd was het weggaan nog steeds erg actueel. Na 4 uur waren we weer terug. Renée en Floor gaven direct aan dat ze weg wilden. De sfeer was gelijk gebleven, het delegeren en het gedrag van Gery was niet minder geworden. Ik gaf aan dat ik wat ik in de badkamer kon doen af wilde maken en dat zij onder tussen na de lunch de tassen alvast moesten gaan pakken. Zodra we allemaal klaar waren, ik het leidingwerk netjes had afgewerkt en allen gedoucht hadden zouden we gaan. Op een gegeven moment viel Sally met tranen in de ogen in de armen van Floor. Zij wilde weg, en smeekte bijna of we haar weg konden brengen. Floor vertelde haar ons plan. Dus naast ons en naast de verhalen die we inmiddels van 3 andere workawayers hadden gehoord wilden eigenlijk op twee na iedereen weg. Om 17 uur hebben we Richard en Gery gevraagd om met ons een gesprek aan te gaan. Wij hebben direct aangegeven dat we weg gaan inclusief Sally. En dat we binnen het uur zouden vertrekken. We waren d.m.v. een goed gecoördineerde actie binnen 20 minuten van het terrein af. Onze slaapkamer keurig achterlatend, het enige wat Floor was vergeten was haar boek over Marc Dutroux, het boek wat misschien wel op zijn lotsbestemming achter is gelaten. Zo erg was de kamer. Wij hebben heel wat slechte slaapkamers en plekken in Azië gehad maar deze zou toch echt wel in de top 10 komen. Op naar Homps, na een korte stop bij een supermarkt om weer wat BBQ vlees in slaan de BBQ weer aangestoken en zo de 48 uur Escales enigszins positief zouden afsluiten. On the road again Omdat we Sally zouden afzetten op het vliegveld in Carcassonne dachten we laten we er dan nog een rondje in La Cité aankoppelen. Maar na veel rondjes in de laaggelegen stad op zoek naar een parkeerplaats gaf Sally aan dat we haar wel ruim op tijd af mochten zetten. Op de terugweg zijn we toch nog naar La Cité gereden. De camper langs een doorgaande weg geparkeerd tezamen met 100 andere auto’s en campers en binnen 5 minuten stonden in het über toeristische ommuurde stadje wat tijdens de 2de wereld oorlog bijna geheel plat gebombardeerd is. Alle panden zijn perfect gerestaureerd maar worden op enkele pandjes na allemaal behuisd door restaurantjes en toeristenshops. Dat naast de gigantische mensenmassa die de straten van deze van oorsprong oude stad bemannen en bewandelen is het gevoel van een uniek, rustig en bijzonder stadje toch wel heel ver weg. Vervolgens hadden we weer ergens Internet gehad, om tot de ontdekking te komen dat we een negatieve review hadden ontvangen van Gery en Richard. Daarop volgend hebben wij hen met gelijke munt terugbetaald. Na intensief mail contact met de Workaway organisatie kwamen we er achter dat wanneer je als host/ workawayer 3 negatieve reviews krijgt je van de site wordt afgehaald. Wij hadden er nu 1. Zij ook. Via mail contact met Sally hadden zij de dag erna 2. Dus hopelijk dat iemand lef genoeg heeft om eerlijk te zijn. De mensen die negatief waren terwijl wij daar waren hebben het niet aangedurfd. Waarschijnlijk omdat ze bang zijn dat het reflecteert op toekomstige projecten. Dat zijn wij ook maar we konden in dit geval niets anders. Hopelijk dat toekomstige workawayers vanaf nu 2 keer achter hun oren krabben bij deze locatie. Op zoek naar een nieuw plekje om te overnachten zijn we ditmaal bij een camping Municipal uitgekomen in het plaatsje Limoux. Voor ons is het niet echt belangrijk om een douche te hebben maar voor Floor met haar bos haren een must. Dus dat stond vaak boven aan de prioriteiten lijst hoe spartaans ook. Die avond hebben we lekker gegeten en de volgende ochtend twee minuten voor elf van het terrein afgereden. Na weer wat boodschappen in te hebben geslagen zijn we wat zuidelijker gereden. De zoektocht naar die ideale plaats mét douche, een meertje en een camperplaats met gras bracht ons alsmaar zuidelijker, op een gegeven moment stond er op een van de borden “166 km Andorra”. Dus zo ver waren we zuidelijk afgezakt. Op een rotonde stond eindelijk voor Floor haar beloofde land afgebeeld en dit had niets met een douche te maken. “Poulet Roti”! Met een glimlach van oor tot oor herhaalde ze de tekst meer dan eens. Ik vroeg of ze wilde stoppen en dat terwijl Renée ook aangaf we natuurlijk graag voor haar hier wilde stoppen. Nog voordat die woorden Renée’s mond uit waren, stond Floor al aan de binnenzijde van de camperdeur. Otto geparkeerd en Floor kwam binnen een paar minuten met een nog grotere glimlach terug in haar linker hand een witte papieren zak waar het vet al een beetje door heen kwam. Missie geslaagd. Nu nog een meertje zoeken waar het geslachte en gebraden kippetje verorberd kon worden. Een paar kilometer verderop Otto geparkeerd en de tafel en stoelen neergezet. Floor begon met het ontleden van het hennetje. De eerste hap werd bijna als hemels ervaren, tenminste zo leek het. We waren nog steeds op zoek naar de perfecte locatie voor de laatste dagen van Floor. Na een korte stop bij een camping wat kamp Holland leek te zijn rechtsomkeer gemaakt, maar eerst nog een beetje pootje baden in een klein helder beekje onder een brug. Na te zijn afgekoeld zijn we helemaal richting Perpignan gereden. Vlak voor deze veel bezochte stad de camper geparkeerd bij een lokale Olijvenboer in Trouillas. Daar hadden we een douche, toilet en wifi. Dus aan de basisbehoeften hadden we weer voorzien. Op het terrein waren een aantal honden, in het foldertje wat we hadden ontvangen stond dat ze lief waren en goed met honden en kinderen konden. Na een rustige nacht is Renée gaan wandelen met Doeska. Bij terugkomst op het terrein werd Renée omsingeld door een van de boerenterreinbewakers. In een flits werd Doeska in haar linkerachterpoot gegrepen, in een reactie viel ze direct neer. Renée checkte haar en zag nog kwijl van de agressieve hond op Doeska’s poot zitten maar ogenschijnlijk leek er niets aan de hand. Terwijl ik nog in bed lag kwamen Doeska en Renée de camper binnen. Natuurlijk werd direct verteld wat er zojuist was gebeurd. Renée ging douchen en ik ben het bed uitgegaan. Checkte Doeska nogmaals en zag dat ze een diep gat ter grote van de diameter van een pink in haar achterpoot had en vlak daarboven twee diepe sneetjes. Floor kwam op dat moment terug, ik vroeg haar Renée op te halen omdat we nu direct weg moesten op zoek naar een dierenarts. Ondertussen knipte ik wat haren weg en verzorgde de wond met betadine en steriel gaas. Toen we weer compleet waren Otto gestart en naar Perpignan gereden. In de TomTom staan nl ook dierenartsen dus als eerste naar het dichtstbijzijnde adres. Na een rit waarin we zeker harder hebben gereden dan toegestaan kwamen we aan in een woonwijk met een paar winkels. Op de plek waar we zouden moeten zijn was niets. Op straat was het nagenoeg uitgestorven, het was zondag. Een oudere dame liet toevallig haar hond uit. In gebrekkig Frans en een beetje Engels vroeg ik waar er een dierenarts zat. Met een aantal aanwijzingen reden we weer verder. De dierenarts werd gevonden. Alleen dicht. Op de deur stond wel een nummer voor spoed. Op het bandje werd een nummer genoemd maar het ging zo snel dat mijn gebrekkige Frans het niet kon verwerken. Op straat iemand aangesproken om het nummer voor ons te ontcijferen. De man (Die Arabisch, Spaans, Portugees, Frans en Engels sprak) bedankt maar ook dat nummer werd niet opgenomen. Toon en mijn Moeder werden als hulplijn gebeld. Zij hebben ons direct van advies voorzien, Toon is spreek goed Frans en is natuurlijk Dierenarts/Veearts en luisterde naar wat was gebeurd. Zij gingen op zoek naar een Dierenarts in Perpignan die nu open was. Ondertussen reden we als een kip zonder kop naar een volgend adres wat zij hadden gevonden. Weer niets. Dan maar naar het Toeristen Office. Een vriendelijke man hielp mij direct en zocht met gezwinde spoed een adres. Zoals hij zei Honden zijn soms belangrijker dan kinderen, en ja dat spreken wij natuurlijk niet tegen. Eindelijk, hij vond een adres! Ze waren open en hij zei gewoon naar toe rijden. Dus ik rende terug naar de camper. Toetste het adres in op de TomTom en …. niet te vinden, de man gaf wel aan dat het bij de Technosud was. Op dat moment belde we Toon en mijn moeder weer. Hij had een adres! We toetsten het in en Yes! 15 minuten rijden. Op de snelweg zagen we al het bord van de locatie. Maar ook deze week weer af van de daadwerkelijke eindbestemming. Toch maar naartoe. En wat bleek dit was de locatie die Toon en mijn moeder bedoelde maar ook van het Toeristenoffice. De straten waren alleen zo nieuw dat ze niet in de TomTom bekend waren. Otto geparkeerd en in de wachtruimte zaten nog meer dierenbezitters. Na wat wachten in de klinische wachtruimte waren we aan de beurt. Doeska op de tafel gezet en werd na wat moeizame communicatie met de Dierenarts bekeken. De wonden werden schoongespoeld. Gelukkig, het viel mee. Na een antibiotica prik, advies om het schoon te houden en 10 dagen 2 maal daags een antibiotica pilletje te geven en nog even contact te hebben met Toon of wij alles goed begrepen hadden konden we na het betalen van de rekening weer gaan. De adrenaline gierde door onze lijven, Renée, Floor, Doeska en ik waren ervan onder de indruk, pff. Op zoek naar een camping voor de nacht, even rust. Uiteindelijk kwamen we uit in Argeles sur Mer. De minst toeristische plaats aan de kust vlakbij Perpignan. Hier na een rondje op de idioot drukke camping een hoekje gevonden voor de nacht. Die middag hebben Doeska en ik de dag bij de camper door gebracht, ik was kapot. En terwijl Doeska rustig lag te slapen heb ik nog een gaatje ontdekt die ook de dierenarts niet gezien had. De dames lagen op dat moment op het strand. De zon stond hoog en brandde hard. Het was hier gelukkig niet te druk op het strand waardoor de ladies nog een beetje ruimte hadden. De zee was fris en het strand liep in de zee plots omlaag waardoor je er in een keer door heen moest. Die avond hebben we zelfs nog even “genoten” van de camping animatie. Een dwerg op het podium zong ongeveer elk kwartier het zelfde nummer en vermaakte het campingpubliek daarnaast met wat andere top40 nummers. De volgende dag weer op pad. Via Leucate een plaats waar we vorig jaar nog met de camper aan een binnenmeer hebben gestaan weer wat noordelijker. Het was warm die dag. Doeska lag voor pampus tussen de twee voorstoelen. Ook Floor reed een stukje mee op de passagiersstoel omdat het daar net wat aangenamer was dan achterin de camper. En ze genoot. Renée lag ondertussen half onderuit op Floors plaats een tukje te doen. De volgende bestemming was Mons La Trivalle, een plek waar een waterval, grotten en geweldige uitzichten moesten zijn. De volgende dag was Renée haar verjaardag en Floor wilde als cadeau voor Renée ons trakteren op een etentje en ik had Renée en ons als cadeau een middagje kanovaren over de snelstromende rivier gedaan. Die middag hebben we ons eerst alle vier in de heldere beek die door de rotsblokken stroomde omgeven van hoge bergen afgekoeld. Heerlijk. Ja, het was er toeristisch maar als je je er voor afsluit en goed zocht vond je toch een plekje waar niemand zat. Doeska voelde zich duidelijk alweer beter en waagde zelfs haar pootjes in het heldere water. De volgende ochtend ging de wekker om 5 uur. Renée had als verjaardagswens dat ze graag een wandeling wilde voor het krieken van de dag en voordat de warmte weer begon in te zetten. Wat was dat vroeg, normaal staan we nl iets van half tien op. De berg op, het zou 2,5 uur omhoog zijn. En dat was het, de goed aangelegde paden maakte het wandelen iets makkelijker maar het was zeker geen eitje. Misschien dat de vroege uurtjes het niet makkelijker maakte maar het gebrek aan de zinderende hitte was wel aangenaam. Na een paar flitsen te hebben gezien van de wilde berggeiten kwamen we aan op de top. Hier zou een grot moeten zijn, en de oorsprong van het heldere riviertje. Niets van dat alles en op een heel oud berghuis na, wat nu fungeerde als horecapunt was het eindpunt nogal saai. Dus enigszins teleurgesteld omdat we dat toch wel al doel hadden teruggelopen. En nu de zon net op was en zijn eerste stralen op de bergwanden scheen was het gebied nog mooier dan tijdens de wandeling naar boven. Tijdens de route naar boven niemand gezien. En tijdens de tocht omlaag zijn we maar 2 mensen tegengekomen. We waren de drukte dus voor. Om 9 uur precies reden we de poort uit van National park. Op naar een verhuurbedrijf van kano’s. Nog enigszins munt van de wandeling hebben we gezamenlijk besloten eerst een tukje te doen en even goed te eten voordat we in de kano’s zouden stappen. Om een uurtje of 1 reden we het verhuurbedrijven terrein weer op. Doeska moest natuurlijk ook mee in de kano’s en we kozen een route waar dit volgens het verhuurbedrijf geen probleem was. Met 1 twee persoons kano en een kajak werden we 10 km verderop afgezet om hierna de rivier af te zakken. Onderweg zouden we allemaal kleine stroomversnellingen tegenkomen en een paar wat grotere. De kano’s het water in en na 50 meter hadden we de eerste stroomversnelling al te pakken. En dat was zeker met Doeska in de kano spannender. Onze bejaarde dame vond het ook juist bij deze plekken een goed idee heen en weer te bewegen om de taak van het recht houden van de kano nog moeilijker te maken. Renée en Floor hadden de handen er dan ook vol mee. De kanokwaliteiten van de twee vriendinnen varieerde dan ook van geweldig naar dramatisch. Waardoor ze soms achterstevoren door de watervallen gingen of vast bleven zitten waardoor ik de drie los moest trekken terwijl mijn voeten tussen de grote rotsblokken gleden. Het was geweldig, glijdend over een compleet verlaten rivier met z’n vieren. Na zo’n 3,5 uur kwamen we terug bij het verhuurbedrijf. Op zo’n 25 kilometer afstand lag het plaatsje Bedarieux, hier zouden die avond het cadeautje van Floor gaan verorberen. De camper geparkeerd op het meest troosteloze stukje grind van de regio naast 20 andere campers. De overnachtingsplek was geregeld. Rond een uurtje of 8 naar het stadje gelopen. We zaten dus al aardig in het Franse eetritme. De klanken van een Caro Emerald achtige band kwamen de hoek om. Op een pleintje stonden 4 dames live te spelen te midden van etend publiek. We schoven snel aan en bestelden Renée’s haar verjaardagsmaaltje. Na een aantal uren, getafeld en nagetafeld te hebben zijn we voldaan en moe van de lange dag terug gegaan naar de camper. Om Floor’s laatste dagen af te sluiten met iets van zee, zwembad of iets in die trant zijn we langzaam afgezakt richting Beziers. Op de route zijn we bij een aantal campings wezen informeren naar de prijzen naar die lagen allen zo hoog dat het niet zou passen in ons budget. Na 2 uur bij een grote M te hebben gestaan om maar dat perfecte plekje te vinden de beslissing genomen om naar Pontiguers sur Mer te rijden. Hier was een camperplaats met een buitendouche, een toilet en de locatie was nog geen 50 meter van zee. Dus al met al een topplek en dat voor 8 euro. Ook de afstand naar het vliegveld voor vrijdag was maar 10 km dus alles om hoek. Het strand werd donderdag geteisterd door een een harde wind, waardoor we werden gezandstraald. Maar met een duik om af te koelen was het dat meer dan waard. De volgende ochtend is Floor er nog heel vroeg uitgegaan om de zonsopgang te bekijken en dat was volgens haar zeer de moeite waard, wij lagen toen nog op 1 oor. Nog één keer een duik in de middellandse zee en toen was het tijd om Floor af te zetten op het vliegveld. Soms heb je 2 weken die voorbij vliegen omdat je zo veel doet of juist niet. Dit waren 2 weken die lang duurde, maar juist omdat het zo gezellig was met deze gekrulde dame. We hebben genoten van de tijdelijke camperbewoonster. Doeska mist haar slaapmaatje. Weer een 3 eenheid Wederom was het tijd om afscheid te nemen, met een traan en een lach en die allerlaatste knuffel en zwaai beweging door het glas was Floor weer vertrokken. We waren weer met z’n drieën. Stapte in de camper en besloten een flink stuk te rijden. Richting Andorra. Op de mooie route passeerden we Leucate, de Poulet Roti tent van Floor en de afslag naar kamp Holland. Hier ongeveer 25 kilometer vandaan vonden we een zeer aangename plek in het bos bij het plaatsje Casteil, hoog in de bergen. Even acclimatiseren. De weken met Floor waren toch wel intensief, op een goede manier. Je moet jezelf aanpassen, je leeft 24/7 met 3 mensen en een lief hondje op zo’n 8 m2 en dat betekent dat je minder personal space hebt dan dat je in het reguliere leven hebt. De weken zijn na wat gewenning aan elkaar heel soepel verlopen. Maar wie gaat er tegenwoordig nog 2 weken met elkaar op vakantie en al helemaal in een redelijk kleine camper zonder airco. Andorra, mooiste rit tot nu toe Na 2 nachten was het tijd om Otto weer te starten, onze accu was weer opgeladen en de weg riep. De heuvels af en hier reden we langzaam dieper de Pyreneeën in. De heuvels werden bergen en Otto had het zwaar, de temperatuur van de motor liep langzaam op en het was af en toe net op tijd heuvel af zodat de motor kon afkoelen. Op bepaalde stukken hebben we toch maar even gestopt om Otto op temperatuur te laten komen. Andorra kwam in zicht, en wat ligt dat kleine belastingvrije landje mooi tussen de hoge bergen. Wonderlijk! De uitzichten zijn die van ansichtkaarten, bergen aan alle kanten en valleien met koeien met koebellen, de wegen die er slingerend door heen zijn aangelegd als penseelstreken die de makkelijkste weg markeren over en door de enorme bergen heen. Nadat we net in Andorra aankwamen hebben we direct geprofiteerd van de lage Diesel prijs. 83 cent per liter, een koopje. Otto maakte een beetje een verkouden geluid bij het tankstation en zo’n 100 meter erna besloten we even stil te gaan staan, om de motor af te laten koelen. De laatste klim was toch net iets te veel geweest. Otto kookte over. En flink ook, meer dan een liter koelvloeistof liep borrelend uit het overloopslangetje. Na 1,5 uur wachten de dop er afgedraaid en aangevuld wat er was uitgelopen. We constateerde ook dat de ventilators van de radiator niet aansloegen dus dat stond vanaf nu bovenaan het Ottodo (Otto to do) lijstje tezamen met de olielekkage die erger leek te worden. Na een nachtje in een van de grensplaatsjes van Andorra te hebben gestaan, het een en ander in hebben geslagen en met een aantal van de ouders te hebben geskypt/facetimed was het weer tijd om verder te gaan. We hadden o.a. met Gerda en Henk geskypt, Gerda was van de fiets gereden en hierdoor haar knie gebroken en zit nu van lies tot voet in het gips. Verschrikkelijk klote, zeker omdat we natuurlijk niet even langs kunnen gaan om er voor haar te zijn. Nogmaals beterschap, lieve Gerda. Viva España Na een korte grenscontrole op naar Espot. Dit is het zogenoemde beginplaatsje van Park Nacional d’Aigüestortes estancy de Sant Maurici. Hierdoor reden we ook Spanje binnen, het landschap is iets meer dor aan deze kant van de Pyreneeën, zo lijkt het, het is er wat droger en nog warmer. Op de route hiernaar toe stonden we op een bepaald moment in de berm van een bergweg, om Otto af te koelen. En uit het niets stond er een wielrenner naast ons. Een Nederlandse jongen, Serge, die helemaal uit Amsterdam kwam fietsen, met als doel Madrid. Zijn water was op, had honger en zag een Nederlands kenteken en dacht die kunnen mij misschien wel helpen. En natuurlijk, zo hoort dat ook. Serge voorzien van water, een appel en een energiereep. Wat verhalen uitgewisseld en elkaar een goede reis gewenst. Wij gingen weer, met 30 km per uur omhoog. Serge ging ons eerst iets voor maar we haalden hem iets later weer in. Met een toeter en een gezwaai passeerden we hem. Het blijft voor ons toch een raadsel wat mensen bezield hier heuvel op heuvel af berg op en berg af te rijden. Het lijkt mij een zelfkasteiing. Wel respect voor de dames en heren die deze manier van transport hebben gekozen. Eenmaal aangekomen in Espot via wederom enorm mooie wegen hebben we zelfs onderweg nog een Spaanse lifter meegenomen naar een plaatsje onderweg. Het grote parkeerterrein werd afgebakend met een verbod voor campers tijdens de nacht. Toch maar eens een kijkje nemen. En nadat we de eerste beste mensen gesproken hebben die hier duidelijk al even stonden gehoord dat het geen probleem is om te overnachten. Dat hebben we dan ook 2 dagen gedaan. Tijdens ons verblijf hier direct de radiator ventilators gemaakt, want dat is toch wel een primair iets zeker met deze temperaturen en de wegen die je gedwongen wordt te rijden. De eerst volgende dag hebben we onszelf getrakteerd op een ritje met een landrover naar boven. Een soort taxidienst die voor een paar euro mensen af zet bij Estancy de Sant Maurici. Een mensgemaakt bergmeer. Hier sta je hoog in de bergen omgeven van berg toppen die tot 2800 meter boven zeeniveau reiken. De wandeling naar beneden liep over goed aangelegde paden die je precies door het dal leiden daarwaar 50000 jaar geleden nog een gigantische gletsjer lag. De bergen hier zitten trouwens vol met berg routes waar ook mensen dagen kunnen wandelen en ’s nachts in refugi’s kunnen overnachten om de volgende dag weer verder te trekken. Een wonderlijke omgeving. Na 2 nachten was het zogezegd tijd om wat lager gelegen gebied op te zoeken. Onderweg reden we o.a. langs Cellars, de gemeente heeft daar een bronwaterplaats aangelegd en dat was voor ons een ideale plek om een beetje bij te tanken en ons te goed te doen aan het heerlijk zachte water. Renée heeft haar gewassen om weer lekker fris de camper in de stappen. Via een omweg zijn we die middag uiteindelijk belandt in San Esteban de Litera, puur als overnachtingsplek. De volgende ochtend is Renée in dit 500 inwoner tellende dorpje op zoek gegaan naar brood. Bij geluk liep ze langs een woning waar net een aantal mensen uit kwamen lopen met brood. In dit piepklein huiselijke winkeltje heeft ze 2 broden gekocht. En zo hadden we ook die ochtend weer een ontbijtje met vers brood. De avond daarvoor zijn we ook de reisboeken ingedoken om iets meer gepland te gaan reizen. Want anders zouden we te snel in het westen van Spanje zijn. Wij moeten nl op 1 oktober in Arobes starten aan onze workaway. Loarre was de eerste stop, om een geweldig kasteel te bekijken. 2 km van het kasteel zat een eenvoudige camping aan de linkerkant van de weg. Toch maar gestopt, de was was 2 weken niet meer gedaan en een warme douche was nu wel welkom. Renée heeft zich gestort op de was, dit betekende dat ze 5 wassen heeft gedaan en zelfs ’s nachts er nog uit is gegaan om een nieuwe was te starten en één op te hangen. Ik heb mij gestort op een onderhoudsrondje van de camper en motorruimte. Na 2 nachten alles gedaan wat we wilden, de camper weer gestart en de laatste 2 km naar het kasteel gereden. Van hieruit naar Riglos gereden. Een plaats die zich kenmerkt met hoge bergpunten, heel erg vergelijkbaar met de bergpunten uit een gemiddelde cowboyfilm of wat je ziet in de Grand Canyon. De locaties die daar aangewezen werden om te overnachten waren niets meer dan parkeerterreintjes en dat wilden we zo veel mogelijk vermijden. Dus op naar Arguedas op de weg hiernaartoe passeerden we nog een brug waar we vorig jaar tijdens de testrit een foto hebben gemaakt. Richting onze eindbestemming van die dag reden over de vlaktes vlakbij Tudela dit is nu een woestijn, omdat mensen hier alle bomen hebben gekapt en zo een dorre eindeloze vlakte hebben gecreëerd. Het is een national park. Heel bijzonder om hier door heen te rijden. Het park is op z’n smalst 25 km breed en precies hier ligt een weg. Op deze weg zijn wij de complete rit geen auto tegengekomen waardoor de verlatenheid van dit gebied nog meer versterkt werd. Eenmaal aangekomen in Arguedas parkeerden we Otto onder de voet van lage stenen heuvels waar in de 19de en 20ste eeuw mensen woningen in de rotswanden hebben gemaakt en hier destijds woonden. Tegenwoordig is het een gratis en zeer rustige toeristenplek. Na 2 dagen de spullen weer opgepakt en in Agreda belandt. Hier hebben we Otto geparkeerd in een groot groen park, een paar dagen relaxen en genieten van het weer. De komende dagen zullen we verder trekken maar voor nu blijven we even zitten waar we zijn. Veel liefde en leesplezier van ons. Pak een biertje, wijntje of een kopje thee/koffie en lees. Want het is nogal wat veel :-). 10 pagina’s A4 leesvoer.
Oja, er zijn ook filmpjes voor de niet lezers óf mensen die er ook graag beeld bij willen. Klik snel naar onderen van deze blog. Start the Journey of a new life 6 juni Daar staan we dan een beetje uit te puffen van 4 intense dagen na onze bruiloft en afscheidsfeest. Nog geen 40 km verderop parkeren we de camper op een camping. Neufchateau, het plaatsje wat de uitblaasbasis is voor ons. We hebben hier ruim de tijd genomen om rustig alle kaartjes door te lezen, de foto’s door te kijken en een filmpje in elkaar te draaien. Het filmpje wat volgens mij door velen van jullie al gezien is. En anders volg deze link: https://vimeo.com/169828969. De emoties kwamen ook tijdens deze dagen toch wel behoorlijk los. Het ene kaartje nog mooier en liever geschreven dan de ander, het gastenboekje hebben we meerdere keren gelezen zodat we alle details goed in ons hoofd geprent hebben. Het was een liefdevolle samenkomst. Tijdens het inchecken vertelde we een beetje waar we net vandaan kwamen en waar we ons leven mee gaan inrichten, o.a. het reizen en het vrijwilligerswerk. En alsof we al niet genoeg aandacht hebben gehad kregen we een gratis nacht vanwege onze nieuwe start. Zo aardig. Na 3 nachten was het goed geweest. De reisdrang begon te borrelen, Otto begon te steigeren en wilde in Europa een volgend land bezoeken. We waren dan ook op een steenworp afstand van Frankrijk en besloten direct de grens te passeren. Frankrijk, daar waar we de komende maanden zullen vertoeven, kwam al snel in zicht. Het plan was om dagelijks niet meer dan een uur tot anderhalf uur te rijden, zoveel mogelijk gratis te overnachten en een minimaal aantal campings te bezoeken. De McDonalds is onderweg voor maar 1 ding goed en dat is Wifi. Dus ik moet op rantsoen, al is het enigszins onder dwang :-). Het enige wat de campings ons zullen brengen is wifi een douche, wasmachines en wat elektriciteit. Onderweg kom je dan dingen tegen waar je normaal gesproken langs rijdt en juist hier zouden we nu wel stoppen. En dat brengt je tot fantastische uitzichten, mooie gebouwen, verrassende plaatsjes en soms ook juist toch die standaard stadjes waar je geweest moet zijn. Onze route is trouwens met beeld en een paar foto’s te volgen via Polarsteps: www.polarsteps.com/Woodcock Onze eerste stop was in Rozoy sur Serre, een prachtige gratis plek in een geweldige vallei. De camper geparkeerd en we genoten direct van onze eerste gratis overnachting. De volgende ochtend is Renée een wandeling gaan maken met Doeska, terwijl ik een paar laatste dingetjes monteerde aan de camper, maar ook om op de camper te passen, de buurman (andere camper) was namelijk alweer vertrokken en voor ons is het een beetje een mindset die nog moet komen, Otto alleen te laten staan. Het gevoel van ‘wat als er iemand komt die kwade bedoelingen heeft’. Maar ja, we weten dat dit gevoel na loop van tijd minder zal worden en we de camper “ons huis’ af en toe vrij moeten laten om ook samen bepaalde dingen te kunnen zien en te doen. De wandeling van Renée was op een eindeloos pad midden door de voet van de vallei met vergezichten en hier was absoluut geen toerist te bekennen. Na een tijdje toen Renée nog niet terug was werd ik toch een beetje ongerust. Al met mijn hardloop kleren aan liep ik Renée tegemoet, gelukkig. Toch raar je wereld is in een keer een beetje kleiner en groter tegelijkertijd. Waar je je normaal niet zo druk maakt als je meisje iets later terug komt is het nu, zeker omdat het gevoel van ‘we beginnen net’ toch in één keer anders, intenser. Na een lekker lunch zijn we van hieruit doorgereden naar Laon. Laon is een stad in Frankrijk, en is de hoofdplaats van het departement Aisne. De stad telt ongeveer 26.500 inwoners. Laon werd in de middeleeuwen als vestingstad gebouwd op een alleenstaande heuvel in Thiérache. Het werd in de 5e eeuw een bisschopszetel en was in de Karolingische tijd de koninklijke residentie. In de oude stad binnen de vesting staan de gebouwen uit de middeleeuwen nog. De beroemde Kathedraal van Laon werd vanaf 1155 gebouwd, nadat zijn romaanse voorganger was afgebrand. Door zijn plaats op de vesting, is deze kathedraal van zeer ver te zien. Inwoners van Laon worden "Lannois" (/lanwa/) genoemd. (info Wikipedia) Vlakbij de vestingmuur hadden we snel een plekje gevonden, met een geweldig uitzicht over de valleien en gevoelsmatig konden we zo ver kijken als Rozoy sur Serre, onze voorlaatste bestemming. Nadat we weer een hapje en een drankje in de camper hadden gedaan zijn we de middeleeuwse stad gaan bekijken. Het ene huis nog schever gebouwd dan de ander en temidden van dit alles stond een aan alle kanten ingebouwde kathedraal. De zon scheen waardoor de kleuren in de glas in lood ramen aan alle kanten binnen kwam en zo voelde de kathedraal, zover dat kan, knus aan. Die avond hebben we de laptop gepakt en zo vrij als een vogel heerlijk op een kleedje een film gekeken in een klein parkje met een geweldig uitzicht. Heerlijk dit leven, zo stressvrij en puur genieten. De volgende dag, nadat onze biologische wekker weer rond half tien afging, stond Doeska weer beneden in de camper te kwispelen en te joelen omdat ze zo blij was ons weer te zien. Doeska wordt trouwens dagelijks om half zeven wakker zodat ook wij de uren hierna in een soort roes doorslapen omdat zij ons in de gaten blijft houden. Die dag zijn we weer vertrokken, het asfalt op, kilometers maken. Eenmaal aangekomen in Bouafles, een klein plaatsje vlakbij het kasteel van King Richard (Lionhart, denk aan de ridders van de ronde tafel, zwaard in een steen, etc.) hebben we de camper geparkeerd op een van de lokale campings. En direct onder de motorkap gekropen, de toeter deed het in een keer niet meer en de startmotor deed ook een beetje vreemd. Maar beide opgelost en verbetert. Dat terwijl Renée weer een heerlijke maaltijd bereidde. De volgende ochtend trok de ruïne van het oude kasteel toch onze aandacht. En dus de camper geparkeerd en nog voordat we naar bovenliggende stapel stenen liepen kregen we alweer een duim omhoog van een passant, de camper valt in de smaak, zowel bij ons als bij onze medeweggebruikers, terraszitters en andere camperaars. Via een behoorlijk steile weg kwamen we aan bij de mooie middeleeuwse ruïne maar, nog spectaculairder was het uitzicht op het gekronkel van de Seine, de schuine heuvels met witte schapen en het kleine dorpje aan de voet van van de heuvel met daarop de prachtige ruïne. Natuurlijk konden we Rouen niet overslaan. Een prachtige plaats met veel kathedralen en kleine straatjes die ons het meeste deden denken aan de kleine straatjes van Basel. Hierna zijn we naar het tot dan toe naar het mooiste camperplekje gereden. Vieux-Port, een piepklein plaatsje met een kerkje, een aantal te grote maar hele oude huizen en een geweldige gratis plek strak aan de Seine. Op het grote grasveld parkeerden we Otto. Ondanks de dreigende regen hebben we hier nog buiten pannenkoeken gegeten én een LaChouffeje gedronken. Hierna kwamen we in gesprek met een onze enige camperbuur. Een Duitse dame die samen met haar hond elk jaar naar deze plek gaat. De bubbels gingen open die we nog over hadden van onze bruiloft. Dat tezamen met een fles die zij nog had waren we na verloop van tijd allemaal vrij tipsy. Het was een gezellige avond. De volgende dag was het regen wat de klok sloeg. Het asfalt riep weer. 12 juni We besloten de D-day stranden af te gaan, een must do als je in deze regio bent. Als eerste zijn we naar Arromanches les Bains gereden, de camper geparkeerd en een rondje over het strand gelopen. Doeska was helemaal in haar element. Het was trouwens nogal lastig om hier een plekje te vinden dit omdat het nogal vol stond met grijsharige campermensen. Het is het voorseizoen dus we halen het gemiddelde redelijk omlaag. De volgende ochtend zijn we zo’n 20 km verder gereden naar Longues sur Mer, een fantastische plek op de rand van de kliffen, met rechts Arromanches les Bains met Mulberry Harbor en links in de verte Omaha Beach. Recht voor ons de zee zo ver je kon kijken en achter ons een grasland en de 4 overgebleven afweergeschutten van de Duitsers. Die avond hebben we een mooie wandeling gemaakt langs alle 4 kanonnen en een gigantische bunker. Ook nog een foto gemaakt van mijzelf op een kanon, eentje die bijna gelijk is aan één die van mij gemaakt zo’n 25 jaar geleden (jeetje wat zijn we al oud aan het worden). Juist op deze mooie plek hebben we het besef gekregen dat we iets meer willen reizen ipv kamperen en minder het camperboek van ACSI willen volgen. Dus de komende weken gaan we ons verdiepen in alles wat we willen doen en hoe we na ons eerste Workaway adres gaan reizen. Klinkt simpel maar creëer het backpackgevoel maar eens met een camper trip. Dat blijft dé uitdaging. Hoe dan ook we waren bezig met een rondje langs de D-day stranden. Dus dat maken we af. Daarnaast wilden we ook niet te ver uit de buurt van Caen rijden om zo niet te veel onnodige kilometers te maken wanneer 27 juli in beeld komt. De dag dat we starten in Barbery, ons eerste Workaway adres. Na op deze geweldige plaats te hebben gestaan waar we helaas maar 24 uur mochten verblijven was het de volgende dag tijd om onze route te vervolgen langs deze historische en met bloed doordrenkte kust. Colleville sur Mer, de plaats die 6 juni 1944 was omgedoopt tot Omaha Beach is tegenwoordig de plaats waar gigantische monumenten en een ongelooflijk grote oorlogsbegraafplaats zijn gevestigd. De 9387 graven van Amerikaanse soldaten met daarop de karakteristieke witte kruizen maakt indruk op iedere bezoeker. Na een rondje lopen was Renée aan de beurt, dit omdat honden niet toegestaan waren op de begraafplaats en haar alleen laten in de camper i.v.m. het warme weer geen optie was. Ook zij was onder de indruk, de grootte van de begraafplaats, de immense hoeveelheid slachtoffers wat daar ligt is indrukwekkend. Het is natuurlijk maar een fractie van alle slachtoffers tijdens de 5 jaar durende wereldoorlog, alleen de oorlogsslachtoffers die hier liggen hebben op die dag een nieuwe dag ingeluid, een dag dat Europa weer vrij zou zijn. The amphibious landings were preceded by extensive aerial and naval bombardment and an airborne assault—the landing of 24,000 American, British, and Canadian airborne troops shortly after midnight. Allied infantry and armoured divisions began landing on the coast of France at 06:30. The target 50-mile (80 km) stretch of the Normandy coast was divided into five sectors: Utah, Omaha, Gold, Juno, and Sword Beach. Strong winds blew the landing craft east of their intended positions, particularly at Utah and Omaha. The men landed under heavy fire from gun emplacements overlooking the beaches, and the shore was mined and covered with obstacles such as wooden stakes, metal tripods, and barbed wire, making the work of the beach-clearing teams difficult and dangerous. Casualties were heaviest at Omaha, with its high cliffs. At Gold, Juno, and Sword, several fortified towns were cleared in house-to-house fighting, and two major gun emplacements at Gold were disabled using specialised tanks. (info Wikipedia) Na deze historische route langs de kust zijn we via een ciderboer verder gereden. Armand de ciderproducent woont in een typisch grote Normandische boerderij. Grote dikke muren met daarin een poort gaven toegang tot zijn binnentuin. Hier was ook zijn winkel gevestigd. Een grote ruimte met een bar om een kleine proeverij te nuttigen en de variatie aan ciders en appelsappen stonden recht tegenover landkaarten met daarin allemaal spelden. Elke speld stond voor een bezoeker aan zijn ciderboederij. Na het een en ander geproefd te hebben en vervolgens natuurlijk een cider én een appelsap gekocht te hebben zijn we na het plaatsen van een speld weer verder gereden. Vandaar uit hebben we een behoorlijk stukje gereden en dit keer zat Renée aan het stuur. Ik moet eerlijk zeggen dat ik gigantische zweetplekken onder mijn oksels had omdat zij nog een beetje moest wennen aan Otto. Le Rozel was de plek waar we lekker naar de kust konden en heerlijk hebben uitgewaaid met Doeska. Het weer was nog steeds niet helemaal constant qua warmte dus lekker strandhangen was er helaas nog niet bij. De camping waar we zaten was ook weer meer een plek om te wassen, onszelf maar ook onze kleren en een beetje te internetten. De dag erna, waren we weer vertrokken, en Renée zat weer aan het stuur. En nu reed ze als een volleerd bestuurder. Al die stress van de dag ervoor was weg bij mij. Ook mijn meisje heeft Otto getemd. Of Otto haar, het is maar hoe je het ziet. We trokken via het binnenland van Normandië weer iets zuidelijker. Annoville, een piepklein plaatsje was de bestemming. Hier stonden we op het terrein van een ciderboer. Het was een beetje een chaos op het terrein, hondenpoep hier en daar, een vuurtje wat in een hoek werd gestookt maar na goed zoeken hadden we een ideaal en vlak plekje op het grasveld van het camperterrein gevonden. Hier hebben we die nacht heerlijk geslapen in het pikkedonker door het gebrek aan lantaarns en licht van de bewoonde wereld. De sterren stonden dan ook helder aan de hemel waardoor het ’s nachts geweldig was om een rondje te lopen met Doeska. De volgende ochtend hebben we een mooie wandeling gemaakt, een goed aangegeven route door de weilanden van Annoville met een keerpunt terug naar plaats van bestemming in het kleine dorpje. Le Mont Saint Michel, ook weer zo’n must do in Normandië. Na een kort ritje door het alsmaar vlakker wordende landschap komt het eiland met daarop het bekende stadje en de kathedraal al snel in zicht. Het plaatsje wat ervoor ligt is tegenwoordig het punt waar de toeristen zich moeten verschansen, dus ook wij gaan hier op zoek naar een camperplekje. Eerst maar eens de koelkast vullen met het nodige biertje, beetje melk en wat andere etenswaren, dit omdat alles verschrikkelijk duur is rondom de van zee omgeven heuvel met dorpje erop. De Mont Saint-Michel is een klein, rotsachtig getijdeneiland[1] in Frankrijk gelegen in een grote baai[2] aan de monding van de Couesnon. Het granieten massief van de Mont Saint-Michel is bekroond met een middeleeuwse abdij. Op de torenspits van de abdijkerk staat sinds 1898 een beeld van de heilige Michaël dat honderdzeventig meter boven de baai uitsteekt. Het eiland ligt ongeveer 1 kilometer uit de kust bij de plaats Avranches in Normandië. Het is oorspronkelijk een getijdeneiland: het was over land bereikbaar bij laagwater, maar bij hoogwater was het omringd door water. Tegenwoordig loopt er een smalle brug, met pendeldienst, naar het eiland. De Mont Saint-Michel, met zijn trapstraten, is alleen toegankelijk voor voetgangers.(informatie Wikipedia) Na lang twijfelen en rondrijden zijn we toch maar op de duurste maar het dichtstbijzijnde plekje gaan staan. Voor 20 euro per nacht had je een overnachtigingsplek voor de camper. Maar dan wel één met gratis busvervoer naar het eiland. Die avond hadden we eerst niet zo’n zin om direct al naar de bezienswaardigheid te gaan. Na wat wikken en wegen hebben we de bus gepakt met Does onder de arm, en zo kwamen we bij het bijna verlaten eiland aan. Rond een uurtje of 20:00 was het eiland zo rustig dat het mysterieus aandoet. De straten die normaal vol staan met hele drommen toeristen waren nu leeg en hierdoor liepen we snel het mooie eiland door. Ondertussen ging de zon langzaam onder waardoor het licht voor extra bijzondere effecten zorgde. Kijkend door de kleine schuttersgaten was het schouwspel compleet. Op de nieuwe brug, gebouwd in 2014, was het zicht op de ondergaande zon en het eiland magisch. Bewijst toch maar weer dat je bij twijfel bepaalde zaken moet doen. De bus teruggepakt en lekker op tijd naar bed. De volgende ochtend op tijd eruit om nogmaals een rondje te lopen. Eenmaal aangekomen bij de bus, werden we geweigerd vanwege Doeska. Na een korte discussie waar de man behoorlijk standvastig was dropen wij af. We hadden de avond ervoor geluk gehad. 17 juni Dus met dat geluk stapten we in de camper en reden we al wat vroeger dan gepland naar richting St. Malo, na een tip van mijn moeder en Toon. Hier aangekomen hebben we het eerste beste gratis plekje aangedaan. Dat was in een plaatsje om de hoek, Rotheneuf https://vimeo.com/171976311. Ook dit bewijst maar weer dat sommige gratis plekken echt te gek zijn. We parkeerden de camper vlak aan een baaitje met een wit strand, de zon scheen en het leek alsof de zomer echt was begonnen. De baai was dan ook een plek waar we direct besloten een paar dagen te blijven staan. Even ultiem genieten van het weer en de locatie, St. Malo zou er na drie dagen ook nog wel zijn. We hebben er heerlijk gewandeld en gerelaxt. Één van de praktische dingen was dat het chemisch toilet op een bepaald moment vol zat. En er was op deze mooie locatie geen ledigingsplek. Dus Renée en Does zouden de wacht houden zodat ‘onze’ plek niet zou worden ingepikt en ik zou zo snel als het kan met Otto naar een locatie rijden waar dit wel kon. Eenmaal aangekomen in het centrum van Rotheneuf reed ik met Otto naar een oude camping waar nu en mas camperaars hutje mutje zitten om hierna het kleine plaatsje te bekijken. De ene camperaar bekijkt de ander of de één de handelingen van de standaard zaken wel goed uitvoert en als de één het niet goed doet wordt bijna de partner op de arm getikt om samen intens naar de handeling te kijken. Nu is het zo dat het toilet ledigen bij ons beide niet erg hoog op de wensenlijst staat. Dus wanneer er dan ook nog een aantal grijsharige camperaars met priemende en bijna afkeurende ogen de handeling observeren wordt het vaak een beetje ongemakkelijk. Ik moet zeggen dat ik toch niet graag naar de lediging van een reservoir met chemisch afgebroken ontlasting kijk en dan al helemaal niet van een ander. Dat van ons is al tot daar aan toe. Enfin, missie geslaagd in Otto gesprongen en teruggereden naar de bewaaksters van de parkeerplek op de gewenste locatie. Met 3 dagen vertraging zijn we uiteindelijk naar het eigenlijke doel gereden. St. Malo was om de hoek. De grote hoge muren van de oude stad gaven karakter aan het plaatsje. Buiten die muren was een behoorlijk groot industrie terrein wat een behoorlijk afstak ten opzichte van het oude en toeristische plaatsje. Vrij bijzonder was dat buiten de grote stadsmuren 2 bassins gebouwd waren die zelf met eb nog zwemwater behielden. De oudste nederzetting op de grond van het huidige Saint-Malo zou wel het Gallisch-Romeinse Alethum (Aleth) geweest zijn, dat op het schiereiland Cité d'Aleth van het huidige stadsdeel Saint-Servan heeft gelegen. De stad werd in de 6e eeuw gesticht door een Ierse monnik Machutus, Maclow of Maclou, later Malo. Hij werd in het midden van de 6e eeuw tot bisschop van Aleth gekozen. Wegens de voortdurende invallen van de Noormannen, vluchtten de meeste inwoners van Aleth in de 9e eeuw naar het naburige rotseiland waar zich ook het graf van de bisschop, de Heilige Malo, bevond. Ze stichtten daar een nieuwe nederzetting. Aleth bleef weliswaar nog bewoond, maar in de 12e eeuw werd de nederzetting de zetel van de bisschop van Aleth, naar het rotseiland verplaatst, dat nu de naam Saint-Malo kreeg.(Informatie Wikipedia) We besloten al iets meer richting ons Workaway adres te rijden. Maar eerst moesten we onszelf eens onder de douche zetten. En omdat de douche in de camper iets te veel water zou vergen en we niet op een camping wilden staan hadden we bedacht dat we eens langs campings te rijden en te vragen of we hier alleen konden douchen voor een gering bedrag, tegen werk óf gratis. In het plaatsje Bouncy vlakbij Le Mont St. Michel (we reden er weer vlak langs) hebben we ons geluk uitgeprobeerd. Want naast Wifi, de was en een douche is een camping voor ons totaal niet nodig. De eerste camping die we aandeden moesten we even wachten, het was weer tijd voor de Franse siësta. Na een kwartiertje kwamen ze al snel de wachtende gasten ontvangen. Nadat een aantal nieuwe gasten zich hadden ingeschreven gingen Renée en ik onze vraag stellen. Na een kort maar vriendelijk gesprek was het niet mogelijk, de camping zat vol, de warmwater tank kon het nog maar net aan en meer van dat soort zaken. De grap was dat wanneer we gewoon als gasten op de camping zouden verblijven we natuurlijk de douche wel konden gebruiken. Dus op naar het volgende adres. Nog geen km verderop was de volgende mogelijkheid. Onder de slagboom door gekropen en bij het kantoor direct de vraag gesteld of we de douche konden gebruiken en dat zonder plaats. En dat we er bijvoorbeeld wel 5 euro voor wilden betalen. En dit alles in steenkolen Frans. De receptionist begreep er genoeg van om even aan de baas te vragen of het mocht. De man kwam zijn eigen caravan uit en na 10 seconden uitleg van de receptionist een hoop gemerci van ons reden we Otto het terrein op om heerlijk gratis onder de douche te stappen. Wat aardig! Na een verfrissende douche zijn we in de camper gestapt, een kaartje geschreven als bedankje en vervolgens richting La Ferrière aux Etangs gereden. La Ferrière aux Etangs een plaatsje vlakbij een oude mijn kwam al snel in ons vizier. De gratis plek hier was één van de (zo lijkt het) vele verlaten campings, die inmiddels zijn omgetoverd tot camper plekken. Otto geparkeerd en zo ook hier hadden we zo iets van we gaan een paar dagen in deze omgeving blijven. De ene dag hebben we een mooie maar achteraf iets te lange wandeling https://vimeo.com/171976311 gemaakt naar de oude mijn en de andere dag heb ik gevist en Renée heerlijk een boek gelezen. Het was tijd om een actieve camping op te zoeken. Zeker omdat we een beetje internet wilden hebben maar ook ivm de was die toch hoognodig gedaan moest worden. Falaise was de volgende bestemming: Hertog Willem van Normandië (Willem de Veroveraar) had op het kasteel van Falaise zijn residentie. Na de verovering van Engeland in 1066, bleef hij voorgoed in Londen als koning van Engeland. In de Tweede Wereldoorlog werd er hard gevochten rond Falaise tussen de Duitsers en de gelande Geallieerden, die Duitse divisies nabij Falaise probeerden in te sluiten (informatie Wikipedia) De goedkoopste camping gezocht en bij gebrek aan een receptionist ivm de siësta de camper geparkeerd op een mooie plek met schaduw en uitzicht op het kasteel waar o.a. Willem de Veroveraar heeft gewoond maar voor hem en na hem nog vele andere. Dat weekend zouden een groot aantal van onze vrienden naar Down the Rabbit Hole gaan. Dus we wilden tenminste een belofte waarmaken met de ‘Iggy’ broek en daarnaast met enkele honderden kilometers ertussen gezamenlijk een biertje proosten. En dat was gelukt! We hebben de foto’s gezien en zijn nog steeds erg jaloers op de gezellige samenkomst tijdens dit festival. We zijn het stadje ingelopen en het kasteel bekeken, wederom gratis, de Fransen zorgen goed voor de historische objecten en het gebrek aan toegangsprijzen betekent dat je veel kunt zien voor weinig. Via de filmzaal waar de historie van de locatie wordt verteld over het inmiddels met gras gezaaide terrein gelopen. Toch bijzonder dat dit gebouw er nog zo goed bij staat na zoveel jaar en lokale onrusten. Na 3 dagen zijn we hier weer vertrokken. We zouden de omgeving vlakbij Barbery (ons Workaway adres) een beetje gaan ontdekken en hier 2 nachten in de buurt gratis gaan staan. De eerste nacht was in Grainville vlakbij een sporthal. Een saaie plek maar als je op doorreis bent prima. De dag hierna zijn we naar Bretteville gereden. Daar konden we vlakbij de kerk parkeren. We parkeerden hier en zijn vervolgens het stadje gaan verkennen. Na 15 minuten hadden we het al gezien, zo klein. Om onszelf te trakteren hebben we een pizza besteld bij de plaatselijke pizzeria en in de camper een filmpje gekeken met z’n 3-en. Morgen zou ons eerste workaway adresje een feit zijn. Een beetje gezonde spanning hadden we allebei. Na de film lekker op tijd slapen. Echter hadden we er geen rekening mee gehouden dat het dorpje blijkbaar wel erg graag wil weten hoe laat het is. Om de 15 minuten luidde de kerkklokken en omdat wij er nagenoeg onder stonden was het verschrikkelijk irritant om met zo’n gebroken nacht je eerste ‘werk’ dag te moeten starten. Na 28 hazenslaapjes van 15 minuten stonden we om 8 uur naast ons bed. Even ontbijten om vervolgens de 5 km naar het adres te rijden. 27 juni (start Workaway @ La Ferme de La Vieille Abbaye) We reden het terrein op van ons eerste Workaway adres en parkeerden de camper. Nog een beetje ongedurig omdat we hier fris binnenkwamen, liepen we naar de voordeur, zo dachten we. Niemand te bekennen. Eigenlijk achter elke deur waar we keken zat niemand. Uiteindelijk kwam er een oudere vrouw met schoonmaak schort ons verwelkomen. Zij stelde zich voor als Elizabeth. En probeerde ons uit te leggen dat Kate met een vriendin naar de dokter was gegaan. Maar op dat moment verstonden we alleen ‘Kate abracadabra’, want we begrepen er niets van. We besloten maar even in de camper te wachten. Het gezin is trouwens volledig 2-talig, zowel Engels als Frans wordt er gesproken. Even later, zo bleek, kwam Tilly het terrein op lopen met haar paard. Deze 13 jarige dochter van Kate en Stéphane verwelkomde ons (in het Engels) in de keuken en bood ons direct eten en drinken aan. En vertelde dat als je hier honger hebt nooit hoeft te vragen als je iets wilt. Kort hierna kwamen Kate en Lesley aanrijden. Lesley bleek enkele dagen daarvoor 2 vingers in een touw verwikkelt te hebben gehad terwijl ze een paard vasthield die wegliep richting de weide. Zo bleek nu, deze waren gebroken. En enkele dagen later zou ze geopereerd moeten worden aan beide vingers. Na aankomst van de 2 dames heerste er direct een positieve bedrijvigheid op de boerderij. En wij hielpen direct mee waar het kon. De stallen mochten uitgemest worden en de 2 merries met veulens werden naar buitengezet door Renée en Lesley. Daarna mochten we een kastunnel opzetten en een stacaravan schoonmaken. Die nacht zouden we nog in de camper slapen omdat de Gité nog bezet was. Die middag was er al één van de geweldige lunches uit de (nog goede) hand van Lesley. Na een deel van de ochtend en de middag te hebben gewerkt waren we klaar. Aan het einde van de dag hebben we nog een beetje bijgepraat wie we zijn, wat we deden en wat we de afgelopen weken hebben gedaan. Kate is een Engelse vrouw van midden veertig, zij is Stéphane 15 jaar geleden tegengekomen in England en hierna is alles snel gegaan. Zij en Stéphane hebben hun beide bedrijven verkocht en deze boerderij gekocht, op dat moment was Tilly 1. in de jaren die volgenden groeide de boerderij en kregen ze nog 2 kinderen, Lulu (11) en Freddy (8). De kant waar wij hebben gewerkt hebben ze 28 paarden/pony’s, een B&B en een Gité. Daarnaast katten, een hond, geiten, kippen en ganzen. Aan de koeienkant hebben ze een zeer grote boerderij met ongeveer 500 koeien en volgens mij zo’n 300 kalven of vaasen. De melkkoeien produceren kwaliteitsmelk en deze word hier gebotteld. En in de omgeving verkocht op allerlei plekken. Sinds kort hebben ze ook Yoghurt in alle smaken. En het moet gezegd worden, Lekker!!! De avond viel en we aten rond een uurtje of 10 het avondeten. Meestal aten de kinderen wat vroeger en aten de volwassen iets later, prima. Het eten was geweldig, nooit te weinig en altijd met veel vlees en groenten. En daar word ik gelukkig van! Renée eet haar stukje vlees wel, maar een 2de stuk pakt ze zelden. Een maand als vegetariër zou zij niet erg vinden. Tijdens het avondeten hadden we afgesproken dat wij dagelijks om 9 uur zouden beginnen en dat we rond half 9 aan kunnen schuiven voor het ontbijt. Er was dagelijks trouwens stokbrood. Dat was altijd een van onze vragen, eten Fransen ’s ochtend meestal stokbrood. Als je deze situatie dus zou generaliseren is het antwoord, ja. Ook geen straf trouwens. Die dag kregen we onze eerste concrete opdracht want na een paar stallen uitmesten en de paarden uitzetten werd ons gevraagd of we het parkeerterrein vrij wilden maken van onkruid. Ze hadden hier grind liggen en alle sprietjes onkruid mochten verwijderd worden. Dit hebben we de eerste 2 volle dagen van onze dagen bij Le Moigne gedaan. Een verschrikkelijke klote klus. Renée en ik keken elkaar vaak aan in de trant van “is dit waarvoor we het doen?” Na deze dag mochten we iets groter onkruid tackelen. Links en rechts langs de toegangsweg naar de bedrijven stonden brandnetels van zo’n 2 meter hoog. De weg was zo’n 60 meter lang dus we konden 120 meter brandnetels trekken. Met een lang shirt en lange broek aan in de volle zon stonden we daar de volgende klote job te doen. Ook hier kruisden onze blikken veelvuldig. De gezelligheid tijdens de lunches en het avondeten maakte trouwens eigenlijk alles goed. Maar er zijn momenten geweest dat we ons een beetje nutteloos voelde. Het moet wel gezegd worden dat al het onkruid verwijder werk wat we gedaan hebben een groot verschil maakte in het aangezicht. Dus de beloning in dat opzicht was groot. Hierna kregen we meer vertrouwen van Kate maar ook van Lesley. Lesley is trouwens een vriendin van Kate. Zij werkt hier ongeveer sinds 3 jaar, ze is sommige (dan kort en dan lang) periodes in Australië waar ze normaliter woont. De groentetuin waar we de tunnel al hadden neergezet stond als volgende punt op de agenda. Deze was volledig overwoekerd, wederom met brandnetels, andere planten en uitlopers en zaailingen van nabije bomen. We hebben onze tanden hier volledig in gezet, maar het was een puist werk. Dit was iets wat we leuk vonden. Iets wat een soort project was. Vrijdagochtend vroeg vertrok Kate samen met Tilly naar een springwedstrijd. Stéphane en Lulu zouden die vrijdagmiddag volgen. Daarbij moest Lesley die vrijdagochtend naar het ziekenhuis en ik zou haar brengen. Er was voor ons een hele (lange) lijst samengesteld met werkzaamheden die we de komende tijd mochten uitvoeren. En voornamelijk naar eigen inzicht en in eigen ritme. Die week was heerlijk, al hebben we hard gewerkt en ook omdat we Lesley na de operatie een beetje wilde ontzien. Al moet gezegd worden dat zij met 2 schroeven in en verband om haar vingers niet onderdeed voor ons. Zij liet zich hierdoor duidelijk niet uit het veld slaan. Vlak na de operatie had Renée gekookt en aten we op tijd voor Le Moigne begrippen. Om 8 uur stond alles op tafel en om 9 uur werden de paarden alweer gevoerd. Die week hebben we alle drie hard gewerkt om de boerderij, keuken en tuin spik en span te krijgen. De lijst was echter lang en de klussen waren groot. En dat komt voornamelijk omdat het terrein enorm is en je sommige gereedschappen moet zoeken. Maar die week, waren de staldeuren geschilderd, de kippenhokken opgeknapt, de kleine weide opgeruimd, een composthoop gemaakt, de groentetuin volledig klaargemaakt voor gebruik, een aantal bomen gekapt en gesnoeid, een begin gemaakt met de grote heg in de tuin, een grote deur gemaakt, stallen schoongemaakt, een speelruimte opgeruimd en schoongemaakt en een speelplaats geharkt en opgeruimd, heel veel groen opgeruimd en natuurlijk alle normale dagelijkse dingen gedaan. Het was een feest. ’s Avonds hebben we gezellig gegeten met z’n 3-en en na het eten met een muziekje op en biertje/wijntje de keuken opgeruimd. Op donderdag kwam het complete gezin weer thuis. Aanvankelijk wisten we niet echt goed of ze tevreden waren zowel over het werk als de uren die we werkten per dag. Na 2 dagen zijn we dat gesprek toch aangegaan en wat bleek ze waren erg tevreden zowel over onze efficiëntie als de uren. Het is een beetje de onzekerheid van ons maar ook, dat we vooraf meer duidelijkheid moeten creëren zodat wij en zij weten wat de verwachting is. Dat hebben we er dan toch weer van geleerd. Het is een leerproces, niet zozeer het werk maar vooral hoe deel je je dagen in, wat doe je en wat wordt er van je verwacht. Hierna voelden Renée en ik ons zichtbaar nog vrijer. Een volgend groot project was dat een grote schuur/ deel opgeruimd moest worden. Deze stond vol met allerlei verzamelde rotzooi, bouwspullen en afval. Nu moet gezegd worden dat we van Lesley hoorde dat dit in het verleden nog veel erger was en dat er al heel veel weg was. Dit project heeft 2,5 dag gekost, een immense hoeveelheid vastgekoekte hooi is verwijderd en heel veel spullen verplaatst zodat de grote schuur uiteindelijk een longeerbak kan worden. En het is na onze opruimactie een kwestie van egaliseren en het speciale zand bestellen. Ook weer een visuele klus die een hoop verschil maakte. De dagen hierna hebben we ons gericht op de tuin. Als eerste een heel groot grasveld vrijgemaakt van oud gras wat op stapels lag vastgekoekt. Heel veel gesnoeid en een extra doorgang gemaakt naar de groentetuin. Nog een paar bomen gekapt en opgeruimd om vervolgens onze 3 weken bij de Le Moigne familie af te sluiten met een monsterklus. De grote heg van ongeveer 40 meter moest gesnoeid worden. Deze was nu ongeveer 3,5 meter hoog en zou richting de 1,70 moeten worden teruggesnoeid. Het eerste stuk ging relatief makkelijk maar de overige 35 meter was zo wild gegroeid dat de boven 1m70 dikke takken de liguster vorm gaven. Elke tak moest stuk voor stuk geknipt, gekettingzaagd of geheggeknipt worden. Het resulteerde in een idioot grote stapel groenafval (Le Mont Vert, de groene berg) De overige dagen hebben we hard gewerkt aan deze idiote heg. Van alle klussen die we hebben gedaan was dit de klus waar we beide onder de krassen en schrammen zaten, spierpijn hadden en liters hebben gezweet. Maar het resultaat is er! De heg ziet er weer top uit. Toen we op zaterdag middag ons laatste rondje over de boerderij liepen konden we eerlijk zeggen dat we overal wel iets gedaan hebben, van kleine dingen zoals spinnenwebben verwijderen en 2 kranen aanleggen tot grote klussen als de grote schuur, de heg en de moestuin, we voelden ons wel een beetje trots. Nadat de Gité was opgeruimd is Renée voor de 2de keer met Teddy (Paard) op pad gegaan, dit keer samen met Lulu (zij op Barney) en hebben een geweldige rit gemaakt door het achterland van Barbery en Bretteville. We hebben denk ik een positieve invloed gehad op het dagelijks leven van deze keihard werkende en liefdevolle familie waar ook Lesley eigenlijk gewoon onderdeel van is. Bedankt, dat we bij jullie mochten verblijven. Geen seconde spijt en voor altijd in ons hart! ’s Avonds werd er ter ere van ons een fles heerlijke champagne opengetrokken en hebben we geproost op de afgelopen 3 weken. We zijn trouwens meerdere keren gevraagd of we langer wilde blijven óf wanneer we in de buurt zijn nog een keer terugkomen. Meer waardering als dat kun je volgens mij niet krijgen. We hebben ook een kort filmpje in elkaar gedraaid van deze 3 weken, https://vimeo.com/176140094. Zondagochtend 17 juli vertrokken we uit dit liefdevolle huis om het asfalt weer op te zoeken. Nu was het de planning om rond 8 uur te vertrekken maar als je geen haast hebt dan vertrek je pas als je klaar bent. Dus om een uurtje of 10 hebben we een laatste knuffel uitgedeeld en zijn we gaan rijden. Voor de oplettende lezer: wat gaan we nu veranderen om iets vrijer te reizen? Het backpackgevoel te creëren terwijl we onderweg zijn met de camper? We hebben besloten eigenlijk hetzelfde te doen wat we jaren hebben gedaan tijdens onze eerdere reizen. Reizen op basis van informatie op internet, locaties die er op de kaart aantrekkelijk uitzien te bezoeken om vervolgens hier stapsgewijs naar toe te gaan. Langs riviertjes en beekjes te rijden om een plek te vinden waar we de camper neer kunnen zetten én ons goed als kan over de regio waar we naartoe gaan in te lezen via de Lonely Planet. De solardouchezak te gebruiken, eindelijk in die hangmat hangen én voornamelijk wat langer op plekken te blijven i.p.v. het als een doorreisplek te beschouwen. En als we echt niets qua overnachtingsplek kunnen vinden de ACSI gids te gebruiken. Van hieruit zijn we naar het zuiden gereden en door een beekje te volgen kwamen we uiteindelijk bij een grote zwemvijver uit met aan de rand hiervan een groot veld voor campers. De camper geparkeerd en aan de gratis elektroinstallatie gekoppeld. De muziek aangezet en lekker gerelaxt. Een beetje bijkomen want 3 weken à 6 dagen per week van fysieke arbeid heeft zijn sporen achtergelaten, de ontelbare krassen op armen en benen maar ook veel spierpijn in armen en handen. Die avond hebben we ook onze buitendouche uitgeprobeerd met een touw, een solardouchezak en een douchegordijn uit Nederland was onze buiten doucheplaats compleet. Nog iets wat we dus niet meer nodig hebben van een camping. De dag erna zijn we redelijk vroeg van onze standplaats weggereden om een behoorlijke rit naar Cap Ferret af te leggen. De warmte die dag was voornamelijk voor Doeska een uitdaging. En nu hadden we haar haren al geschoren zodat ze er nu uitziet als een poedel maar er zijn veelvuldig koelelementen gewikkeld in een handdoek tegen haar aangelegd om de temperatuur zo laag mogelijk te houden. Op een bepaald moment kwamen we in een file terecht. Aan de rechterkant van de weg was een grote zwemvijver, dus de weg af en op naar een frisse duik. Na een paar uur was de file opgelost (want we hadden zicht op de weg), de zon minder intens en wij 3-en een beetje afgekoeld. Otto weer gestart en 3 uur in de camper lag nog voor ons. Eenmaal aangekomen bij Bordeaux hadden we besloten éénmaal de Mac niet alleen als wifi punt te gebruiken maar ook als avondeten. Dus nadat we Otto op de foto hadden gezet bij een van de mooie graffiti muren hebben we ons te goed gedaan aan een vette hap. Eigenlijk is het smachten naar MacDonalds eten lekkerder dan het eten daar. Want doe mij maar een camperhap of een Le Moigne maaltijd. Ook natuurlijk social media bijgewerkt en een beetje geappt met vrienden en familie. Vervolgens de laatste kilometers gereden naar Cap Ferret. Op het schiereiland zijn we volgens mij 3000 keer rechtdoor over een rotonde gereden om uiteindelijk op een camperplek uit te komen. Hier hebben we na het installeren van de camper een gezellig wijntje gedronken met een andere Nederlandse camperaar. Zij reist alleen met haar hondje om in 3 maanden naar Portugal te reizen. Onderweg gaat ze hier en daar een beetje werken. Een hele gezellige avond gehad en de avond erna heeft het een vervolg gehad. Die dag zijn we naar het enorm brede strand van Cap Ferret gegaan en daar met z’n drieën lekker van de warme dag genoten. Om rond een uurtje of 1 weer naar de camper te gaan om in de schaduw de rest van de dag lekker te luieren en in de hangmat te hangen. De volgende ochtend zijn we rond half 8 richting het zuidelijkste puntje van het schiereiland gereden. Hier konden we de eerste glimp van Dune du Pilat opvangen. Onze volgende bestemming konden we al zien, al moesten we eerst 80 kilometer omrijden om op dat zand te lopen. Na een rustig ritje, een boodschapje en een siësta zijn we de met recht grootste duin van Europa opgelopen. Nou ja gekropen zou ook een goede omschrijving zijn geweest. Via een steile zijkant liepen we de 144 meter hoge duin op. Doeska had duidelijk moeite met het mulle zand dus het grootste gedeelte hebben we haar getild en mee omhoog genomen. Ook wij stonden af en toe tot aan onze knieën in het zand. Eenmaal boven viel ons direct op dat wij het niet toeristische pad gekozen hadden, want op het hoogste punt stonden massa’s toeristen uit te kijken naar het vergezicht. Nadat de zon weer een beetje doorbrak zijn wij snel de heuvel afgelopen en onze volgende bestemming gezocht. Maar eerst moest er gedoucht worden. Renée regelde bij dit al bij de eerste camping (de kleine eekhoorn). Daar deden ze eerst een beetje moeilijk maar vervolgens mochten we weer gratis doorlopen en 15 minuten later waren we frisgewassen. De receptie bedankt en doorgereden naar een haven waar we dachten een mooi gratis plekje te hebben gevonden. Deze stond nergens in vermeldt maar in Frankrijk geldt een regel dat op elke parkeerplaats waar je als auto mag parkeren wij ook mogen parkeren en overnachten. Dus Otto neergezet naast 2 andere campers. Deze 2 grote witte gevaarten reden 2 uur hierna beide weg en werden vervangen door een kleine VW bus en een oude Mercedesbus. Lekker buiten gegeten, een filmpje gekeken en een beetje aan de blog gewerkt. Renée ging verder in haar boek. Om een uurtje of 12 zijn we beide gaan slapen. Alle drie lagen we om 1:37uur diep in slaap, op dat moment werd er hard geklopt op de camperdeur en cabinedeur, dit zonder dat er een woord werd gezegd. Met luidde stem zei ik dat we er aan kwamen, nog half slaapdronken met een ochtendjas aan deed ik de camperdeur open. Daar stond een jongen die vertelde dat wij hier niet mochten staan. Iets verder bij de neus van de cabine stond een wat meer gespierdere variant. Waarom was niet echt duidelijk, maar zo laat ’s nachts is niet echt het moment een discussie aan te gaan. Ook viel direct op dat de Mercedes bus al weg was. En in de VW bus was ook beweging. Dus met ochtendjas aan, de camper snel in gereedheid gebracht. Renée en ik waren toch wel onder de indruk van de nachtelijke tussenkomst van de rust. Nog slaapdronken reden we van het terrein af de duisternis in. Omdat we op een bepaald moment in een pikdonkere straat zonder huizen reden besloten we te keren. Echter met het gebrek van een achteruitrijcamera of überhaupt een beetje verlichting raakten we iets. Een harde knal ging door de camper. Nadat de camper weer recht op de weg stond toch maar even kijken. De schade viel mee, gelukkig! Één van de ventilatierooster was deels kapot maar voor niets ernstigs. De vraag was alleen of de ventilatoren erachter nog zouden functioneren. Na een uurtje te hebben rondgereden kwamen we op een parkeerterrein 3 geparkeerde campers tegen. Wij besloten die van ons er naast te zetten. Om snel het bed in te duiken. Na de gebroken nacht sliepen we alle drie als een os. De volgende ochtend de schade iets hersteld en gelukkig geconstateerd dat de ventilator nog gewoon functioneerde. Op naar een mooie plek, Bastide d’ Armagnac was die bestemming. Een groot veld met kabbelend beekje vlak buiten het mooie, filmset achtige plaatsje was onze locatie voor de komende 3 dagen. Die avond zijn we het plaatsje in gelopen en ons vergaapt aan dit in Lodewijk XIV gebouwde stijl gehuchtje. Op het marktplein hebben we ons voor de eerste keer te goed gedaan aan 4 crêpes en 2 plates du Chef en een behoorlijke hoeveelheid wijn. Meer dronken dan aangeschoten liepen we weer terug naar de camper. De volgende dag heerlijk gerelaxt, een boek gelezen en aan deze blog gewerkt. Aan het einde van de dag was de solardouchezak weer warm genoeg om te genieten van een warme douche. Ditmaal de zak bij het beekje opgehangen en om de beurt heerlijk gedoucht, in de buitenlucht met een straaltje zon wat door het bladerdak scheen. We staan nu in St. Clar, wederom op een hele mooie locatie en rijden óf morgen óf de dag erna weer verder. Dat gebeurt wanneer we weer zin hebben. En nee, je hoeft niet helemaal omhoog te scrollen voor de filmpjes: Bedankt voor het lezen en kijken! Fotoslide show: https://vimeo.com/176138672 WorkAway: https://vimeo.com/176140094 Rothneuf: https://vimeo.com/176141021 La Ferrière aux Etangs: https://vimeo.com/171976311 Like ons op Facebook en Instagram! - www.facebook.com/woodcocktravel - www.instagram.com/woodcocktravel And we’re off (eindelijk)!
Woensdag 1 juni 2016 is de start van ons nieuwe leven. Het nieuwe hoofdstuk begint terwijl “Otto” onze camper pruttelend tot leven komt om 8:45 in de ochtend. Na maanden van voorbereiding van zowel het daadwerkelijke vertrek als onze bruiloft is hét moment nu daar. 5,5 jaar geleden begon onze droom vorm te krijgen. We hadden ons huis te koop gezet, januari 2011 was het moment van die beslissing, we gaan weg en starten met ontspullen. Moet wel gezegd worden dat we de afgelopen jaren nog vaak een gezond gevoel van “maken we de juiste keuze” is geweest én “moeten we niet gewoon een nieuw huis kopen, zoals iedereen?” Dat gevoel maakte in de laatste 2 jaar plaats voor een vastberadenheid van ons beide. Toen vorig jaar ook nog eindelijk ons appartement verkocht werd was de weg helemaal vrij om te gaan. Vorig jaar werd de camper aangeschaft en na een intensieve test rit, de nodige preventieve reparaties, aanpassingen en check ups was “ Otto de berggeit” klaar om samen met ons de trip te starten. Op die woensdagochtend vertrokken we uit Rheden, het dorp waar we door de burendriehoek om ons heen heel erg hartelijk waren ontvangen, we voelden ons er thuis en ook toen we er vorig jaar na berekeningen achter kwamen dat we al in 2016 konden vertrekken voelden we ons zelfs een beetje opgelaten dat we in september al aangaven dat we het jaar er op alweer zouden vertrekken. Niet te min werden we opgenomen in de buurt en voelden we ons een jaar lang volwaardige inwoners van het mooiste dorp onder de schaduw van de Posbank. Die ochtend bestond het uitzwaai comité dan ook uit 2 buren. De sleutel was afgegeven en vanaf dat moment waren we geëmigreerd, zonder huis, dakloos maar absoluut niet zielloos. Vanaf hier reden we naar Oene, daar waar het vlees bij een zelf slachtende slager was bereid, één die geroemd wordt door de inwoners van nabije dorpen. Zij hadden het grootste gedeelte van het hoofdgerecht van zaterdag met zorg voor ons bereid. En ook daar waren ze op de hoogte van onze plannen en na het inladen van de achteraf de te grote hoeveelheid vlees en stoofpotten werden we nog verblijd met een een aantal stukken droge worst. Als vorm van relatiegeschenk. Bij de een krijg je een sleutelhanger en hier een stuk worst. Als ik dan kan kiezen kennen de meesten van jullie wel de keuze. Na het ophalen van ons eetbare goud reden we naar het zuiden waar we regelmatig door de regenbuien werden ingehaald. Wij zien dan letterlijk en figuurlijk de bui al hangen voor ons ruim van te voren geplande feest. Wij zijn namelijk met een groep van 7 + wij 2-en op 13 december 2015 begonnen met de eerste voorbereidingen. En na het maken van een plan-de-campagne mét de welbekende checklijsten begonnen de voorbereidingen aangaande het schilderen van bordjes, het versieren van alle potjes en het kopen van verschillende versieringen. Er is daarnaast nog door een groepje anderen allerhande zaken geregeld, van kabels voor de speakers, tot de geluidsinstallatie tot tenten, taarten en corsages. Iedereen nogmaals bedankt. Zonder al deze zaken was het feest niet compleet geweest. Maar juist die voorbereiding zagen we door het weer dus helemaal in het water vallen. En daar konden de 5 reeds geïnstalleerde weerapps niets bij helpen. Allemaal voorspelde ze regen en onweer op alle dagen. En als er één was die een beetje goed nieuws gaf was dat direct de leidraad voor het weekend. Renée noemde mij dan ook wel Piet fucking Paulusma. Zo gek werd ze ervan. En nu kun je alles plannen, maar het weer laat zich niet sturen. Dus uiteindelijk naarmate we dichter bij ons eerste buitenlandse adresje kwamen zakte het onbestemde gevoel aangaande het weer en begonnen we te denken in oplossingen. Eenmaal aangekomen na een ritje van een aantal uur was het ook in Taverneux nat. Zodra je buiten de cabine van de camper stapte en het gras aanraakte werden de schoenen doorweekt door het net gevallen water uit de lucht. De donkere wolken op die woensdagmiddag voorspelde weinig goeds. Na een kort telefoontje stond de eigenaresse al snel voor onze neus en kregen we de sleutel van het grote huis met hectare grond en alles wat er bij hoorde aangereikt. Snel de spullen uitladen en direct door naar de vooraf uitgezochte Spar in de buurt. Hier konden we waarschijnlijk het eventueel te veel gehaalde bier terug brengen. La Roche, een klein plaatsje richting Luik, op zo’n 30 minuten afstand was de place to be. Via kronkelweggetjes vanaf hoog in de Ardennen daalden we af naar het valei. Eenmaal aangekomen in de winkel viel ons oog al snel op het enige bier wat in de grote hoeveelheid aanwezig was. De boodschap op het biertje was ook “Everyday” dus dat moest wel goed bier zijn. :-) Eerst maar eens vragen of we het konden retourneren. Bij de kassa en de slagerij konden ze geen Nederland of Engels. Maar er was één man die Nederlands zou moeten kunnen. De man begroette ons nog vriendelijk maar zodra het in het Nederlands ging werd er slechts met ghrmm geantwoord. Daar kwamen we dus niet verder mee. Helaas. Dan maar eerst een proefbiertje, het smaakte goed. En terwijl ik daar achter de kassa stond te proeven kwam er een klant naar mij toe en bood aan te helpen met vertalen. Hij gaf aan dat zijn Nederlands niet goed was maar begreep genoeg van onze situatie om de helpende hand te bieden. Opgelost, uiteindelijk met 2 volle winkel wagens naar de camper gereden en deze beladen met alle spullen. Ondertussen had Doeska het gemunt gehad op een van de relatiegeschenken, oftewel het zakje met de droge worsten was leeg. Onschuldig zat mevrouw op de bestuurdersstoel van Otto. Het bier oftewel het belangrijkste was binnen. De volgende ochtend hebben we de rest van de monster boodschappen gedaan. Want ’s middags kwamen de eersten al aan, die het spits afbeten. Elco, Svetlana en Floor waren rond 10 uur uit Nederland vertrokken om rond een uurtje of half 2 in Taverneux aan te komen. Svetlana was jarig en we hadden ter ere van haar niet nader te noemen leeftijd ;-) een bord geschilderd en een fles champagne en taart gehaald mét kaarsjes! Na het uitblazen van de kleine kaarsjes en het ontkurken van een fles champagne was het Woodcock 2016 weekend echt ingeluid. En al snel nadat ze er waren was er beweging op het terrein, de eerste tentjes werden opgezet op het camping terrein en het huis werd bevolkt door wat meer mensen en te midden van deze gezellige drukte stiefelde Doeska gezellig met iedereen mee. Het zouden drukke en intensieve dagen worden voor het pluizenbolletje. Die avond kwamen Jozef en Maria ook al om de grote tent op te zetten, zodat deze al stond voordat de rest van de aankleding zou komen. De avond werd direct na het opzetten van de tent ingeluid met een lekker regenbuitje. Maar dat kon de pret niet drukken, de BBQ ging aan en het vlees lag er op te sudderen totdat het heerlijk gaar was. De kou begon te komen en het kampvuur wat we die middag geprobeerd hadden om aan te steken was door de regenbui inmiddels alweer gedoofd. Binnen ging de gezelligheid verder. Heerlijk die gezelligheid, rondom de lange eettafel, een potje kaarten, een paar biertjes en een handvol gezellige mensen en je hebt eigenlijk niets meer nodig dan dat. De volgende ochtend was iedereen alweer vroeg op, en in de keuken hoorde je al weer het gekakel en de geluiden van de voorbereidingen voor het ontbijt. Deze dag zou vol staan met aankleding installeren, de aanhanger uitpakken en La Chouffe. Die middag hebben we met alle aanwezigen de bordjes gehangen de potjes verspreid en de fakkels geplaatst. De saamhorigheid was fenomenaal, echt bijzonder. Het gros van de mensen pakte al het werk op en er werd niet geklaagd, eerder gelachen. En toen op de stoffen en kleden alles stond hadden zowel Renée als ik toch wel wat traantjes gelaten. Het is zo fijn om te zien dat de mensen die je lief hebt zo hard samen werken om er voor iedereen een geweldig mooi feest van te maken. Hierna stond de korte rondleiding mét proeverij op de agenda. De rondleiding bestond meer uit een film kijken en vervolgens van een afstandje naar 3 kookketels kijken. De proeverij daarentegen was goed geregeld en na 4 smaken bier kreeg iedereen een glaasje mee om thuis verder te gaan met het proeven van de heerlijke biertjes van La Chouffe. Weer geleid door het weer ging iedereen terug naar de auto. ’s Avond heeft de grootste groep pizza gehaald en een klein gedeelte heeft zelf wat verzorgt. Heerlijk de vrijheid die we ervaren hebben tijdens deze dagen met onze vrienden en familie. Na de pizza werd het kampvuur verder opgestookt en uiteindelijk zaten we rond 12 uur ’s nachts met 34 mensen rond het knisperende hout. De volgende ochtend (zaterdag) na wederom een nacht met 3 uur slaap was de bulk van de mensen al weer in de weer al voordat wij wakker waren. Die saamhorigheid werd mij en Renée af en toe (zoals jullie allemaal hebben kunnen zien :-)) een beetje te veel. We hebben dan ook regelmatig een snikje gelaten. Op een bepaald moment was iedereen ergens anders en stond ik alleen op het feestterrein, alles stond klaar om in gebruik genomen te worden. Toen had ik het even niet meer, het zag er geweldig uit, lekker hippie en het weer was zeker in tegenstelling tot de voorspellingen zeer goed. Het werk wat verzet was om alles te krijgen zoals het stond was veel en geweldig neergezet, de hoeveelheid eten dat in de keuken was voorbereid was geweldig. Rond een uurtje of 2 was iedereen aanwezig en het feestje was in volle gang. Renée en ik hebben ons op dat moment wat tijd gegund om ons in onze bruiloftsoutfit te hijsen. Beetje pommade in het haar, Renée wat make up op (wat ook op deze dag natuurlijk weer een eeuwigheid duurde) Maar dan was het moment, na het bevestigen van de corsage en haarstukje gemaakt door mijn moeder Werd de muziek gestart. Het was zover. De trap af de hoek om en nog net een verzwikte enkel vermeden van Renée kwamen we de hoek om. Daar stonden dan 51 mensen waarvan een groot deel zelf had gezorgd dat het feest eruit zag zoals het deed, we hadden gehoopt en het was uitgekomen. De een in een maffe hippie outfit, de ander lekker bohemien en de ander lekker als zichzelf. Precies zo als iedereen zelf wilde, perfect. Weg met de regels en dresscodes. Kom maar op vrijheid. Deze dag luidde ook dat voor ons in. Weer een moment van een brok in onze keel. Vanaf dit moment lag de planning in de handen van Leon en Svet. Die de ceremonie en daar buiten alles perfect geregeld hebben. Na ons welkomstwoord kregen we de eerste felicitaties al van jullie, zo fijn. We voelde ons gewaardeerd door jullie allemaal. En dat telde dubbel, vanwege ons nieuwe hoofdstuk wat snel komen zou maar ook ons trouwen. Om 16 uur begon de ceremonie, wat natuurlijk werd gestart met een checklist om alles lekker op schema te houden….. zo grappig, zeker omdat de vrienden de laatste periode waarschijnlijk gek van ons werden vanwege alle lijstjes, checklisten etc etc… Renée nam jullie vervolgens mee door de afgelopen 13 jaar, vanaf het moment dat wij elkaar leerden kennen tot nu. 13 jaar vol liefde, soms verdriet en heel veel plezier, zowel in Nederland als tijdens onze reizen waar wij ook lieve vrienden hebben leren kennen. Daarna was het officiële woord aan Svet die ons uitnodigde de ringen uit te wisselen. Terwijl ons zwarte hondje lekker lag te slapen te midden van de drukte op een van de hippiekleden werd ze gewekt om als ringendraagster naar ons toe te komen. Met een beetje spuug van mij ging de ring van Renée uiteindelijk makkelijk om de vinger. Hierna konden we beginnen aan het geweldig voorbereidde eten, de soep werd opgevolgd door de stoofpotten en bbq waar de vuren gezamenlijk werden aangestoken. De beide vader droegen tijdens het eten nog een woordje voor, waar de een terug ging naar het moment van Renée’s hand vragen en zijn goedkeuring tot de toevoeging van een nieuw lid in de familie richte de ander zich meer op de reis die wij gaan maken als reizigers. En na het steen uit ons geboorte dorp uitreik moment kregen van onze beide moeders moesten we gaan beslissen waar we deze 2 stenen neergaan leggen. Dat moment heeft trouwens nog niet plaats gevonden. Hierna de taarten van Sam, Svet en Floor. Met natuurlijk een-taart-in-je-gezicht-duw-momentje. Ik was Renée gelukkig sneller af maar had anders ook die taart in mijn gezicht gehad. Het feest verplaatste zich daarna richting het kampvuur wat al mooi hoog was opgestookt. Murray speelde hier nog Clocks, wat hij speciaal voor ons had ingestudeerd, ons nummer, het nummer wat op de achtergrond speelde in Raja Ampat toen ik Renée ten huwelijk vroeg, en ja zei. Het bier vloeide rijkelijk en de sfeer was en bleef heerlijk ontspannen. Rond 5:45 uur was het ook voor ons tijd om de huwelijksnacht in te gaan. En nu verwachten jullie natuurlijk allerlei details, maar om alle illusies voor te zijn. Renée en ik waren moe, voldaan en een beetje tipsy. En vielen als een blok in slaap. De ochtend kwam alweer snel. En nog voordat we kleren aan hadden hoorden we de eerste geluiden van mensen in beweging. het terrein werd met gezamenlijke inspanning opgeruimd. Wederom, een traantje wegpinken. Ik weet niet of naast Renée en ik jullie het ook zo hebben ervaren maar de daadkracht van deze groep mensen was heerlijk, geen vragen maar doen. Na enige uren was alles opgeruimd en zaten we nog met het overgebleven eten en drinken. De camper was door Renée al vol gepropt met voorraad en hierna werd het onder de vrienden en familie verdeeld. We begonnen van de eerste afscheid te nemen. We hebben wat afgejankt. Uit verdriet, het afscheid maar ook toekomstige gemis van die kleine of grote momenten waar we waarschijnlijk niet bij aanwezig zijn. Dat allemaal spookte door ons hoofd. En niet alleen bij ons. We moeten eerlijk zeggen dat we jullie missen, ookal appen we vaak en proberen we social media regelmatig bij te houden. Het is juist effe dat oog contact, de knuffel, dat biertje wat gezamenlijk gedronken wordt. Het wederzijds respect en liefde wat wij hebben voor jullie en ervaren. Om 18:15 waren wij degene die werden uitgezwaaid. Mijn moeder en Toon stonden ons met een lach maar vooral een traan uit te zwaaien, daar aan dat boerenweggetje. Wij op weg naar de horizon en verder, zij naar een B&B in Houffalize. Nogmaals aan iedereen die ons geholpen heeft, zonder jullie was het feestje niet compleet geweest. Bedankt! Voor iedereen die er was, we hebben genoten dat jullie er allen waren. We hebben enorm genoten van woensdag tot zondag. Bedankt voor het lezen. Op 1 juli zal de eerste reisblogs verschijnen. De Blogs schrijf ik vanuit mijn oogpunt maar het is een reis die Renée en ik samen maken.
Het onderstaande is de reflectie op de afgelopen jaren, de weg die heeft geleid tot dat wat we nu doen. Inleiding en aanleiding In oktober 2011 schreef ik het volgende: De zon knalt door het bladerdak op mijn gezicht. Ik kijk naar rechts en daar ligt mijn zielsverwant. Renée en ik gaan reizen zoals we nog nooit gedaan hebben. Jaren geleden tijdens een van onze jaarlijkse tripjes naar Azië hebben we besloten juist door Europa te reizen. Vanaf dat moment stond alles in het teken van de voorbereiding. We gaan beginnen aan de reis waar we al jaren op hebben gewacht. De reis zoals we hem altijd al voorzien hadden gaat eindelijk beginnen. We liggen in het hoge gras terwijl ons zwarte hondje door het gras banjert en geniet van het heerlijke weer in Nederland. En juist nu, nu de perfecte zomer is begonnen stappen wij in onze oude mercedes bus, gekocht voor 3000 zuur verdiende en gespaarde euro’s. Een flinke hap uit het budget, de fantastische bus is niet alleen ons vervoermiddel maar ook ons huis, onderdak en schuilplek. Deze tekst moet toch al die jaren door mijn hoofd zijn geschoten. Bij alle beslissingen die we samen hebben genomen. Deze reis maken we en hebben we samen beslist. Renée en ik zijn zielsverwant, we zijn in balans, waar ik mij mond open heb is Renée op momenten de rust zelve. Waar ik te overdreven reageer is de inmiddels blonde dame vanwege een haarkleurtje mij altijd de baas. We zijn tegen elkaar opgewassen. Aan elkaar gewaagd. En bezitten eenieder kwaliteiten die de ander minder of niet heeft. Maar vullen deze voor de ander weer aan. Daardoor zijn we in balans. Durven we samen elke uitdaging aan. We hebben vaak een gezamenlijke focus. Waarin de één bepaalde zaken misschien meer uitspreekt dan de ander maar de richting is gelijk. In de jaren die volgden hebben we veel meegemaakt, van nieuwe reizen door Azië en Nicaragua tot Renée ten huwelijk vragen op één van de mooiste plekken op Aarde, Raja Ampat. Daarnaast hebben de arbeidsmoeilijkheden van Renée ook voor de nodige stress gezorgd. En dan niet eens vanwege minder inkomsten maar juist vanwege persoonlijke rust, geluk en ook onze ultieme droom. In de afgelopen jaren hebben veel nieuwe vrienden gemaakt maar ook vrienden verloren naast het overlijden van één van de vriendinnen van Renée ook door verandering van ons leven en inzichten. Keuzes en nieuwe richtingen hebben ons leven veranderd. Een heftige brand in ons appartementen complex waardoor we in één klap 3 hele goede vrienden hebben gekregen is toch wel heel bijzonder. Daarnaast ben ik de afgelopen jaren ingaan zien dat ik moest veranderen. Het leven is te kort om kortzichtig en afstandelijk te zijn. Het masker moest af. En ook dat heeft tijd nodig, Bepaalde zaken ben ik vanaf 2011 niet meer uit de weg gegaan. En relaties verbetert waar dat kon. Dit omdat als en wanneer wij weg zouden gaan dit een stuk minder eenvoudig zou worden. Want het besef dat de relaties met onze vrienden en familie toch zal veranderen doordat wij weggaan beseffen we wel degelijk. Nu wil ik natuurlijk niet zeggen dat doordat we weggaan alles met voorbedachte rade is geweest qua contact met iedereen maar juist doordat we weg wilden ga je beter nadenken hoe je in het leven staat en wat je eventueel achterlaat. De vraag was dan ook voor mijzelf “ben ik daar trots op?” Het antwoordt was mwha, een beetje maar er kan veel verbeteren. Vanaf die tijd heb ik getracht meer open te staan voor anderen, wie dan ook. Ik kan mij nog herinneren dat ik bij een ANWB man in een auto zat en mijn verhaal deed, koetjes en kalfjes, beetje werk en beetje privé. Het ging een beetje over beide. De beste man die mij net op had gepikt met een kapotte VW Golf kwam tot de conclusie dat ik over mij heen liet lopen. Ik..ik was sprakeloos… dat was mij nog nooit gezegd. Ik weet nog dat ik daar eigenlijk meer van onder de indruk was dan de kapotte versnellingsbak van mijn net nieuwe 2de hands Golf. Ik was mij dus daadwerkelijk anders gaan gedragen, tenminste als ik er vanuit ga dat deze ANWB man alle wijsheid in pacht had. Ik had het tenminste nog nooit gehoord over mijzelf. Wel dat ik arrogant ben of tenminste overkom, luidruchtig, mijzelf op de voorgrond manifesteer. En dat terwijl ik mijzelf nog steeds ergens zie als dat zwaar en structureel gepeste jongetje uit groep 7 dat midden in een cirkel staat terwijl een hele school om hem heen staat te schreeuwen. Dat jongetje dat van de carport afsprong om maar niet naar school te moeten. Mijn sterke bewijsdrang op sommige momenten komt daarvandaan, denk ik. Dat en het opgroeien met 2 mondige broers. De een waar ik heel goed contact mee heb en zie als een vriend i.p.v. een broer en de ander waar het contact helaas van verwatert is maar gelukkig vlak voor we wegreden toch iets is verbetert. Veranderen oftewel minder hard worden lijkt toch makkelijker dan het daadwerkelijk is. Want mijn omgeving heeft toch vaak nog steeds diezelfde eerste indruk van mij. En daar komt nog bij dat vrienden maken voor mij in de afgelopen jaren en zeker voor 2011 erg lastig is geweest. En nu heb ik dat vaak afgeschoven op het feit dat ik richting Arnhem ben verhuist, maar ook dat is slechts een heel klein onderdeel van de waarheid. Ik heb mij altijd in veel verschillende vriendengroepen begeven. Maar ik zou nooit kunnen zeggen dat ik hiervan de kar trok. Ik was altijd onderdeel van. Ze zeggen met een grote mond kom je ver maar je komt er uiteindelijk maar zo ver mee. Het is beperkt houdbaar. Zowel privé als op je werk. Blufpoker is iets wat ik dan ook vaak heb gespeeld. Om maar op te vallen, om mee te doen, om ergens bij te horen. En juist daar was ik dus klaar mee. Dat masker moest af. Weg met niet meegaan naar feestjes omdat ik geen zin had, het feit is wel dat ik, gelieerd of niet, vaak hoofdpijn en migraine had. Maar of dit nu iets was dat mijn lichaam zo erg protesteerde of dat ik overwerkt was omdat ik te veel hooi op mijn vork nam. Dat blijft een raadsel voor mij. Ook het feit dat ik op 27 jarige leeftijd al een hoge bloeddruk had en bètablokkers slikte was achteraf een signaal van mijn lichaam, stop met het pushen van jezelf. Kies voor Renée en Doeska en alles wat daarbij hoort, kies voor rust. En eigenlijk vanaf het moment dat ik meeging naar de feestjes en uitjes ben ik mij gaan vermaken, ik had er meestal plezier in en de hoofdpijn werd minder, rigoureus een andere baan zoeken en mijn bloeddruk nam af. Dat waren dus van die vele veranderingen die mijn leven prettiger maakte. En niet alleen voor mijzelf maar ook voor Renée. Ik was afstandelijk, probeerde altijd een barrière te creëren waardoor op Renée en Doeska na niemand té dicht bijkwam. Deze twee dames werden en worden op handen gedragen door mij. Alles wat ik doe of trachtte te doen was voor hun. Als ik ’s ochtend weer naar mijn werk ging kreeg Does altijd een kus op haar hoofd met de boodschap dat ik brokjes ging verdienen. En hierna kreeg ik van Renée een half slaperige beetje muf stinkend slaapkusje met een gebrabbel dat klonk als “ik hou van jou”. Ik antwoord altijd terug “ik hou ook van jou, lievie”. En die liefde, ook al is het gebrabbel van een slaperige vriendin of een natte snuit van je hondje, daar doe je het voor. Niet het gevoel van status binnen een baan, een grote groep vrienden of je anders voordoen dan je daadwerkelijk bent. Dat achteraf geforceerde gedrag van mij heeft er toe geleid dat ik wel gelukkig was op die momenten maar écht gelukkig werd ik pas nadat Renée en ik de keuze hadden gemaakt een eigen pad te kiezen. De mensen die je op dat pad tegenkomt maken je pas echt gelukkig, de dingen die je dan doet tellen dan pas echt. Het plan was dus simpel, huis verkopen, genoeg geld sparen om lang weg te kunnen en alles moest verkocht worden. Daarnaast probeerde we met zoveel mogelijk familie en vrienden het contact zodanig te verbeteren dat wij hen in het hart sluiten alsook zij ons. En dan bedoel ik dat oprecht. Niet omdat we weg gaan en het moet maar. Maar juist omdat het nu kan en straks lastiger wordt om relaties te hebben zoals je dat kunt als je in de buurt woont. Het bracht mij plezier maar veel belangrijker ik zag dat Renée gelukkiger werd doordat ik van de partij was. En ik ging zelfs als zij moest werken. Misschien is dit ook wel een vorm van volwassen worden waar ik mij altijd tegen heb verzet. Lekker dwars, als je dat maar lang genoeg doet wordt je dwars en ziet de buitenwereld je ook als zodanig. “ Ik word nooit volwassen”, een van de uitspraken die ik vaak doe en heb gedaan. Nu ben ik inmiddels van mening dat het niet volwassen worden 3 ledig kan zijn, geen verantwoordelijkheid willen of kunnen nemen, opstandig zijn tegenover alles wat maar kan en je kindzijn niet willen verliezen. Ik denk als je het belangrijkste “je kindzijn niet verliezen” je het grootste goed behoud, met een blik de wereld in kijken waarin alles mogelijk is, geen limiteringen en geen belemmeringen deze aangevuld met een gezond verstand (in mijn geval is dat Renée) en de verantwoordelijkheid willen en kunnen dragen voor je naasten (in eerste instantie Renée en Doeska) je een koning te rijk bent. Nieuwe goede vrienden kwamen daarna als bij een donderslag, in ons geval was vuur en rook een verbindende factor wat als een katalysator werkte. De familiebanden met één van mijn broers, mijn moeder en vader werden nog sterker dan daarvoor. Door eerdere gebeurtenissen was de relatie met mijn andere broer minder. Maar zoals eerder gezegd is dat inmiddels al iets beter en meer als hoe het nu is zat er niet in in de tijd die wij hadden vlak voor ons vertrek. Mijn vrienden ben ik nóg meer gaan waarderen. Nog steeds een klein clubje die ik als directe vriend beschouw. De vrienden van Renée ben ik mijn hart gaan sluiten en beschouw ik ook als mijn vrienden. Deze groep mensen waren allemaal aanwezig in België, ons trouw- en afscheidsfeest. En ik kan wel zeggen dat ik van jullie allemaal hou en jullie respecteer. Waar de een keihard werkt aan zijn opleiding, de ander na vallen en opstaan weer staat en weer verder gaat, en weer anderen die altijd klaar staan zonder er iets voor terug te verwachten en weer een ander die door blijft zetten om van haar passie haar vak te maken hebben ze allemaal één ding gemeen. Het zijn allemaal doorzetters, ongeacht de richting die hij of zij gekozen heeft. De focus op dat zelf gezette puntje op de horizon blijft voor deze mensen allemaal het doel. En zo ook voor ons. Nu weet ik dat degene die het hele stuk hebben gelezen, misschien wel denkt zow…. die Joris was depressief…. Ik denk dat dat niet zo is want ik wil eigenlijk met dit stukje tekst een aantal jaren samenvatten waardoor je uiteindelijk tot de conclusie komt wat je zelf nu echt wilt. Mijn geluk is dat Renée hetzelfde puntje op de horizon heeft gezet en samen met mij en Doeska hetzelfde nastreven. Niet zozeer naar dat puntje toe rijden maar de weg daar naartoe beleven. Met de wetenschap dat we geweldige lieve vrienden en familie in Nederland hebben. Bedankt voor alle liefde, knuffels en gezelligheid
|
Joris en RenéeReizen zit in ons bloed. Lees met ons mee. Wij schrijven over onze reizen, ons vrijwilligerswerk en onze ervaringen. Archieven
April 2018
Categorieën |