16 juni - 23 juli
Waarom heeft het zolang geduurd dat ik weer een blog heb geschreven. Tenminste dat vond ik, maar ook Renée. Ik zag tegen het stuk van Auschwitz - Birkenau op. Ik vond het lastig het correct te verwoorden. Het is met respect geschreven. Het heeft diepe indruk op ons gemaakt. De onderstaande blog leidt je door Nederland, Duitsland, Polen en Slowakije. En stopt bij de grens van Hongarije. De weken zijn snel gegaan. De tijd loopt door en we genieten met volle teugen. We zien mooie, indrukwekkende, hartverscheurende en verrassende dingen. We reizen en zijn weer echt onderweg na een korte stop in Nederland. Hollandia En dan rijden we Nederland binnen. Het is een gekke gewaarwording. Toen we vorig jaar juni (2016) wegreden uit het kikkerlandje hadden we het idee dat het heel lang zou duren voordat we weer een overvloed aan Nederlandse kentekens zouden zien. Het vertrouwde bord van de grensShell bij Zevenaar doemt al snel op. Renée moet zoals vaak naar het toilet dus we stopten. En zoals het roadhippies betaamd komt ze ongedane zaken terug. “ik moet betalen en dat doe ik niet, Ik ga later wel”. We rijden kort daarna Huissen binnen. Onze woonplaats van 9 jaar. En nu nog steeds het thuis van een aantal van onze beste vrienden. De parkeerplaats voor de Albert Heijn is langgeleden gebombardeerd tot camperplaats door de gemeente Lingewaard. Het is een beetje een troosteloze plek zonder voorzieningen. Kijk en dat hebben ze in het buitenland beter geregeld. We parkeren tussen de massa’s auto’s van winkelende Huissenaren. Ik loop naar de AH en pik de gratis wifi op. De vrienden weten als enige dat we op dat moment in Nederland zouden arriveren. En nu is het officieel, met een berichtje “we zijn gearriveerd, wie zin en tijd heeft, we staan op de parkeerplaats bij de AH in Huissen” En terwijl ik op zoek ga naar nieuwe slippers in de wereldstad, belt Renée mij, zo denk ik. Het is Elco. Die is direct na zijn werk langs is gekomen. Heel apart om hem in één keer zo dichtbij te hebben! Ik loop snel terug met mijn nieuwe slippers in de hand en geef hem een knuffel. Kort daarna vertrekt hij en zou later die avond terug komen. Uiteindelijk druppelen de andere vrienden ook binnen, nou ja buiten. Hoogzwangere Chantal, Jorn, Svetlana, Leon, Joost en ja hoor ook Elco komt na zijn projectje wat hij te doen had ook weer langs. Uiteindelijk stonden we daar met z'n allen Carapils te drinken, hét biertje van het jaar ervoor wat we bij Woodcock in België hadden én wat wij speciaal uit België, toen we daar even waren, hebben opgepikt. Het is een beetje onwerkelijk, terwijl we daar buiten staan met een greep van onze vrienden op een parkeerterrein in notabene Huissen. Achter de camper, die altijd de aandacht trekt, bier te drinken. De avond gaat snel en de volgende dag hebben we bij het scouting gebouw afgesproken wat Elco voor ons zonder kosten geregeld heeft. Een leuke plek waar we met een groepje mensen de komende zondag een leuke middag zouden organiseren. Elco en Leon pikten ons op bij de AH en binnen no time sta ik met een Carapils t-shirt in mijn handen. Dat hadden de mannen georganiseerd! Super! Het gebouwtje klaar gemaakt en al snel arriveerde Floor, dikke knuffel later en ook haar hadden we weer in ons midden. Die middag waren we uitgenodigd bij Geert en Inge. Onze oude buren, het huis waar altijd de deur open staat, Geert is ook onze on the road technische vraagbaak als het gaat om problemen met de camper. Het tempo qua bier zat er goed in. Murray kwam hier naartoe, wederom een knuffel. Ook Svet kwam na haar werk bij de buurtjes. Het voelde goed om iedereen weer te zien. Onwerkelijk maar heel fijn. De mensen van gisteren en vandaag zijn allemaal mensen die ons op de voet volgen. Soms appen we ze dagelijks zodat er op dat vlak weinig is veranderd maar ze zien en knuffelen voelt toch anders. Het voelt goed om weer in Nederland te zijn. Al is het een beetje onwerkelijk. We nemen tijdelijk afscheid van Geert, Inge, Leon, Svet en Elco en drinken samen met Murray en Floor nog wat in de camper. Murray gaat later op de avond terug naar Nijmegen. Floor zet ons ’s avonds af bij Joukje en Joost. Joukje is buiten dat ze hoogzwanger is ook jarig en door alle drukte van de dag komen we hier vrij laat aan. Voor haar onverwachts. Ze zitten met z’n allen om een buitenhaard, te genieten van de zwoele avond. De gasten van de dag waren al gevlogen, hierdoor zitten we met Jorn, Chantal, Joukje en Joost in hun tuin. We genieten, gewoon van het samen zijn. De buitenhaard knispert, de zelfgebrouwen biertjes smaken heerlijk. De volgende dag vroeg rijden we naar het scouting gebouw. Parkeren Otto voor het gebouw. Langzaam komt iedereen aanwaaien. We hadden het niet zo groots aangepakt als in België. Maar de elementen waren er. Een BBQ, skottelbraai, muziek en gezellig samen zijn met iedereen. Sommigen hadden we een vol jaar niet gezien en het was fijn deze mensen weer dichtbij je te hebben. Het was een fijne, goede middag, zonder lange speeches, zonder tranen maar met heel veel glimlachende mensen en lekker eten. De dagen erna waren voor ons praktisch ingedeeld. We moesten veel doen en veel geld uitgeven… Doeska had haar check up bij de dierenarts inclusief een nieuwe pillenvoorraad en is nog steeds kerngezond zoals de dierenarts had gezegd. Op de planning stond ook de papieren belastingaangifte. Dat deden we terwijl we bij mijn moeder en Toon waren. Want ook als geëmigreerden wil de staat nog steeds weten of je in het buitenland geld verdient. Dat doen we niet en dus viel het na veel uitzoekwerk mee wat we uiteindelijk moesten invullen. Vervolgens hebben we de camper ontdaan van veel loos gewicht. Heerlijk gegeten in Rekken en een rondje met de oude auto van Toon en moeders later om woensdagmiddag richting Rheden te rijden. Steven, onze oude buurman uit Rheden zou wederom voor ons rijdende huis zorgen en het noodzakelijke onderhoud uitvoeren. Enkele pilsjes, knuffels en verhalen uitwisselend later reden we met Leon, die ons oppikte, naar Huissen. Die avond hadden we een gezellige avond met een bbq, een bierproeverijtje en heel veel gezelligheid met Leon, Svet, Elco, Floor en Mieke. Het festival waarvoor we aanvankelijk naar Nederland zijn gereden zou morgen beginnen. Na een brakke nacht en een vroege ochtend reden we op tijd weg. Het festival terrein was eerder open. Hierdoor stonden we met de auto als 10de in rij om het festival terrein op te rijden. En nu kan ik wel gaan vertellen wat en hoe dat festival is geweest. Wat we gedaan hebben en hebben meegemaakt. Alleen ik heb ooit de afspraak gemaakt met de mannen dat: “What happens at Down the Rabbit Hole, stays at Down the Rabbit Hole” En zo ook dit weekend….. Maar voor de echte nieuwsgierigen is er bij wijze van uitzondering een filmpje gemaakt van die 4 knotsgekke dagen. zie de videoblog www.woodcock.nl/video/holymoly Weekend overleefd. Het bier vloeide rijkelijk en was meesterlijk om er weer te zijn. Zeker met deze fantastische groep mensen. Naast enorm veel indrukken, knuffels en leuke bandjes zijn we ook twee echt Woodcock t-shirts rijker. Dit hadden de vrienden geregeld! Te gek! We werden maandag door Elco afgezet in Rheden. Pikten de camper op, Steven had er weel veel aan gedaan. We konden weer effe vooruit. Nieuwe Apk en het noodzakelijke onderhoud. Rekening betaald, knuffel aan Elco, die gekscherend zei “tot volgende week”. We glimlachenden. Snel kiezen we de weg naar Rekken. Ons lieve hondje was bij moeders en Toon geweest. Met de slaap in de ogen was dit ritje toch langer dan normaal. Doeska lag te slapen in haar mandje. En ondanks dat het maar een aantal dagen was geweest voelde het toch dat we haar lang niet hadden gezien. Versuft werd ze wakker een lik over de neus en ze herkende ons weer. Bij mijn moeder en Toon hebben we nog een nachtje geslapen om de volgende dag weer te vertrekken, richting de horizon. Ze hadden weer voortreffelijk voor ons kleine hondje gezorgd. We reden het regenachtige Duitsland in, parkeerden de camper en maakten ons plan. We zouden naar het noorden gaan. Het wad van Duitsland was nog onbekend gebied voor ons. De dag erna reden we richting Meppen om daar nog even de grens over te gaan, het regende nog steeds. Emmen werd gebruikt om de pindakaas en de andere Nederlandse producten in te slaan. Een laatste patatje oorlog en frikandel speciaal en we liepen een beetje met een weemoedig gevoel naar de camper. Het weer sloeg ook over op ons, zo leek het. We sliepen die nacht slecht. De volgende ochtend begon het toch te knagen. We hebben sommige mensen te weinig gezien. We maakten het plan op dat we een flitsbezoek zouden maken door Nederland. Om daarna écht te vertrekken. We appten een hoop mensen én iedereen kon. Het paste precies. Die dagen erna hebben we genoten. Op elk adres werden we verwend. Van eten, tot aandacht tot gezellig samen zijn. De dagen waren intiemer, we hebben meer gepraat met iedereen en zo hebben we onze vrienden en familie toch echt gezien. Uiteindelijk reden voldaan op dinsdagochtend vanuit Hedel weg uit Nederland. Dit was goed geweest. En voelde alsof we iets hadden waar we een tijdje op konden teren. Om een soort statement te maken naar onszelf reden we 3 uur dwars door Duitsland. Hierdoor kwamen midden in Duitsland terecht. Zierenberg is een fantastisch gebied waar we de dagen erna gewandeld en gerelaxt hebben. Groene heuvels afgewisseld met grote bossen, de hike was lekker. En zorgde dat we weer echt op pad waren. Ons plan was om hierna naar Berlijn te gaan. Via een tussenstop op ongeveer een uurtje rijden van Berlijn waar we een rustige nacht hadden, reden we het laatste stukje naar een betaalde camperplaats. Parkeerden en pakten de trein naar de miljoenen stad die naast een culture hub te zijn ook een hoofdrol gespeeld had tijdens de Tweede Wereldoorlog. We kochten een dagkaartje voor €7,60. De S line bracht ons tot aan Brandenburger Tor. Binnen notime stonden we midden in deze bijzondere stad. Berlijn - 9 juli Een dagje Berlijn staat op het lijstje van vele weekendtrippers. En omdat ik hier voor het laatst ben geweest toen ik 8 was en dus de muur nog heb gezien, was ik benieuwd nog iets te herkennen. Ik weet nog dat we op een platform naar Branderburger Tor keken. De muur die het uitzicht barricadeerde kijkend naar die enorme poort. Renée was hier nog niet geweest en zo was het voor ons ook een welverdiende dagbesteding. We komen met de trein aan op het grote station, pakken hiervandaan de S lijn (dit had ik als naambedenkende Duitser toch anders genoemd) en komen zo direct bij die Poort aan. Ditmaal aan de oostkant. Het is een beetje grauwig met hier en daar een stukje blauwe lucht. Het plein staat vol met toeristen. Allen een zo’n goed mogelijke foto nemende. Ook wij doen mee. Bewonderen het idioot grote bouwsel en lopen door. De Reichstag was een complex wat we graag wilden zien. Het liefst ook van binnen. De rijen waren enorm en dus ging dat niet op. We besloten het van een afstandje rustig te bekijken, het pand is bekend vanwege de gigantische glazen koepel. De direct in het hoogspringende grote zuilen voor de ingang zijn overdadig, pompeus en stralen kracht uit. Exact wat de Nazi’s wilden uitstralen. Het pand is echter veel ouder. Maar heeft in de historie wel een belangrijk onderdeel gespeeld in de machtsovername van de man met dat enge snorretje. Het inmiddels met hekken afgezette pand, wordt hier en daar geflankeerd met een militair of agent. We steken de weg over. En staan nog even stil op die plek waar dat platform stond waar ik als klein mannetje heb gestaan. We lopen via een punt van het park waar alles mag, Tiergarten, naar Potsdammer platz. Ergens in de vele hoekjes van dat groene park horen we een saxofonist spelen en alsof het getimed werd klaart het weer langzaam op. Potsdammer Platz De overblijfselen van de muur staan hier. Exact op de lijn waar de oude muur de stad in tweeën had gesplitst. De grootste delen zijn beplakt met stukken kauwgom waardoor je maar weinig van het beton ziet. Dit land is toch in de vorige eeuw door het slijk getrokken. Door die scheiding en snor dragende man en vervolgens de koude oorlog. Maar goed. Inmiddels is het anders, is Duitsland een tot op zekere hoogte tolerant land geworden en hebben ze het verleden goed in kaart gebracht en middels alle musea, herdenkingsplaatsen en monumenten staan ze stil bij wat er destijds is geweest. Juist om het nooit meer te laten gebeuren. We lopen richting Checkpoint Charlie, de toeristen attractie pur sang. We komen hierdoor langs de Wall of Terror. De muur die hier staat maar vooral wat daar onder is gemaakt is huiveringwekkend. De geschiedenis van hoe de Nazi's aan de macht zijn gekomen wordt daar verteld. Het is meter voor meter heftig. Het is bizar hoe gedetailleerd alles er nog is. Het is er druk en we schuifelen er langs. Informatie opnemend, onder de indruk, huiverig om te lezen wat op het volgende bord staat. Iets verderop is dan dat witte gebouwtje. Het is er druk met toeristen. Voor op straat wordt het spelletje balletje balletje gespeeld. En zoals je betaamd doen we natuurlijk daaraan mee. En rijk dat we ermee zijn geworden….. natuurlijk niet….. Het blijft echter wel bizar hoeveel mensen er bij blijven kijken en zichtbaar op het punt staan mee te doen. Georganiseerde misdaad in het klein, meer niet. We maken wat foto’s kijken rond en lopen door naar het opera gebouw. Af en toe pakken we de S lijn om het voor Doeska wat behapbaarder te maken. En ook voor ons is het prettig. De schoenen slijten anders zo hard. Iets verderop kopen we een biertje en een pizzatje en genieten in een van de kleine parkjes van onze versnaperingen. We lopen richting een volgend park om daar heerlijk te genieten van het uitzicht, de bootjes die over de Spree varen en de grote kathedraal die aan de andere kant ligt. Een straatmuzikant zorgt voor de rest van de ambiance. Het is genieten. Het laatste biertje gaat erin als zoete koek en al snel val ik een half uurtje in slaap in het gras. Renée houdt een oogje in het zeil terwijl Does en ik een tukje doen. Uiteindelijk lopen we naar de kathedraal en zijn helaas net te laat om deze van binnen te bekijken. Ook hier voor zit het gras vol met mensen. Gewoon genietend. De dag zit er bijna op, al besluiten via een niet echt lekkere buurt richting het Mauerpark te gaan. Dit is een buurtje wat je normaliter een beetje vermijdt. Maar goed, uiteindelijk komen we aan in dat park en het zit vol met mensen. Het gedeelte van de muur wat hier staat is vooral bekend vanwege de eeuwig veranderende graffiti. Terwijl wij hier deze totaal andere kant van Berlijn in ons opnemen, bewonderen we ook de muur die hier beschilderd is met de mooiste kleuren en designs. De zon staat laag en reflecteert op de verse verf. Het glinstert bijna. Magisch. Iets later zijn we weer terug op de camperplaats. De dag erna rijden we voordat we richting Polen rijden naar Sachsenhausen. Dit is het prototype kamp geweest voor de uiteindelijke vele andere kampen die er gebouwd zijn. Voor ons een eerste maal dat we in een oud concentratiekamp zijn. De grote van dit kamp zou meemoeten vallen maar voor alsnog is het voor ons gigantisch. In de oude barakken zijn tentoonstellingen van de mensen die hier hebben gezetten. Het is huiveringwekkend om te zien hoe het kamp is opgebouwd. Maar het meest afschrikwekkende is hoe de Nazi’s het hebben bijgehouden. Hoe mensen in een hokje werden gedrukt. Minutieus, verschrikkelijk gedetailleerd, werden bevolkingsgroepen die niet binnen het gezette kader vielen gedocumenteerd. Kippenvel. De hele tijd dat we daar liepen. Ik heb met mijn vader enige tijd geleden een gesprek gehad. Ik zei “absoluut wat de Duitsers hebben gedaan is absurd en overstijgt elke vorm van respect voor het leven” “maar nog korter geleden is iets vergelijkbaar gebeurd in Cambodja” Hij antwoordde destijds “absoluut maar het grote verschil met de Nazi’s en Cambodja is dat hier hele bevolkingsgroepen, landen en de normale mensen op de hoek van de straat aan meededen”. En ik ben mijzelf niet als ik destijds niet getracht heb dat te weerleggen. Ik moet inmiddels toegeven dat hij gelijk heeft. We hebben destijds in Cambodja het een en ander gezien. Maar dit overstijgt alles. En dan zijn we nog niet eens bij Auschwitz - Birkenau geweest. Sachsenhausen was ongelooflijk om te zien. De nu musea in de barakken zijn wonderlijk opgezet en hebben ons een heel goed beeld gegeven hoe de barakken er vroeger uitzagen. Voornamelijk de barrak die opnieuw is opgebouwd met oude materialen. Erbarmelijke omstandigheden. Het leven moet voor deze mensen een levende hel zijn geweest. We vervolgen onze weg en parkeren Otto om te overnachten in het plaatsje Rozengarten. Bij de letterlijke rozentuin. Een toeristische trekpleister in voormalig Oost Duitsland. Onze laatste nachtje Duitsland is rustig. Polen De volgende dag zetten we koers naar Wroclaw, wat ik systematisch uitspreek als Warclaw, de echte naam krijg ik niet over mijn lippen. Iets verderop rijden we de grens over. De gladde wegen van Duitsland veranderen in een Poolse gatenkaas. Op de snelweg groeit zelfs gras tussen de gaten. De weg lijkt zo eindeloos door te gaan. Hier en daar zijn wel wegopbrekingen met een handje vol wegwerkers, er is dus een ontwikkeling gaande dat men de weg aan het verbeteren is. En dan in eens, uit het niets, is de weg vlak, West Europees zeg maar. En terwijl ik met Murray aan het bellen ben, want ja dat kan tegenwoordig zonder extra kosten, geraken we in een file. Eentje die uren zou duren. We stappen regelmatig uit de camper want, het staat volledig stil. Nadat we via een omweg uiteindelijk de stad in rijden parkeren we Otto op onze betaalde locatie. We hebben wifi en een redelijk vlakke plaats midden in de stad. De dag erna lopen we de stad in. Onze eerste Poolse stad. We verwachten grijze saaie gebouwen, inspiratieloos. Het tegendeel wordt snel bewezen. De oude panden zijn kleurrijk, het is er schoon. De mensen zijn vriendelijk en doet eigenlijk alles teniet van wat we hadden verwacht van Polen. We bewonderen het Rynek, het grote plein. De uit rode bakstenen gebouwde kathedraal en lopen als toeristen betaamd de stad door. Vlakbij het universiteitsgebouw zou een goed lokaal maar voornamelijk goedkoop eettentje moeten zitten. Eentje waar je afrekent op grammen. Terwijl Renée buiten een tafeltje uitzoekt schep ik op. De dame achter de balie kan goed Engels, dus ik vraag wat allemaal Poolse gerechten zijn en schep deze volgzaam op. We hebben heerlijk en goedkoop gegeten, 2 personen en wat drinken voor 9 euro. Polen is nu al helemaal perfect. Mooi én goedkoop. Daarbij rekent de Zloty, de locale munt, ook gemakkelijk om. Een ommetje door de rest van de stad en we waren weer terug bij de camper. Deze stad is makkelijk te doen in een dagje. Wij hadden de camperplaats voor 24 uur dus het was weer tijd om te vertrekken. We rijden richting Auschwitz. We parkeren gratis vlakbij een gigantisch prehistorisch themapark en krijgen zelfs naast de plek, gratis electra en wifi. Eten een beetje vreemd softijsje en trotseren die nacht een verschrikkelijke hoosbui. De dag erna rond een uurtje of 12 rijden we richting de concentratiekampen. Onderweg hiernaar toe rijden we de tweede gigantische file tegemoet. Kilometers lang zonder een mogelijkheid ergens af te slaan stond ons te wachten. Wanneer we de plaats van het ongeval passeren zien we een vrachtwagen volledig vernield door de impact op de andere baan staan. Die rijbaan ligt bezaaid met zijn onschatbare lading. De kratten bier, flessen en inhoud barricaderen de 3 rijbanen. De file die aan de andere kant staat is enorm. Kilometers lang staan auto’s, vrachtwagens en de enkele camper volledig stil. De file bleek uiteindelijk 15 kilometer lang te zijn en werd alsmaar langer. Lang getwijfeld of ik het volgende stuk in deze blog zou plaatsen. Het is onderdeel van onze reis, maar het is ook des te complexer omdat ik voor het filmpje de naam HelloGoodbye heb gekozen. Die titel slaat natuurlijk op onze korte tijd terug in Nederland. Uit respect voor Auschwitz - Birkenau is er een apart filmpje voor het onderstaande stuk tekst. Onze ervaring tijdens de twee dagen. Auschwitz - Birkenau We komen uiteindelijk rond 4 uur bij Birkenau aan. En voor degene die hier ooit is geweest kent het gevoel van de aankomst hier. We reden parallel langs het kamp. De grote hoeveelheid barrakken rechts met een zandweggetje ervoor om met hoge prikkeldraad hekken met de wachttorens een barricade te maken tussen de asfalt weg en het kamp. We vallen beide stil. Rijden langs het kamp. Het iconische gebouw waar de treinen in het Nazi tijdperk doorheen kwamen staat als herdenkingspunt op de centrale locatie. We rijden langs de hekken met de eindeloze barrakken. We zoeken een gratis plekje om te staan voor de nacht. Iets verderop zou een parkeerplaats moeten zijn. Een verlaten hoekje in een piepklein wijkje zou de desbetreffende plek moeten zijn. Normaal hadden we de camper hier zonder enige moeite neergezet. Alleen deze plek zo dichtbij het kamp voelde een beetje unheimlich aan. We besloten toch naar de betaalde plaats te gaan. Op zo’n honderd meter van de historische en welbekende poort achter wat hekken en een slagboom parkeren we Otto. We eten wat in de camper en zetten de weg in richting Auschwitz - Birkenau. We lopen langzaam een beetje terughoudend naar deze met een gebrek aan een beter woord historische plek. De spoorbaan is het eerste wat opvalt, wat de oude weg naar het kamp markeert. En terwijl we daar lopen beseffen we enigszins hoeveel mensen hierover het kamp zijn ingeleid. Zich totaal niet beseffende wat zich achter dat poortgebouw afspeelde. Of ze nog zullen leven over een paar uur of ze als object behandeld zullen worden in een van de experimenten van de beruchte Dr. Mengele. Er komen op deze locatie minder bezoekers dan bijvoorbeeld Auschwitz I. Een veel gehoorde reden van bekenden en onbekenden is dat na een bezoek van Auschwitz I mensen aan een taks zitten. En dat is heel begrijpelijk want ondanks dat terwijl ik dit nu schrijf het 3 weken geleden is geweest dat we er zijn geweest doet het mij nog steeds wat. Het houdt mij bezig en niet alleen ik ook Renée is er nog vol van. We lopen direct rechts langs de opnieuw opgebouwde barrakken. Ze zijn gelijk aan de eerdere destijds gebruikte barrakken, alleen ogen ze nieuwer en zitten ze goed in de olie. De eerste barrak is een toilet unit. Het is er schoon, bijna te schoon. Tijdens de oorlog moet dit een chaos zijn geweest. Open toiletten, troggen met lange planken met openingen voor ieders behoefte. De mensen die hier zaten mochten alleen op gezette tijden naar het toilet en voor een beperkte tijd. We hebben verhalen gelezen dat de angst dat je te lang op het toilet zat of te langzaam het toilet gebouw uitliep de boventoon had, hierdoor werden mensen bijna vertrapt. Alles werd aan banden gelegd. Angst was de rode draad van vele mensen hier. Een andere barrak was een kopie van een slaapbarak. De brede bedden werden beslapen door 4 mannen of vrouwen. En zoals de meesten wel weten zaten de vrouwen en mannen gescheiden. In verschillende delen van de kampen. We lopen door stil zwijgend, diep onder de indruk. Ook al waren de barrakken inmiddels bijna klinisch schoon danwel nagebouwd gingen er rillingen over onze lijven. Het is bijna onwerkelijk hier te lopen. We lopen een alternatieve route ten opzichte van de grotere groepen die hier een tour doen. Via een zijuitgang kun je de lengte van het kamp lopen. Links staan de hekken met de meters prikkeldraad, hoge hekken en bewakingstorens. Telkens is er een poort waardoor je tot ongeveer het midden van het kamp kunt kijken. Het is zo ver dat het bijna een stipje op de horizon lijkt. Rechts van ons is het nooit afgebouwde deel van het kamp. Wat minstens het nu al ongelooflijk grote kamp met de helft groter zou hebben gemaakt. De werkelijkheid knalt er nu helemaal in. Terwijl we daar tussen de hoge hekken lopen overmant ons een gevoel van ongeloof. De schaal van dit kamp is ongelooflijk. Rijen na rijen hekken, overblijfselen van eerdere barrakken waar alleen de schoorstenen nog van staan als een stille herinnering van wat hier ooit heeft gestaan. De eenzame watertank hoog op een muur die het kamp voorzag van het spaarzame water. De hekken die half open staan, je naar binnen lokken om het stilleven wat zich hier in de jaren veertig van de vorige eeuw heeft afgespeeld voor te stellen. We lopen zwijgzaam, vol ongeloof verder en komen zo aan bij een bos. Dit bos was de plaats waar vele getransporteerden moesten wachten in de soms ijzige kou tot dat ze aan de beurt waren. Ze stonden daar zonder dat ze het wisten te wachten totdat ze dood mochten. Waarna ze naar de inmiddels met dynamiet met de grond gelijkmaakte gaskamers werden geleid. De contouren van de gaskamers zijn nog zichtbaar. De foto's van dit ogenschijnlijke onschuldige gebouw laten niet zien wat voor wreedheid zich daar heeft afgespeeld. Achter dit gebouw en op meerdere plekken zijn brandplaatsen nu voorzien van gedenkstenen. De plaatsen waar de slachtoffers werden vernietigd. Het as werd in een dichtbij gelegen vijvertje gedumpt. Verderop een gelijksoortig gebouw, het terrein is enorm. We lopen via de centrale douche gelegenheid naar het monument. Het monument met alle talen van de slachtoffers staat tussen twee grote gaskamers in. Ook deze zijn door de SS op het laatste moment opgeblazen. Het bewijs vernietigend. Ik zei tegen Renée op dat moment. Dan waren de Nazi’s en SS nog zo overtuigd van hun doel en toch op het moment van overgave, hebben ze die gaskamers opgeblazen. Na zoveel jaren van terreur, puur kwaad te hebben uitgeoefend hebben ze toch bedacht dat ze dat deel van de kampen, de gaskamers, verborgen wilden houden. Via een route die ons leidt tot het oudste deel van het kamp komen we aan bij de stenen barrakken. Links staat een oude eenzame wagon. Een Joodse vlag wappert in de wind als een gedenkteken. Het poortgebouw in de verte. Achterons het monument. De spoorbaan loopt tot de horizon en omdat er weinig mensen zijn is er een soort verlatenheid op het terrein. Een eenzaamheid. Het past precies zoals je dit zou moeten kunnen ervaren. We steken de oude spoorbaan over en lopen naar de stenen barrakken. Blok 16a is opengesteld en is niet meer dan een bedompte schuur met een soort van stapelbedden. Hier en daar zijn trappetjes gemaakt van stukjes plank en een enkele spijker. Er valt een flauw licht naar binnen van de avondzon. Het biedt een beetje verlichting in deze anders donkere schuur. Iets verderop een gelijksoortig gebouw met een muurtje wat een pleintje vormt voor het gebouw. Dit was de locatie waar vrouwen werden geplaatst die geselecteerd werden voor vernietiging. Een selectie omdat ze te zwak waren, te ziek of te oud. Soms wanneer de barrak te vol zat werden ze buiten gehouden, in de kou of hitte die Polen in de verschillende jaargetijden kan hebben. Diep diep onder de indruk lopen we het kamp uit. Achterom kijkend. De enormiteit in ons opnemend. Deze uren waren diep onroerend geweest. Rillingen op ons lijf en ontsteld door de pure grootte, de wreedheid en de onmenselijkheid die zich daar heeft afgespeeld. De camper staat nog op z’n plek. Doeska ontwaakt uit een slaapje en wij knuffelen haar tegelijkertijd. De avond valt. Het parkeerterrein is leeg en uiteindelijk is er niemand meer in de nabije omgeving. Het is stil, de spaarzame lampen van de weg die de spoorbaan markeren van het kamp zijn zichtbaar. Het is onwennig om hier de nacht door te brengen. Auschwitz I De volgende dag staan we vroeg op, we willen voor dat de zon warm wordt Auschwitz I hebben gezien. Doeska kan niet mee en hierdoor waren we vroege vogels die ochtend. Zelfs zo vroeg dat de shuttle bus die notabene gesponsord wordt door Volkswagen nog niet rijdt. Dus we lopen naar Auschwitz I. Dit inmiddels museum is wat strikter geregeld. Na aanmelding bij het in een witte container zittende gebouwtje krijgen we onze kaartjes en sluiten aan in de rij. Even later zijn we binnen. Je loopt direct tegen de direct zichtbare en voor iedereen bekende Arbeit macht Frei entreepoort aan. Een tekst die niet bij elk kamp is geplaatst. Maar wel bijvoorbeeld in Sachsenhausen. De poort met waar nu de slagboom eeuwig omhoog staat is zo herkenbaar van alle foto’s en documentaires dat het bijna onwerkelijk is om hier te staan. Dit kamp is volledig anders opgebouwd dan Birkenau. 3 etage tellende bakstenen gebouwen staan als een soort appartementen complexen in rij. Evenwijdig aan elkaar. We pakken wederom de alternatieve route. En vermijden zeker in het begin de drukte van de dag. We lopen langs de hekken die onder gigantische hoge stroom stonden. De waarschuwingsbordjes van destijds markeren de nu inactieve hekken. De stenen gebouwen zijn grotendeels gebruikt als musea. Elk land van de slachtoffers heeft een gebouw gekregen om deze in te richten als een herdenkingslocatie. Het gebouw wat we als eerste inlopen is die van Hongarije. De trap op in het oude gebouw waar de vloer is ingesleten. Boven klinkt een geluid wat in eerste instantie klinkt als een hart dat klopt maar is het geluid van een trein die rijdt over een spoorrail. De Hongaren hebben het heel visueel uitgebeeld. Met video’s, beelden, interactieve schermen en nagebootste situaties. Het is wonderlijk goed gedaan, met uiterste zorg is het in beeld gebracht. Je loopt over een soort metalen vlonder die af en toe kraakt en knarst. Je loopt de route van Hongaren die werden opgepakt tot, met geluid en beeld, hoe dezelfde persoon er na een korte tijd uitzag door de verschrikkelijke omstandigheden in Auschwitz. Het is mensonterend om te zien, maar we zijn geen musea die dag tegen gekomen die het beter heeft getoond dan deze. We lopen verder en komen uiteindelijk ook bij het Nederlandse gedeelte. Het is simpeler opgezet. Het is echter wel des te hartverscheurender omdat het allemaal in het Nederlands is. Van de oproep tot aansluiting bij de Nazi’s tot de brieven van Joden. Het gedachtegoed wat men destijds heeft opgeschreven. Om de hoek vlak voor de uitgang hangen 2,5 bij 1 meter grote vellen, daarop geprint in kleine letters staan alle namen van Nederlandse slachtoffers. Het zijn er 15. 15 vellen van 2,5 m2 meter vol met namen, allen slachtoffers. En toch ga je kijken, zit je achternaam erbij. Ijkhout niet maar Kok en voornamelijk uit Amsterdam komt regelmatig voor. Het is confronterend daar te zijn. We lopen langs de vele blokken. De meesten lopen we binnen, anderen zijn dicht. Één van de blokken is het gevangeniscomplex. Alsof het gehele terrein niet een grote gevangenis was. Daar onderin zijn de eerste testen met de gaskamers gedaan. In kleine cellen waar de buizen nog aan de buitenzijde zitten is dat gebeurd. Wij lopen daar schuifelend met een groep anderen. Allen stil, af en toe een blik werpend in een cel via het kijkgaatje. Een lege betonnen kamer gaat er achter schuil. Ergens anders zijn nog kleinere cellen, kleine deurtjes op enkel hoogte en een ruimte van maximaal 70 x 70 cm met een stahoogte van 2 meter. De gedeporteerden werden hier alles wat ze nog hadden helemaal ontnomen. Geen licht, nauwelijks lucht en praktisch geen ruimte om te bewegen. Monsterlijk. Niets meer en niets minder. Een ander gebouw huist een gedeelte van de afgenomen goederen, de stapels schoenen. Duizenden paren op een stapel, nu achter glas. De veelal bruine lederen schoenen nemen bijna de halve lengte van het gebouw in beslag. Iets verderop staat een container vol met emaille bakjes en borden. En weer verder de koffers met de namen van de slachtoffers. De namen die ze er opschreven vlak voor ze op de trein naar deze horror plek reden. Nog het idee hebbende dat ze hun bezittingen zouden terug krijgen. Via een doorgang lopen we naar een uit bakstenen gemaakt gebouw, het dak is voorzien van gras een hoge afvoerpijp komt uit de zijkant van het complex. De gaskamers. We mogen hier naar binnen. Het straalt de dood uit. Het is donker. Een peertje hier en daar. Het besef dat hier duizenden mensen het leven hebben gelaten is niet te vertalen in woorden. Het is onbegrijpelijk. De ruimte ernaast is het crematorium. De 3 minihoogovens op een rij staan hier. Een schuif systeem wat de overledenen er in schoof staat ervoor. Het is een systeem gemaakt op massa. De massa die de Duitsers hier om het leven hebben gebracht werd hier tot as verbrandt. En zo staan we even later weer in de zon. Uit de donkere ruimtes in de buitenlucht. Auschwitz lopen we langzaam uit. Het zijn indrukwekkende dagen geweest. De enormiteit van Birkenau heeft ons overdonderd, de details van Auschwitz zijn op ons netvlies gebrand. Er is ook een apart filmpje beschikbaar van onze dagen hier. www.woodcock.nl/video/Auschwitz-Birkenau We pakken de bus terug. Ook nu weer ligt Doeska te slapen op de lange bank in de camper. Ze is nog lekker aan het snurken. We maken de camper klaar om vervolgens richting Krakau te rijden. Alvorens we die kant op gaan rijden we nog éénmaal langs die enorme hekken. Wederom zijn we stil. We stoppen op de hoek waar de hekwerken naar achteren lopen naar dat bos. Het bos waar al die mensen een laatste adem hebben uitgeblazen. We besluiten dat het een beetje to much zou zijn als we nu direct een stadje zouden gaan bezoeken. En parkeren de camper vlakbij een meertje. Zoals gewoonlijk lekker illegaal. Maar de gemiddelde Pool vindt dat hier helemaal niet erg. De nacht is rustig en de volgende ochtend rijden we naar Krakau om daar zoals gewoonlijk bij de grote steden een betaalde plaats te zoeken. Op zo'n 10 kilometer buiten de stad is een camperbedrijf die het aanbiedt. We parkeren en genieten even van de luxe van internet. We pakken de bus naar het centrum. We worden aan de andere kant van de rivier de Wisla afgezet en lopen naar het van af een afstand bijna alles omvattende kasteel, Wawel. Bij de entree staat een bord met bijbehorende nee schuddende bewaker dat Doeska niet voorbij de poort mag. We besluiten dan maar weer los van elkaar naar binnen te gaan. Het Kasteel en bijbehorende terrein is enorm. Het is wel een samenraapsel van stijlen. En juist daarom is dit zo bekend. Er zijn verschillende heersers geweest in verschillende tijden die allen een stempel op deze locatie wilden drukken. En het smoelt. De Kathedraal die nog helemaal met de grond gelijk is gemaakt en later weer op nieuw opgebouwd is, steelt de show op het centrale plein. De gouden koepels glinsteren en reflecteren door de zon. Voor deze kerk, die van binnen erg barok is, ligt een strak aangelegde stadstuin. Het binnenplein verderop wat bijna Romeins wit is, zuiver en proper, tenminste minus alle aanwezige toeristen valt totaal buiten de toon van de rest. De stijl van deze buitenplaats omgeven door hoge balustrades en slechts toegankelijk met een relatief kleine poort is overweldigend. We lossen elkaar af. Renée loopt bewapend met GoPro en camera het terrein op. Ik sta te wachten bij de poort waar de poortwachters relatief weinig te doen hadden die dag. Iedereen gedroeg zich keurig. Het is bijna zoals langs de wegen. De werklui hier staan met z'n 3-en werk te doen wat in Nederland met een machine gebeurd. Sneller en efficiënter. Ook het park en straten schoonmaak protocol verschilt hier. In Polen loopt men nog een bezem en een emmer de straten schoon te vegen. Zie dat nog maar in Nederland te doen. Ik denk dat de gemiddelde werknemer moord en brand schreeuwt wanneer dat van men verwacht wordt. Deze vooral mannen zie je glimlachen, peuk op de lip en ondertussen het groen in het gareel houden in dit geval de toeristen. We lopen de stad in naar het Rynek hier. Een wonderlijk plein, groot met in het midden een centraal gebouw, inmiddels omgebouwd tot een toeristisch verkooppunt. Het plein is gigantisch. Ruim, wel vol toeristen maar de gebouwen zijn vergelijkbaar met Wroclaw, kleurijk, statig en oud. Wederom goed onderhouden. Het verschil met de andere stad is dat deze zichtbaar meer toeristen trekt. Drinkende bierkaravanen trekken hier rond. De fietsende stamtafel is ook gesignaleerd. Wij sjokken rond tot aan de stadsmuur. Naast de poort hangt zo hoog als je kunt zien kunst. Een kleurijk tafereel. En vlak hierna trekt de grijze lucht n één keer open. Het wordt langzaam warm. We lopen de straatjes door op zoek naar Pools eten. En omdat alle goede of leuk uitziende tentjes vol of dicht zaten gingen we maar bij een hamburgerzaak naar binnen. Eentje die ze vers maakt dat wel. Ik bestel voor Renée een 200 grams burger en voor mijzelf een 400 grams burger. Iets later zijn ze klaar. Het waren dan ook heerlijke burgers en moet zelfs zeggen concurrenten van die van Sam én dat zegt wat! We lopen wat verder, kopen een biertje bij de plaatselijke Carrefour en gaan bij een concertje in opbouw zitten. Lekkere jazz op de achtergrond en een middagzonnetje. Het leven is niet verkeerd. We lopen de stad nog een keer door via andere straatjes en pakken iets later de bus terug. De dag erna besluiten we na lang wikken en wegen dat we toch niet naar Zakopane gaan. Het weer wat bij deze hoge berg voorspeld is doet denk ik elke reiziger huiveren. We besluiten iets oostelijker te rijden. Om uiteindelijk in Sekowa, een klein plaatsje zo’n honderd kilometer van de Oekraïense grens neer te strijken. Deze regio staat bekend om de houten kerkjes. Allen Unesco beschermd en omdat het zover van alles vandaan is nauwelijks bezocht door toeristen. De gemeente van Sekowa vond het dan ook noodzakelijk hier een camperplaats te creëren. En dat met alle faciliteiten en gratis wc. Een luxe. Zelfs wifi is hier beschikbaar. We komen dan ook aan en besluiten direct dat we hier een paar dagen van de luxe gebruik gaan maken. We doen weinig. Een paar dagen niets, om uiteindelijk de laatste dag drie van de meest bijzondere kerkjes te gaan bezoeken. En ze zijn, ondanks dat we niet kerkelijk zijn, wonderlijk. De deuren worden voor ons open gemaakt door een aanwonende Poolse man of vrouw. Die staan met een brede glimlach, want zo trots zijn op de kerkjes. Ze keken allen alsof ze het voor de eerste keer zien. Bij de een wordt een gift verwacht, bij de ander mogen we gratis naar binnen. De hout schilderingen aan de binnenzijde van de kerkjes zijn bijzonder. Ouder dan oud. Tussen een van beide kerkjes stuurt de navigatie ons via een bospad. Om uiteindelijk midden in een normaal afgesloten, maar Renée haalde de barrière even weg, stuk van een bos terecht te komen. En nog voordat we er erg in hebben rijden we zo op een moeilijk bospad. Steile heuvels en slechte wegen, Otto trekt ons erdoor heen maar dit zijn de wegen die je al met een auto zou vermijden en al helemaal met onze bejaarde camper. Omdraaien was geen optie meer, dus we ploegen door. Uiteindelijk komen we aan bij een normale weg, drie lokale mensen kijken elkaar maar wat raar aan als ze ons daar uit dat bos zien komen rijden. We rijden de grens over Slowakije in, onze volgende bestemming en land nummer 12 van onze reis. Het landschap veranderd zienderogen. De wegen worden nog beter dan de wegen in Polen waren en we rijden een glooiend geheel tegemoet. Bardejov een plaats vlak over de grens is er één die zich kenmerkt met een enorm marktplein. De huizen en panden erom heen zijn bijna Pools te noemen maar stralen net iets meer gezelligheid uit. We rijden verder want, dit was slechts een tussenstop. Spis Castle, het terrein van dit enorme kasteel is een van de meest gefotografeerde kastelen in de regio, is onze bestemming. De grond die erbij hoort is 8 hectare. En dan kun je inderdaad praten over een enorm kasteel. We rijden via de eeuwige glooiende wegen het kasteel tegemoet, het is gebouwd op een hoge rots en is vanaf de wijde omtrek te zien. We rijden omhoog de redelijk steile weg op en parkeren Otto aan de voet van het kasteel. De avond valt, de sterrenhemel hier is helder en geeft zoveel licht dat het de nacht bijna licht blijft. Dit resulteert ook dat onze schemervrienden weer aan het toeren zijn. De cruisers die we voor het laatst hebben gezien in Italië pakten hier de draad weer op. Het enige verschil is dat in Slowakije de veelal mannen tot 4 uur ’s nachts door gaan. Het werd een onrustige nacht. De volgende dag is Renée het kasteel gaan bezoeken. Honden mochten niet naar binnen en om dit grote complex los van elkaar te bekijken zou de hele dag in beslag nemen. Renée loopt naar binnen via de toegangsweg. Ze omschrijft het naderhand als het mooiste kasteel wat ze had gezien. Kamers die nog volledig waren ingericht, martelkamers met alle soorten tuig en dan de grootte van het terrein. Het was enorm. Mooi en niet te missen. Ondertussen had ik een filmpje gekeken en de camper al klaar gemaakt voor vertrek richting het Slowaakse paradijs. Het nationale park wat hier dichtbij lag. We starten de camper. Nou ja starten, ik draai het op contact, laat hem voorgloeien en meer als dat doet hij niet. Alles doet het behalve het start gedeelte. We besluiten dat ik hem duw, hopende op hulp van de inmiddels massa's toeristen om hem vervolgens via de steile neergaande heuvel te starten. En ja hoor hij doet het. We toetsen ondertussen de navigatie aan en stellen hem in op de dichtstbijzijnde garage. Daar aangekomen na een iets langere rit dan gepland leggen we het probleem uit. En omdat de conclusie al snel is dat ze het contactslot niet in Slowakije kunnen bestellen vraag ik of ze een startknop kunnen inbouwen. De volgende dag hadden ze tijd. Voor nu trokken ze de bedraden los en realiseerden ze een draadjes oplossing zodat we tenminste de dag erna weer terug konden komen. Inmiddels waren we zover noordelijk gereden dat Hoge Tatras (de andere kant van Zakopane) dichtbij was. We parkeren Otto op de algemene parkeerplaats voor de nacht. We spreken nog een paar Duitsers die de camper complimenteerden en vertellen terloops dat hier ook beren voorkomen. Via internet komen we er zelfs achter dat het hier in periodes een plaag is. En dat de burgemeester zelfs adviseert in bepaalde jaargetijden dat je in de ochtend niet al te vroeg de deur uit mag. Het koelt af, wordt redelijk donker en besluiten binnen te zitten. We zitten te praten wanneer Renée d’r blik wegkijkt en langs mij heen kijkt. “zie ik daar nu een paard lopen?” We kijken voorzichtig naar buiten, de deur gaat iets open en kijken goed. Zeker met de schrik van zojuist verkregen informatie zijn we voorzichtig. Het is een enorm hert. Gelukkig geen beer. Een hert wat 5 meter van ons vanaf staat en ons totaal niet interessant vindt. We blijven kijken terwijl er in onze linkeroog hoek in één keer nog één op duikt een meter van Otto vandaan. En kijkt ons met een wijze blik aan. Om vervolgens door te banjeren. En zo snel als ze zijn gekomen gaan ze weer. Misschien heel begrijpelijk maar wij slapen die nacht met de ramen dicht, want een beer wil je niet in de camper. Het is een redelijk rustige nacht, op wat hikers na die midden in de nacht terug komen na en hun potje luidkeels naast onze camper staan te koken. De volgende ochtend staan we vroeg op, rijden naar de garage en een uurtje later zit de knop erin. We kunnen verder. Al rijden we wel naar de eerste beste fiat dealer want Geert, onze oud buurman en monteur had ons verteld dat het zou kunnen dat het stuurslot er wel eens op zou kunnen springen. Ook bij de Fiat dealer kunnen ze het slot niet leveren, maar verplaatsten ze het slot, enigszins provisorisch met een trekbandje zodat het stuur slot buitenwerking is. Inmiddels genoeg tijd verloren. We rijden naar het paradijs en parkeren bij de centrale ingang. We mogen er zelfs overnachten. Die middag doen we onze eerste hike. We lopen door dit paradijs. Het is groen, ruw, schoon, de paden zijn goed aangegeven en bovenal het is met Does op de meeste routes goed te doen. Via een pad over een kristal helderen rivier worden we zo het bos ingeleid. Hoge naaldbomen en een groot groen veld daar beun voor ons de route. Het eerste gedeelte is heuvel op en Doeska dribbelt vrolijk mee. Het weer is lekker, niet te warm en een groot gedeelte is in de schaduw. Vanaf het hoogste punt worden naar een asflat weg geleid. En moeten we deze een tijdje volgen. Via hier komen we bij een enorm groen veld. De bergen aan alle kanten en wij staan midden in de vallei en zijn de weg een beetje kwijt. We vervolgen uiteindelijk ons pad naar het laagste punt daar waar de rivier weer is en pikken de route weer op. We komen enigszins vermoeid door de warmte aan bij een cafeetje. We bestellen een biertje en een jagermeister per persoon. Die aankomen als een bom, de wandeling en de warmte hebben hun uitwerking op ons. Het is inderdaad een paradijs. Dit gebied is lange tijd afgesloten geweest en hierdoor heeft de natuur een geweldig mooie stempel op dit deel van Slowakije kunnen achterlaten. Het is ook vooral bekend vanwege de klauter mogelijkheden langs watervallen. Alleen moeten we dan weer materiaal gaan huren en ja dat kost weer geld. De volgende ochtend zetten we de wekker vroeg. Er was nog een andere route totaal ongeschikt voor honden. Nog voor 8 uur zijn we alweer onderweg het is nog koel in de lucht en Does slaapt nog lekker. Wij vertrekken meer naar het westen, dit deel loopt totaal langs de rivier en zelfs zo dichtbij de rivier de er zelfs een vlonder systeem is gebouwd over het water. Het is meer klauteren dan wandelen soms. En dan moeten we alweer omkeren. Het wordt anders te warm in de camper. We lopen hetzelfde pad terug. Met 2,5 uur in de benen, komen we weer terug aan bij Does. Het is nog koel binnen en zij kijkt verschrikt op. We starten Otto en rijden iets later weg. Slowakije is bijzonder. Dit deel is voor ons een gebied waar we ooit naar teruggaan. We hebben een beetje een hogere versnelling in een aantal landen omdat we graag met een beetje warm weer in Kroatië en Griekenland willen zijn. Dat betekent dat we van sommige landen nu alleen de highlights pakken. Om wanneer we volgend jaar weer richting Polen rijden andere delen te pakken. Er is ook een filmpje beschikbaar van ons verhaal hierboven: www.woodcock.nl/video/hellogoodbye |
Joris en RenéeReizen zit in ons bloed. Lees met ons mee. Wij schrijven over onze reizen, ons vrijwilligerswerk en onze ervaringen. Archieven
April 2018
Categorieën |